Het zijn vooral de vrouwen, meer dan de helft van de bevolking, die al vier decennia onderworpen zijn aan systematische bij wet vastgelegde discriminatie, vernedering en onderdrukking.
Iran is al dagen in rep en roer, aanleiding is de tragische dood van een jong meisje, Mahsa (Gina) Amini na de gewelddadige arrestatie door de zogenaamde zedenpolitie.
Die dood werd de lucifer die de opgespaarde woede deed ontvlammen. Als een lopend vuur gaat het protest dat in de Koerdische geboortestad van Mahsa Amini was begonnen door heel het land. Van grote metropolen tot aan kleine dorpen, jong en oud gaan de straat op en zijn niet weg te jagen door de gewelddadige oproerpolitie. De teller van het aantal neergeschoten demonstranten staat inmiddels op 25 – een schatting. En de teller zal door blijven tikken de komende dagen, vrees ik.
De woede van Iran heeft te maken met vier decennia moeten leven onder het juk van een fascistisch regime dat zich beroept op religieuze regels om zich te mogen bemoeien met alle aspecten en facetten van het leven van zijn burgers. Die woede heeft te maken met de meedogenloze manier waarop het Iraanse regime elke kritiek in de kiem smoort en iedere andersdenkende of ieder met een andere geloofsovertuiging of andere levensstijl het leven zuur maakt. Zelf de moslims die een andere interpretatie geven aan hun levensbeschouwing dan de staats-islam moeten voor hun leven vrezen en de soefi’s (belijders van de mystieke islam) worden vervolgd.
Maar het zijn vooral de vrouwen, meer dan de helft van de bevolking, die al vier decennia onderworpen zijn aan systematische bij wet vastgelegde discriminatie, vernedering en onderdrukking.
Dat heeft Iraanse vrouwen die al ruim een eeuw met een activistische en intellectuele emancipatiebeweging bezig zijn niet kleingekregen. Sterker nog, Iraanse vrouwen zijn misschien nog meer dan de mannen politiek bewust en strijdlustig. De nieuwste beelden van de huidige protesten bevestigen deze vermoedens. Het zijn de Iraanse vrouwen die na de tragische dood van Mahsa Amini, het zoveelste bewijs van het vrouwonvriendelijke karakter van dit regime, die de vaandeldragers zijn van deze nieuwste protesten.
In 2006, na een aantal bezoeken aan Iran en een vier jaar lange research, schreef ik het boek De Perzische paradox over de achtergrond en de aard van de Iraanse Revolutie van 1978-1979. Ik keek ook naar wat van de revolutie was geworden en wat de Islamitische Republiek te wachten stond. “Wie goed luistert hoort Iran kraken vanbinnen”, schreef ik toen, en dat de dag dat Iraanse vrouwen weigeren om te voldoen aan de religieuze kledingvoorschriften van Iraanse moellahs het begin van het einde van het Islamitische regime zou worden.
Vandaag lijkt dat einde het meest nabij. Maar zover is het nog lang niet. Het islamitische regime heeft zo goed als elke tien jaar met grote opstanden te maken gehad en wist de omwenteling telkens door hard in te grijpen te voorkomen. Wat wel opvalt is dat de demonstranten, man en vrouw, jong en oud, dit keer bereid zijn om de ijzeren vuist van het regime met ijzeren vuist te beantwoorden. Dat is nieuw voor het regime en wat dat zal veroorzaken valt nog te bezien.
Ondertussen is ook de Iraanse diaspora, voor een grote deel wonend in het westen en buurland Turkije, in rep en roer. Opnieuw is er de hoop op een vrij Iran. Maar er zijn ook zorgen. Voor de familieleden daar, en vrees voor het uitbreken van gewelddadigheden en nog hardhandigere ingrijpen van het regime.
De Iraanse diaspora vormt niet één geheel. Er zijn verschillen in politieke en levensbeschouwelijke oriëntatie en in levensstijlen. Toch durf ik te beweren dat overgrote meerderheid verlangt naar een vrij en democratisch Iran waar de burgerrechten van iedereen worden gerespecteerd.
Deze diaspora – ook ondergetekende – slaapt weinig dezer dagen en is gekluisd aan de sociale media en getuige van een storm aan beelden van de demonstraties die binnenkomen.
Wij voelen ons machteloos, maar we willen iets doen. Er worden demonstraties georganiseerd, zoals vrijdagmiddag in Den Haag tegenover het tijdelijke gebouw van het parlement. Zo willen de Iraanse burgers van Nederland hun solidariteit tonen met degene die in Iran met gevaar voor hun leven de straat opgaan.
De meesten onder deze Iraniërs willen hun collega’s, hun buren, kennissen en vrienden hier in Nederland niet lastigvallen met hun verhalen en hun zorgen om Iran. Maar weet dat elk gebaar van solidariteit en echt oprechte belangstelling en medeleven er één is en dat je daarmee jouwe Iraanse collega, buur of vriend een hart onder de riem kan steken.
Dat is dezer dagen zo nodig. Laat we zien dat we solidair zijn met de Iraanse strijd om vrijheid, gelijkheid en rechtvaardigheid daar en met de bezorgde Iraanse diaspora hier.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.