Een geschil met je zorgverzekeraar over betalingen oplossen? Steeds vaker gebeurt dat niet voor de overheidsrechter, maar voor een virtuele rechter van “e-Court”. Investico, Nieuwsuur en De Groene Amsterdammer onderzochten het bedrijf – dat de vonnissen niet publiceert en de arbiters geheimhoudt -. Het beeld dat ontstaat is dat van een ontransparante rechtspraak, die niet te controleren is, waar de schijn van afhankelijkheid en partijdigheid er bovendien dik bovenop ligt.
Zo’n beetje alle verzekeraars hebben e-Court tegenwoordig opgenomen in de algemene bepalingen. Wanneer een klant niet betaalt, wordt niet de kantonrechter ingeschakeld, maar e-Court, een “private schaduwrechtbank” opgezet door ondernemers. Een klant kan wel bezwaar maken en alsnog om een kantonrechter vragen, maar dan moet de klant wel weten dat die optie bestaat. “Maar de klanten hebben niet de informatie om een afweging te maken en in de praktijk gaan verreweg de meeste zaken naar de nieuwe geautomatiseerde private rechtbank”, aldus Nieuwsuur. De Groene Amsterdammer vertelt bovendien het verhaal van een klant die – binnen de gestelde termijn – protest aantekende, maar toch door e-Court werd veroordeeld.
Ook Nieuwsuur besteedt aandacht aan het fenomeen, bekijk de uitzending vanaf 12.33.
De verzekeraars en deurwaarders zijn laaiend enthousiast: de route is sneller én goedkoper. “In de praktijk betalen mensen sneller. Mensen met schulden reageren sneller en treffen eerder een regeling”, aldus Rinus van Etten van gerechtsdeurwaarder GGN. Veel zaken worden volgens hem opgelost nog voordat de virtuele rechter een oordeel velt. Het verschil in kosten maakt het voor de verzekeraars bovendien extra interessant. E-court is geen rechtspraak, maar digitale arbitrage. Een procedure bij e-court kost maar 85 euro, terwijl het bij de rechtbank kan oplopen tot 476 euro. Een vonnis van e-Court moet nog wel bekrachtigd worden door een rechtbank, maar uit het onderzoek van Nieuwsuur, De Groene Amsterdammer en Investico blijkt dat de rechtbank niet controleert, maar slechts een stempel zet. E-Court kiest bovendien slechts voor één rechtbank, die in Almelo, ongeacht waar de geschillen hebben plaatsgevonden.
Van de EU moeten de rechtbanken controleren of de consumentenrechten wel voldoende zijn beschermd. Reden voor de Amsterdamse rechtbank om eind 2016 aan de bel te trekken. Hierop volgde een landelijk advies aan het vakoverleg van rechters om alle vonnissen van e-Court voortaan goed te controleren. Sindsdien gaan alle zaken linea recta door naar Almelo. “Onze toets is een simpele procedure waarbij op formaliteiten wordt gecheckt. Dat heeft de wetgever zo bepaald. De vonnissen van e-Court halen die ondergrens”, aldus persrechter Matthieu Verhoeven van de Rechtbank Almelo.
Saillant in het hele verhaal is dat Fred Teeven en e-Court-oprichter Henriëtte Nakad geregeld contact met elkaar hebben gehad tot Teeven nog in de Kamer zat. Teeven was bovendien e-Court-fan van het eerste uur en zat zelfs in het comité van aanbeveling, in de periode dat hij nog Kamerlid was. Die nevenfunctie heeft hij nooit bij de Tweede Kamer gemeld, schrijft De Groene Amsterdammer nu. Als staatssecretaris maakte hij samen met Ivo Opstelten het ontstaan en het succes van e-Court mogelijk. In een Kamerbrief uit 2011 schrijft Teeven dat het bedrijf “een interessante aanvulling” kan zijn “op de markt van geschilbeslechting”. In een radio-interview in 2010 zegt hij: “Alles wat wegblijft bij de rechter betekent dat de doorlooptijden daar korter worden”. Maar het echte succes van e-Court ontstaat wanneer Teeven en Opstelten op het ministerie van Veiligheid en Justitie komen te zitten. De Groene Amsterdammer:
“In de vijf jaar dat Teeven samen met Opstelten het ministerie van Veiligheid en Justitie bestierde, nam het duo verschillende maatregelen die e-Court een duwtje in de rug gaven […] Opstelten en Teeven maakten bijvoorbeeld de griffierechten voor kantonzaken bijna twee keer zo duur tot inmiddels zo’n vijfhonderd euro. Dankzij die enorme kostenverhoging kan e-Court zich presenteren als het goedkope, private alternatief […] e-Court kreeg opnieuw een opkontje toen het duo Teeven-Opstelten in 2014 een nieuwe Arbitragewet invoerde. De VVD’ers vonden arbitrage ‘een heel volwaardig alternatief voor overheidsrechtspraak’ en wilden de ‘belemmeringen voor het gebruik van arbitrage’ wegnemen. Dat lukte: dankzij de nieuwe Arbitragewet hoeven mensen geen expliciete toestemming te geven om hun zaak bij e-Court te laten behandelen. Als die optie maar ergens diep verstopt staat in je zorgpolis en je een maand bedenktijd krijgt. Wie zwijgt, ook uit onwetendheid of verwarring, stemt automatisch toe.”
Hoe e-Court in 2016 een winst van 3,5 ton maakte, is niet duidelijk.