De klimaatdoelstellingen van Parijs worden door geen enkele politieke partij gehaald. Dat schrijft de Volkskrant na alle verkiezingsprogramma’s te hebben doorgespit. Ook in de verkiezingsprogramma’s waar wel wordt gedweept met de doelstellingen, schiet de uitwerking ernstig tekort.
Een jaar geleden werd op de klimaattop in Parijs afgesproken de opwarming van de aarde ‘ruim onder de 2 graden Celsius’ te houden. Dat houdt concreet in dat de stijging niet hoger dan 2 graden mag zijn in 2050, maar dat er gestreefd moet worden naar maximaal 1,5 graad opwarming. Daarnaast werden er strenge afspraken gemaakt om de CO2-uitstoot aan te pakken.
Nu blijkt uit de verkiezingsprogramma’s dat hoewel sommige partijen de afspraak van 2 graden hebben overgenomen, die partijen zijn vergeten dat maximaal 1,5 graad de werkelijke doelstelling is. De enkele partij die dat doel wél noemt, verzuimt maatregelen te noemen om dat doel daadwerkelijk te halen. Dat geldt ook voor de groene partijen als GroenLinks en ook de PvdA. Geen van hen doet in het programma moeite de uitstoot van broeikasgassen voldoende te verminderen. De PVV is de enige partij die het akkoord straal negeert.
Eerder al rekende het New Climate Initiative op verzoek van Greenpeace uit wat de tussendoelen moeten zijn om de doelstellingen voor 2050 te halen. De uitkomst was dat in 2025 alle elektriciteit afkomstig moet zijn uit hernieuwbare bronnen en er alleen nog elektrische auto’s mogen rijden, dat in 2020 alle kolencentrales dicht moeten zijn en dat in 2035 alle verwarming emissieloos moet zijn. Ook moet in 2035 de landbouw al gestopt zijn met de uitstoot van CO2.
De enige partij die wel scherpe tussendoelen stelt, is de Partij voor de Dieren. Maar ook hun programma maakt geen indruk op Greenpeace. Joris Wijnhoven van de milieuorganisatie zegt: ‘Ze gaan het niet halen. Ze sluiten vergisting van mest uit en willen alleen windmolens waar de dieren en de natuur er geen last van hebben. Met zulke beperkingen haal je het nooit.’
Ook klimaatexpert Leo Meyer ziet dat de partijen veel te weinig doen: ‘In het verdrag staat dat de rijke landen het voortouw moeten nemen. Die moeten dus méér doen, en dus eerder op die nul-emissie uitkomen.’ Volgens Meyer is zelfs het snel sluiten van alle kolencentrales niet voldoende: ‘Het sluiten van een Nederlandse centrale betekent dat er elders in Europa weer ruimte komt voor evenveel CO2-emissie. Dat gat moet eerst worden dichtgetimmerd.’