Het lijkt wel of er met Ayn Rand een nieuwe profeet is neergedaald in de polder want haar beide tendensromans – the Fountainhead en Atlas Shrugged – hebben ineens succes.
De leer van mevrouw Rand kan aldus worden samengevat: eigenbelang is de motor van de vooruitgang. Iedereen is verantwoordelijk voor zichzelf. Zoek het uit, fuck you, ik weet dat het sneeuwt en vriest, maar houd je niet aan mijn jaspanden vast. En ga ook niet langs bij de sociale dienst want die is opgeheven: de overheid heeft alleen tot taak om het leven en het eigendom van het individu tegen elke aanslag te beschermen.
Ayn Rand (1905 – 1982) wist als jonge vrouw uit de Sovjet Unie te ontkomen. Ze hield – ongetwijfeld aan haar jeugd – een diepe afkeer over van bemoeizucht en bureaucratie. Ook in haar nieuwe vaderland, de Verenigde Staten zag zij hoe het individu in zijn bewegingsvrijheid werd beknot. Overal loerden parasieten die niet voor zichzelf wilden werken maar de rijkdom van anderen afromen. Rand ontwaarde ze in vakbonden, in politieke partijen en bij belangengroeperingen. Samen vormden zij een grauwe macht die het genie verhinderden zijn vleugels uit te slaan. Wat Stalin betekende voor het communisme, werd zij van de weeromstuit voor het kapitalisme: alleen in zijn meest ongebreidelde vorm kon het heil brengen.
Rand schreef tijdens haar leven talrijke essays. Maar de voornaamste vehikels van haar denkbeelden waren de twee romans. In de Verenigde Staten zijn dat al decennia lang bekende boeken maar in Europa deden ze nooit zoveel. Tot uitgeverij Luitingh- Sijthoff ontdekte dat ze met haar vertaling van The Fountainhead ongemerkt een soort bestseller in huis had gehaald. Nu komt ook Atlas Shrugged in de boekhandel.
Blijkbaar slaan de denkbeelden aan in het Nederland van nu. Dat rijmt met allerlei andere ontwikkelingen zoals het feit dat jonge mensen geen zin meer hebben in een vakbondslidmaatschap omdat ze denken dat ze zélf hun boontjes wel kunnen doppen. De groeiende populariteit van het individueel pensioensparen berust op dezelfde onderstroom: ik red het wel op mijn eentje.
De helden van Rands boeken zijn eenzame genieën die continu dwars gezeten worden door de kleine geesten om hen heen. Het is natuurlijk heel prettig om je met zo’n supertalent te vereenzelvigen. Is het in de collegezaal niet één en ál zesjescultuur, waarop jij zelf natuurlijk de uitzondering vormt? Kiezen die pakjes-brood-meebrengers op het kantoor niet voor de grauwheid van de tredmolen, in plaats van dat ze je energie en je denkkracht waarderen – of nog liever – belonen? Het is echter de vraag of dit geëxalteerde zelfbeeld klopt. En of je inderdaad sterk en sluw genoeg bent om je naar boven te werken in plaats van dat je continu de elleboog van de medemens in het gezicht voelt.
Meestal blijkt de afloop in het echte leven toch anders dan bij Ayn Rand en haar helden. Dat merken nieuwkomers op de arbeidsmarkt nu al: zij komen met geen mogelijkheid aan een vast arbeidscontract. Als je dan geen Rembrandt bent, geen begenadigd regisseur, geen uitvinder of geen ondernemer pur sang, wordt het moeilijk.
Maar dan is er altijd nog Ayn Rand om bij weg te dromen. De oude dame hield er in New York zelfs een schare bewonderaars op na die in haar huis bijeenkwamen om zich aan haar woorden te laven. Zo sleet zij haar laatste dagen als goeroe van het superkapitalisme en het hyperindividualisme: ik zoek het zelf uit, zoek het ook uit, jij.
Vroeger was het alleen maar eenzaam aan de top. Als dat zo doorgaat, wordt het ook heel eenzaam op de bodem. Want geen mens zal je helpen als je diep in de dalles zit. Is in strijd met de enige ware leer en het woord van de enige echte profetes: eigen schuld allemaal. Krijg de rambam. Krijg het schompes. Krijg de vinkentering.
Trouw publiceerde een uitgebreid artikel over de opkomst van Ayn Rand in ons kikkerland