Er wordt bij twee zorginstellingen onderzoek gedaan naar financiële transacties met DENK-Kamerlid Selçuk Öztürk, uit de tijd dat hij een eigen bedrijf runde. Dat onthullen de onderzoekjournalisten Joep Dohmen en Jeroen Wester in NRC. De Limburgse zorginstelling Daelzicht kwam vorige maand in opspraak wegens vriendjespolitiek.
"De vorige maand aangetreden interim-bestuurder Nettie Saarloos heeft een integriteitsonderzoek gelast. Eén van de transacties die onder de loep genomen wordt, is de verkoop in 2011 van een voormalig zorgcomplex aan een bedrijf van Öztürk. Dat gebeurde tegen een opmerkelijke lage prijs waarbij het College Sanering Zorginstelling, dat toezicht houdt op vastgoedtransacties in de zorg, onjuist en onvolledig werd geïnformeerd.NRC"
Een ander onderzoek betreft een mogelijk geval van corruptie bij de zorginstelling Reinaerde.
"Uit onderzoek van NRC blijkt dat het bedrijf van de politicus in 2007 een opdracht kreeg om marktonderzoek te doen voor de zorginstelling. Daarbij maakte Öztürk een geheime afspraak met een medewerker van Reinaerde. Samen zouden zij de opbrengst verdelen van de opdracht van 15.000 euro. Zorginstelling Reinaerde was er niet van op de hoogte dat de toenmalige medewerker, die in loondienst was, geld van Öztürk kreeg na het regelen van de opdracht. NRC"
Öztürk weigerde vragen van NRC over de kwesties te beantwoorden. De onthullingen zijn het resultaat van journalistiek onderzoek dat al ruim twee weken aan de gang is. Maandag bracht DENK een opmerkelijke video uit waarin werd gesteld dat de Nederlandse media opereren als belangenbehartiger van de gevestigde orde. DENK lijkt zo de onthullingen voor te willen zijn geweest, zonder dat er overigens iets over de onderzoeken wordt gezegd.
Selçuk Öztürk raakte eerder in opspraak rond zakelijke transacties. In 2013 moest hij plots getuigen in een zakelijk conflict uit 2008 rond een van zijn bv’s. Hij was toen nog Kamerlid voor de PvdA en Diederik Samsom liet weten onaangenaam verrast te zijn omdat de Limburger hem er niets over had verteld.
Later veroorzaakte hij een nog eens een rel door het ongekend harde politieoptreden tegen anti-Erdogan demonstranten in Istanbul te vergoeilijken. Uiteindelijk stapte hij samen met Kamerlid Kuzu uit de PvdA-fractie en begon DENK.
Update : DENK heeft woensdag aan het eind van de middag een schriftelijke reactie gegeven op het artikel eerder in NRC. In de verklaring staat te lezen:
"Wat opvalt, is de suggestieve, beschuldigende en slecht onderbouwde opzet van de artikelen en in het bijzonder de koppen. Het geheel doet denken aan een artikel van april jl., waarin met ruim 2000 woorden verwijten over excessief declareren en vriendjespolitiek aan de Hogeschool Utrecht werden beschreven. Vandaag bleek in een piepklein NRC-artikel (van nog niet eens 150 woorden) ergens achteraan de krant, dat de NRC er volledig naast zat. Deze zaak en de artikelen die gewijd zijn aan de heer Öztürk zijn helaas exemplarisch voor de dubieuze werkwijze van ‘onderzoeks-’journalisten als Joep Dohmen. Eerst wordt er een poging tot karaktermoord gepleegd met paginagrote artikelen, waarna een onderzoek of bericht dat de onschuld van iets of iemand bewijst slechts een klein artikel op een achterafpagina verkrijgt. Maar dan is de schade door de suggestieve berichtgeving al aangericht. Het beeld lijkt voor ‘onderzoeks-’journalisten als Joep Dohmen dus zwaarder te wegen dan de waarheid."
Öztürk wil nu dat er een onderzoek wordt ingesteld naar de schadelijke gevolgen die artikelen als die van NRC voor personen hebben. Volgens DENK wordt in de berichtgeving van vandaag onterecht ‘de beschadigende suggestie gewekt’ dat er sprake zou zijn van een integriteitsonderzoek naar Öztürk. Integriteit die volgens DENK niet ter discussie staatn. ‘In werkelijkheid doet de Stichting Daelzicht binnen haar organisatie een integriteitsonderzoek en beraadt zorginstelling Reinaerde zich op hetzelfde.’
Zelf zegt Öztürk in de verklaring:
"Ik sta voor openheid en ben bereid om met volledige inzet mee te werken aan alle vormen van onafhankelijk onderzoek. Ik roep Reinaerde via deze weg dan ook op om ook een onafhankelijk onderzoek in te stellen. Want dat is de wijze waarop op een objectieve manier, niet door sensatiejournalistiek, zal blijken dat mijn handelswijze áltijd zuiver is. Ik weiger verantwoording af te leggen aan journalisten die hun oordeel al klaar hebben, want ik leg alleen verantwoording af aan de kiezer en committeer mij aan onze democratische rechtsstaat. Ik spreek graag met onderzoekers, maar niet met bevooroordeelde journalisten."
De gehele verklaring is te lezen op de website van DENK. Journalisten die aanwezig waren bij het partijkantoor van DENK, omdat eerder toegezegd was dat er een persconferentie zou zijn, kregen de verklaring op een bijzondere manier aangereikt.
— Roel Schreinemachers (@RoelSchrein) 15 juni 2016
NRC Handelsblad reageert donderdag uitgebreid op de aanval van Denk en haalt de genoemde ‘leugens’ één voor één onderuit. Tekst en uitleg van NRC vind je hier.
Uitspraak Raad voor de Journalistiek 6-6-2017:
J. Dohmen en NRC Handelsblad hebben ten aanzien van de inhoud van de artikelen “Onderzoek integriteit Denk-voorzitter Öztürk”, “De zaken van Selçuk Öztürk”, “Geheim dealtje bij een zorginstelling” en “De vier ‘leugens’ van NRC” niet journalistiek ontoelaatbaar gehandeld. Zij hebben deugdelijk onderzoek verricht en de artikelen opgesteld aan de hand van de destijds voorhanden feiten en omstandigheden. Bovendien hebben ze voldoende wederhoor toegepast voordat zij tot publicatie overgingen. Dat S. Öztürk (klager) daarvan geen adequaat gebruik heeft gemaakt, kan Dohmen en de krant niet worden verweten. Wel vindt de Raad dat de kop “Onderzoek integriteit Denk-voorzitter Öztürk” en de onderkop “Vastgoed-deal – Twee zorginstellingen verdenken Kamerlid Öztürk van laakbaar handelen bij zakelijke transacties in zijn vorige leven als zakenman.” van het voorpagina-artikel te stellig en daarmee onjuist zijn. Ten onrechte is als feit gepresenteerd dat er een integriteitsonderzoek naar klager wordt verricht. Het gaat om een onderzoek naar de interne bedrijfsvoering binnen zorginstelling Daelzicht. Dat klager bij een van die transacties betrokken is geweest en dat in het onderzoeksrapport is vermeld dat ‘de bevindingen geen verwijten jegens hem bevatten’, maakt niet dat kan worden gesproken van een integriteitsonderzoek ‘naar klager’. Verder was zorginstelling Reinaerde zich ten tijde van de publicatie aan het beraden op een onderzoek. Aldus bestaat onvoldoende grond voor de in de onderkop als feit gepresenteerde bewering dat de instellingen klager ‘verdenken van laakbaar handelen’. Daarom hebben Dohmen en de krant ten aanzien van de kop en onderkop van het voorpagina-artikel onzorgvuldig gehandeld. De Raad doet de aanbeveling aan NRC Handelsblad deze conclusie ruimhartig te publiceren.