'Overheid blokkeert in stilte asielaanvragen kinderen'
• 16-05-2012
• leestijd 2 minuten
Nieuw rapport doet vermoeden dat het demissionaire kabinet al
stilzwijgend maatregelen gezinshereniging heeft doorgevoerd
Kinderombudsman Marc Dullaert heeft het vermoeden dat asielaanvragen van kinderen die zich met hun ouders in Nederland willen herenigen in stilte worden afgewezen. Dat is in strijd met het internationale recht op gezinshereniging. “Het lijkt erop dat het recht op een familieleven met voeten wordt getreden”, zegt Dullaert in de Volkskrant.
De Ombudsman wil onderzoek doen naar de afwijzingen van de IND en de ambassades. Uit het dinsdag gepresenteerde
rapport Kinderrechtenmonitor blijkt dat het bijna geen enkel kind lukt om zich met hun ouders die in Nederland asiel hebben gekregen, te verenigen.
Cijfers van Binnenlandse Zaken tonen aan dat in de eerst helft van 2011 81 procent van de aanvragen werd afgewezen door ambassades en 97 procent door de IND. In totaal gaat het om 3.000 kinderen. Het zijn opmerkelijk cijfers. In 2008 wezen ambassades slechts 11 procent van de aanvragen af. De IND iets minder dan de helft.
Dullaert vermoedt dat het aantal toegekende aanvragen van kinderen bewust wordt afgeremd. Ambtenaren zouden daartoe specifieke richtlijnen moeten hebben gekregen. Volgens Dullaert zijn er voldoende signalen om onderzoek te doen. Alle instanties zijn wettelijk verplicht met het onderzoek mee te werken.
Het afremmen van gezinshereniging was een van de speerpunten van het demissionaire kabinet. Over concrete voorstellen was nog niet gestemd, maar het lijkt erop alsof sommige maatregelen als stilzwijgend zijn doorgevoerd. Demissionair minister Gerd Leers (Asiel & Immigratie) kreeg veel tegenstand vanuit Europa vanwege zijn strenge asielbeleid.
De Volkskrant vroeg een woordvoerder van Leers om een reactie. Die zegt dat de overheid ‘zorgvuldig en strikt’ omgaat met aanvragen van kinderen en daarbij ‘internationale afspraken, zoals het recht op familieleven, respecteert’.
Maar bij toekenning van de aanvraag moet wel sprake zijn van een feitelijke gezinsband. Daar zijn we streng op, ook om de vaak voorkomende fraude bij aanvragen tegen te gaan.”