Eén ding is bewezen: de hipster is in staat om zich te organiseren. Laten wij als hippe mensch, in tegenstelling tot de gemeente, het goede voorbeeld geven.
Lopend in de Fenixloods hoor ik een jongen, met een wat kruimige aardappel op de plek waar zijn adamsappel hoort te zitten, zeggen: “Goh, Rotterdam is zo rauw, hier schuurt het echt nog!” Mijn nekharen doen een dansje.
Rotterdam wordt internationaal geprezen en staat zelfs in de top tien stedenlijstjes van de New York Times en Lonely Planet. Rotterdam is hip en hipper is het om te benadrukken hoe rauw Rotterdam is. Ik vermoed dat de veronderstelde rauwheid een nawee is van het beeld van de iconische havenarbeider. Rauw is niet met je amandellatté over onvertaalde Duitse literatuur praten. Rauw is de laatste week van de maand witte boterhammen met pindakaas eten, omdat je anders de oppas niet kan betalen, om zo op tijd te komen voor je tweede baan. Dat schuurt.
Overal in de stad schieten er hipsterkoloniën uit de grond onder het mom van het ongepolijste imago van Rotterdam. Dat is prima, dure koffie en stoffige kleding kopen staat een ieder vrij. Maar het is gemodelleerd en bedacht, marketing en niet rauw. Het is vrij vertaald naar Javier Guzman: als just-out-of-bed haargel, als je moeite doet om er onverschillig uit te zien ben je het niet meer. Het is koketteren van de ergste soort, onbedoelde ironie.
Pijnlijker is het als je bedenkt dat bijna één vijfde van de Rotterdammers onder de armoedegrens leeft. Rotterdam is daarmee de armste stad van Nederland. Dat is wat schuurt, wat rauw is wordt langzaam onzichtbaar gemaakt door een sluier van hipheid. Laten we vieren dat we leuk gevonden worden in het buitenland, maar zonder de realiteit uit het oog te verliezen. In de Agniesebuurt en het Oude Noorden trekt de wijkadviesraad aan de bel. Waar in 2014 nog één op de vijf bewoners op de armoedegrens balanceerde is dat in 2016 één op de vier. Te bedenken dat Rotterdam al jaren miljoenen bezuinigt op het armoedebeleid is dat niet vreemd.
De pretentie waarmee Rotterdam zich nu profileert als wereldstad steekt. Eén ding is bewezen: de hipster is in staat om zich te organiseren. Laten wij als hippe mensch, in tegenstelling tot de gemeente, het goede voorbeeld geven. Laten wij dit nieuwe jaar langzaam uit onze duurzaam geproduceerde ivoren toren komen en eens goed om ons heen kijken. Misschien kunnen wij dan samen een betere en meer inclusieve stad maken, ook als je niets hebt met het vroege werk van Kafka.