De vee-industrie eet de aarde leeg en schaadt het klimaat. Daarom moeten we meer plantaardig eten en overschakelen op een ander voedselsysteem. Het regeerakkoord ontbeert echter elke visie
In het nieuwe regeerakkoord las ik dit: ‘Waar nodig en mogelijk krijgen supermarkten en horeca meer ruimte om overschotten aan voedselbanken te doneren’. Het lijkt een mooi voorbeeld van naastenliefde en een strak plan om verspilling van voedsel tegen te gaan, maar toch riep deze zin bij mij vooral vragen op. Nemen we het bestaan van armoede, voedselbanken, honger en voedseloverschotten voor lief? En is dit wel de juiste manier om de voedseloverschotten en de verspilling die inherent zijn aan ons doorgedraaide voedselsysteem tegen te gaan?
Honger en verspilling Terwijl – volgens de Verenigde Naties – nog steeds zo’n 800 miljoen mensen elke dag honger hebben, produceren we zóveel voedsel dat we in Nederland alleen al elk jaar bijna 700 miljoen kilo eetbaar voedsel weggooien. Natuurlijk is het dan een mooi gebaar om de verspilling aan het eind van de keten tegen te gaan door wat over blijft ‘waar nodig en mogelijk’ (niet al te royaal s.v.p.) aan voedselbanken geven, maar de kern van het probleem pakken we hier niet mee aan.
De verspilling is namelijk veel groter dan in supermarkten en horeca en ze begint al helemaal aan het begin van de keten. Een derde deel van het akkerland in de wereld wordt gebruikt voor de productie van veevoer. Die steeds schaarser wordende grond kan veel efficiënter benut worden door de oogst te gebruiken voor producten die direct door mensen gegeten kunnen worden, zoals brood, bonen en tofu. Daarmee zouden we niet alleen de voedselschaarste in grote delen van de wereld kunnen oplossen, maar ook de snel groeiende wereldbevolking van voldoende gezond voedsel kunnen voorzien.
Klimaat Nu zou men kunnen denken dat de Nederlandse regering dit mondiale probleem niet hoeft te adresseren, maar niets is minder waar. De coalitiepartijen willen namelijk veel werk maken van een ander groot probleem dat ons allemaal aangaat: het klimaat.
Gelukkig erkent het regeerakkoord dat de vee-industrie met haar hoge uitstoot van broeikasgassen een belangrijke bijdrage levert aan de opwarming van de aarde en dat ook deze sector een bijdrage moet leveren om de klimaatdoelstellingen van het akkoord van Parijs te halen. De ‘oplossing’ is echter onvoldoende. De komende regering wil het aantal koeien, kippen en varkens in ons land niet terugdringen, maar de schadelijke uitstoot van mest en broeikasgassen via technische maatregelen beperken. Voor wie niet verder kijkt dan de landsgrenzen en koste wat het kost de hoge productie wil handhaven kan zo’n noodverband wellicht enige tijd werken. In mondiaal verband schieten dergelijke lapmiddelen echter tekort. De grondstoffen- en oerwoudverslindende productie van vlees en zuivel gaat immers gewoon door.
Geen visie op voedsel Net zoals je armoede in Nederland niet oplost door meer overschotten aan de voedselbank te geven, pak je honger in de wereld, verspilling van grondstoffen én de opwarming van de aarde niet aan door maar op dezelfde voet door te gaan. Daartoe hebben we een heel ander voedselsysteem nodig. In zo’n nieuw systeem concurreren mens en dier niet om voedsel. Mensen eten veel minder vlees en zuivel en juist meer plantaardig voedsel. Grond die niet gebruikt kan worden om voedsel voor mensen te verbouwen en reststoffen van de voedselproductie kunnen dan benut worden voor een veel kleinere, diervriendelijker en inherent duurzame productie van vlees en zuivel.
In het regeerakkoord lezen we, zelfs in de verste verte, niets van dit alles. Terwijl zelfs de Chinese regering streeft naar een halvering van de vleesconsumptie in 2030, gaan VVD, CDA, CU en D66 pijnlijke keuzes uit de weg en komt het woord zelfs vlees niet één maal voor in het regeerakkoord. Zij kiezen vooral voor pappen en nathouden in een regeerakkoord waarin elke visie op voedsel en de manier waarop we het produceren ontbreekt.