Redding Vestia gaat corporaties mogelijk weer veel geld kosten
• 21-08-2014
• leestijd 2 minuten
Directeur financiële toezichthouder: Nieuwe strop dreigt
Woningcorporaties dreigen wederom honderden miljoenen te moeten betalen om de wankelende corporatie Vestia van de ondergang te redden. Daar waarschuwt Daphne Braal, directeur van de financiële toezichthouder CFV, voor. Als de rente zo laag blijft, kan Vestia namelijk niet meer woningen verkopen om daarmee de leningen af te lossen. Dat schrijft nrcQ.
Vestia heeft een heleboel extra leningen afgesloten om het derivatenprobleem op te lossen. Pas wanneer Vestia al deze leningen heeft afgelost, kan het weer voldoen aan de normen van een gezonde corporatie. De komende jaren zal de woningcorporatie 800 miljoen euro moeten aflossen. Daar verwacht men geen probleem. Dankzij de verkoop van 5.500 woningen voor ruim een half miljard aan de Duitse vastgoedbelegger Patrizia, moet het Vestia lukken om dat bedrag voor 2017 bij elkaar te krijgen. Daarna wordt het mogelijk wel problematisch.
NrcQ legt uit waarom :
Veel huizen blijven verkopen om daarmee vervroegd af te lossen, kan alleen als de rente stijgt. Vestia ging de leningen aan voor een gemiddelde rente van 4 procent. Nu is die gemiddeld lager dan 2 procent. Zou Vestia vervroegd aflossen, dan schieten de banken er het verschil bij in. Veel geld, dat Vestia zelf zou moeten bijleggen.
Braal waarschuwt dat als de rentestand structureel lager dan 3 procent blijft, Vestia na 2017 alleen nog afzonderlijke woningen zal verkopen en niet langer grootschalig. Bij een rentestand van 3 procent heeft Vestia dan 686 miljoen extra aan saneringssteun van andere corporaties nodig. Bij een lagere rentestand wordt dat nog meer.