Hoewel de EU vervolgens al snel concludeerde dat marktwerking zeker niet
altijd wenselijk is, bleef Nederland hier toch voor gaan
Dat de publieke sector niet gebaat is bij marktwerking, wordt steeds vaker ingezien en erkend. Marktwerking heeft immers geleid tot een volledige verschraling van de zorg, een chaos bij de taxi’s en enorme bureaucratie in de re-integratie. Toch wil de regering nu het openbaar vervoer in de drie grootste steden aan de markt overlaten. Een vreemde stap, want er is geen enkel voordeel mee te halen.
In 2001 deed marktwerking haar intrede in het Nederlandse busvervoer. Omdat de Europese Unie speelde met de gedachte om marktwerking te verplichten, werden stapsgewijs steeds meer buslijnen aanbesteed. Hoewel de EU vervolgens al snel concludeerde dat marktwerking zeker niet altijd wenselijk is, bleef Nederland hier toch voor gaan. Een onderzoek van het Wetenschappelijk Bureau van de SP toonde in 2008 aan dat door de toegenomen concurrentie het openbaar vervoer minder betrouwbaar geworden is. De keuze van de politiek voor meer marktwerking heeft geleid tot veel onzekerheden voor reizigers en personeel. Lijnen sluiten minder goed op elkaar aan, veranderen sneller en er vallen vaker bussen uit.
Op dit moment is het busvervoer in vrijwel heel Nederland naar de markt gebracht, behalve in de drie grootste steden. Door een enorme draai van de PVV bij het geven van hun gedoogsteun aan het kabinet dreigt het nu ook hier verplicht te gaan worden. De regering denkt hierdoor 120 miljoen te kunnen bezuinigen. Zij baseert zich echter op oude rapporten die achterhaald zijn omdat er sinds die tijd al ongeveer 160 miljoen op het busvervoer in de drie steden bezuinigd is. Bezuinigingen zijn niet te realiseren door het busvervoer aan de markt over te laten, maar door het mes te zetten in de dienstverlening. Iets wat vooral voorkomen moet worden, omdat minder openbaar vervoer voor de steden dramatisch zal zijn en leidt tot een slechtere doorstroming, luchtkwaliteit en leefomgeving.
De wens tot het aanbesteden van het openbaar vervoer komt vooral van de VVD en het CDA. Hun Kamerfracties schermden de afgelopen jaren met de cijfers over de klanttevredenheid. Al jaren blijken de reizigers in de grotere steden het minst tevreden te zijn. De meest recente klanttevredenheidscijfers laten echter twee opvallende uitkomsten zien. Van de vier grote steden wordt het busvervoer in Utrecht het minst gewaardeerd; de enige grote stad waar het busvervoer in private handen is. Het gemeentelijke stadsvervoerbedrijf van Den Haag is zelfs de beste vervoerder van Nederland. Daarnaast valt op dat in de grote steden de prestaties van het eigen busbedrijf gemiddeld beter gewaardeerd worden dan de prestaties van de particuliere busbedrijven die in de omgeving rijden. Het is duidelijk dat de reiziger niet gebaat is bij marktwerking in het busvervoer. Het is opeens opvallend stil vanuit de VVD en het CDA.
Van Europa hoeft er niet meer aanbesteed te worden, onderzoek laat zien dat aanbesteden tot veel onzekerheid leidt, er valt geen geld te besparen met een aanbesteding en nu blijkt de reiziger er ook niet bij gebaat te zijn. Er is daadwerkelijk geen enkel argument meer over om in de grote steden het busvervoer aan de markt over te laten. Maar ja, dan moeten de VVD en het CDA een draai toegeven en de PVV weer terugdraaien. Daar willen wij hun graag alle ruimte voor geven, want alleen deze draai leidt ertoe dat de reizigers goed openbaar vervoer kunnen behouden.
Dit artikel is geschreven door Laurens Ivens, Leo de Kleijn en Ingrid Gyömörei, SP-fractievoorzitters in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag