Maar begrijpt het nog steeds niet ... Opmerkelijk: Premier steunt criticus Wouter Bos
De participatiesamenleving moet in de plaats komen van de ‘klassieke verzorgingsstaat’ beweerde het kabinet in de Troonrede. Vandaag werd ‘duidelijk’ (nou ja, bij wijze van spreken) wat Rutte er mee bedoelde en hoezeer hij het mis heeft.
Het is onmiskenbaar dat mensen in onze huidige netwerk- en informatiesamenleving mondiger en zelfstandiger zijn dan vroeger. Gecombineerd met de noodzaak om het tekort van de overheid terug te dringen, leidt dit ertoe dat de klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. Van iedereen die dat kan, wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar eigen leven en omgeving. (…)
Wanneer mensen zelf vorm geven aan hun toekomst, voegen zij niet alleen waarde toe aan hun eigen leven, maar ook aan de samenleving als geheel. Zo blijven Nederlanders samen bouwen aan een sterk land van zelfbewuste mensen. Een land met een compacte en krachtige overheid, die ruimte geeft en kansen biedt waar het kan en beschermt als dat nodig is, zodat niemand tussen wal en schip raakt. Elke Nederlander moet de kans krijgen om de veranderingen die ons wachten, in zijn eigen leven in te passen. (…)
De omslag naar een participatiesamenleving is in het bijzonder zichtbaar in de sociale zekerheid en in de langdurige zorg. De klassieke verzorgingsstaat uit de tweede helft van de twintigste eeuw heeft juist op deze terreinen regelingen voortgebracht die in hun huidige vorm onhoudbaar zijn en ook niet meer aansluiten bij de verwachtingen van mensen. In deze tijd willen mensen hun eigen keuzes maken, hun eigen leven inrichten en voor elkaar kunnen zorgen. Het past in die ontwikkeling zorg en sociale voorzieningen dicht bij mensen en in samenhang te organiseren.
Rutte legt nu tegenover Lucas Benschop van Nu.nl uit wat hij daarmee bedoelde en zwakt zijn betoog en passant af. Met sociale zekerheid heeft het plots niets meer te maken. De premier bracht een werkbezoek aan een enkele burgerinitiatieven in Amsterdam, zoals een coöperatie van bewoners in een elitebuurt in Zuid. En een tijdruilssysteem in de Indische Buurt, genaamd Makkie.
Benschop: “U ziet wel een trend in de samenleving dat de burger het overneemt van de overheid?” Rutte: “De samenleving is met een fundamentele transformatie bezig. Er is minder geld, maar je ziet wel een bezielend verband tot stand komen, waarbij mensen steeds meer zelf organiseren. Dus je krijgt een hechtere samenleving. De taak voor de hele overheid is om die ontwikkelingen bij elkaar te brengen. We moeten gebruik maken van de kracht in de samenleving.” (…)
Benschop: “De overheid dwingt verzelfstandiging ook af door zich terug te trekken. Hoe voorkomt u nou dat er mensen in de problemen komen die niet met die ontwikkeling van de participatiesamenleving mee kunnen?” “Dat is de opgave voor ons. Het schild van de overheid voor de zwakkeren moet er altijd zijn. Daarnaast moet de verzorgingsstaat toegankelijk blijven voor de middenklasse, iets waar Wouter Bos laatst nog voor pleitte in de Volkskrant. Ik ben het zeer met hem eens. Want anders verdwijnt het draagvlak onder de verzorgingsstaat. Dus de AOW, de WW, dat soort voorzieningen blijven voor iedereen open staan. Dat zijn ijzeren waarden.
Hij ging verder dan Balkenende ooit durfde en zei dat het betekende dat iedereen die voor zichzelf kan zorgen, dat ook moet doen en dat de overheid er vooral is voor diegenen die dat niet kunnen. Als dat niet slechts de mening van de VVD-leider is, maar ook van de coalitie, is er bij de PvdA sprake van een kleine ideologische revolutie. Geen visie meer op de overheid die er ook voor de middenklasse is, een overheid die verbindt omdat iedereen er aan mee betaalt en iedereen er van mee geniet. In plaats daarvan een overheid louter voor de allerzwaksten. Amerikaans, klassiek liberaal en zichzelf uiteindelijk marginaliserend. Zeg me dat het niet zo is!
Rutte zegt nu dus ook dat hij dat niet wil. Kortom hij heeft de koning een kletsverhaal laten voorlezen. Wat is eigenlijk de klassieke verzorgingsstaat waar Rutte het over heeft? De socioloog Piet Thoenes heeft daar in 1962 een definitie van opgesteld:
De klassieke verzorgingsstaat is een maatschappijvorm die gekenmerkt wordt door een op democratische leest geschoeid systeem van overheidszorg, dat zich – bij handhaving van een kapitalistisch productiesysteem – garant stelt voor het collectieve sociale welzijn van haar onderdanen.
De termen ‘kapitalistisch productiesysteem’ en ‘democratisch’ staan er niet voor niets. De verzorgingsstaat was na de Tweede Wereldoorlog het westerse antwoord op de dreiging van het communisme dat populair werd door armoede en mensonterende levensomstandigheden. Nu de dreiging van het communisme verdwenen is, willen conservatieven en liberalen in westerse landen de verzorgingsstaat weer afbouwen. Rutte sloot zich met zijn Troonrede aan bij dat streven, dat door zijn geloofsgenoten, bijvoorbeeld de Britse premier Cameron, al langer wordt uitgedragen.
Door zich achter Bos op te stellen, zwakt hij dat nu af. Volgens Rutte is het hem niet te doen om de sociale zekerheid maar om de kracht van burgerinitiatieven waar de overheid zich niet mee moet bemoeien.
Volgens Rutte is de opkomst van burgerinitiatieven aan internet te danken. De vraag is of dat juist is. De Amsterdamse projecten waar hij aan refereert borduren voort op een initiatief dat in de jaren negentig in Rotterdam ontstond. In de Opzoomerstraat in Rotterdam-West keerden bewoners zich tegen de oprukkende verloedering en vervuiling door een keer per week zelf de straat te gaan vegen (in de jaren tachtig was die service door de gemeente wegbezuinigd). Ook brachten ze zelf straatverlichting aan. Die werkwijze, Opzoomeren genaamd en vooral bedoeld om het contact tussen de bewoners te verbeteren, verspreidde zich snel verder over de stad omdat de gemeente dat fors stimuleerde met professionele begeleiding en subsidies. Met internet had het allemaal niets te maken.
Hetzelfde valt te zien bij een project als Makkies waarbij bewoners klusjes voor elkaar doen. Begin jaren negentig werd in Rotterdam een soortgelijk project opgezet, Duimdrop , waarbij kinderen speelgoed konden ‘huren’ door klusjes te verrichten. Ook dat werd aangejaagd door professionele welzijnswerkers en de gemeente. Het idee van Rutte dat de overheid zich daar niet mee moet bemoeien, is niet alleen historisch gezien onjuist, het werkt ook niet. Het gaat om de vraag hoe de overheid zich daar mee bemoeit. Rutte ziet dat anders: “We gaan niet met een plan komen, in godsnaam niet.” Geen plan, dat is opvallend vaak het antwoord van Rutte op problemen.