Tijdens de eerste dagen na zijn aantreden had premier Rutte de indruk gegeven dat het wel mee zou vallen met het afdwingen van bestuurlijke megafusies. Nu blijkt Ronald Plasterk, de minister van Binnenlandse Zaken, toch door te zetten. Hij wil de provincies Noord-Holland, Flevoland en Utrecht voor 2015 bij elkaar vegen. Het zo ontstane gedrocht is dan de eerste van vijf megaprovincies.
Sinds de Bataafse Republiek is niet zo aan de traditionele binnengrenzen van het land gemorreld. Toen is een paar jaar geëxperimenteerd met departementen die wat omvang en grenzen betreft niets met de traditionele zeven provinciën te maken hadden maar daar kwam men snel op terug.
Nu ik er goed over nadenk: in de drie jaar dat Nederland geannexeerd was bij Frankrijk, heeft keizer Napoleon ook een departement du Zuyderzee ingericht dat bestond uit Noord-Holland en Utrecht.
Inderdaad heeft het nieuw-paarse bewind bonapartistische trekken. Het wil op vele terreinen de tafel schoon vegen: de sociale zekerheid wordt voor een belangrijk gedeelte afgeschaft, voor de woningmarkt is een ministeriële tsaar aangesteld, de zorg voor ouderen kan slechts op sterk ingeperkte wijze worden voortgezet. Daar komt bij nader inzien toch het overhoop gooien van het binnenlands bestuur bij.
Napoleon was een technocraat, technocratisch is ook nieuw-paars. Het beschouwt de maatschappij als een machine met knoppen waaraan je kunt draaien. Dan levert die machine in de opgegeven hoeveelheid tijd het vastgestelde aantal producten af. In die visie past niet een bestuur dat zich dicht bij de burgers bevindt. Een dorpsplein-democratie waarin de volksvertegenwoordigers om de hoek wonen, wordt al gauw als amateuristisch bestempeld, als krachteloos, als inefficiënt.
Zo’n bestuur zal namelijk niet gauw denken in statistische categorieën, in koopkrachtplaatjes in beleidsvisies, in sturingsinstrumenten, in CBS- en CPB-rapporten zonder welke men in Den Haag niet kan leven. Daarom begint Plasterk nu bij de provincies. In zijn eigen visie veegt hij de trap van bovenaf schoon om des te eerder bij de gemeentes te belanden: zijn hoofddoel. Daarover beweert nieuw-paars paradoxale dingen.
Wij horen profeten als Samsom beweren dat gemeentes veel efficiënter en beter taken kunnen vervullen die de rijksoverheid samen met een forse bezuiniging over hun schutting heen flikkert. Tegelijk komt het signaal dat alleen gemeentes met honderdduizend inwoners of meer daartoe in staat zijn. Als het met de provincies mocht lukken, dan volgen de samensmeltingen op dat niveau.
De fusies in het onderwijs en de gezondheidszorg en de woningbouwsector hebben laten zien dat grote van bovenaf aangestuurde lichamen niet kostenefficiënt zijn, niet effectief en bovendien geen kwaliteit leveren. Daarnaast blijken zij de laatste jaren zeer gevoelig voor wanbestuur en profiteursgedrag in de hogere regionen.
Er is geen enkele reden om aan te nemen dat de gefuseerde provincie beter zal functioneren dan de huidige drie. Integendeel, de bureaucratie neemt toe en datzelfde geldt voor het product van die bureaucratie: regels. Beslissingen zullen meer dan ooit genomen worden op grond van abstracte categorieën en niet op basis van het echte leven want de bestuurders zijn in zo’n megaprovincie verder van de burger verwijderd dan ooit.
Ook zal de fusie zelf stammenstrijd met zich meebrengen, ambtelijke chaos, strijd om baantjes. En dat middenin de grootste economische crisis sinds anderhalve eeuw, want het ziet er nu naar uit dat we die van de jaren dertig ruimschoots gaan kloppen. Het kost zeker een miljard, als het niet meer is.
Helaas, zulke feiten en zulke argumenten hebben op een technocraat geen vat. Hij leeft immers bij kaders en schema’s. Zij vertegenwoordigen in zijn visie de werkelijkheid en als burgers of hun bezigheden daar niet in passen, dan zijn zij een sta in de weg, calculerend, nimbies of wat dan ook. In dit land is geen ruimte meer voor scheefhuurders. Scheefdenkers – althans in de ogen van de technocraten – staat eenzelfde lot te wachten.
Het is de vraag of de moloch van de bestuurlijke herindeling nog te stoppen is, als Plasterk hem eenmaal op gang heeft gebracht. Dan staat de (kosten)bewuste burger nog maar één ding te doen: de verkiezingen voor de nieuwe provincie boycotten om deze technocratische dwingelandij elke democratische legitimiteit te ontnemen.
PS: Bij mij in de stad zijn enkele tientallen thuiszorgmedewerkers van het bedrijf Careyn (zoek zelf in het jaarverslag de salarissen van de topbestuurders op, neem eens een initiatief) bezig een proces te verliezen tegen hun werkgever. De thuiszorgmedewerkers van Careyn zijn collectief ontslagen. Zij kunnen weer in dienst treden tegen een lager loon omdat hun “aignaleringsfunctie” is weggevallen. Ze hoeven alleen nog maar schoon te maken. Dan moeten ze, zei de advocate van de Abva/Kabo zeker over een op de grond liggende bejaarde heen stappen en door stofzuigen maar dat doet volgens de rechter niets aan het feit dat Careyn de juiste procedure heeft gevolgd.
De ondergang van de thuiszorg – tot voor een jaar of tien nog een parel aan de Nederlandse kroon – is met name veroorzaakt door het aanbesteden bij gemeentes, waar de geniale ambtenarij voor de allerlaagste prijs gaat en meestal niet voor een juiste prijs/kwaliteitsverhouding. Grote gemeentes zijn wat dat betreft geen haar beter dan kleinere en overal kijken raadsmeerderheden schaapachtig toe. Het is heel erg de vraag of sommige gespecialiseerde dienstverlening zoals thuis- en jeugdzorg bij gemeentes écht zo geweldig op hun plaats zijn. Over een jaar of tien komt er een tegenbeweging.
Het laatste boek van Han van der Horst is: Nederland, de vaderlandse geschiedenis van de prehistorie tot nu