'Nederland moet optreden tegen geweld Syrië'
• 26-04-2011
• leestijd 2 minuten
SP, CDA en ChristenUnie vinden dat Rosenthal lang genoeg heeft afgewacht en het tijd is voor actie binnen de Europese Unie
Het CDA en oppositiepartijen SP en ChristenUnie vinden het hoog tijd dat Nederland iets doet tegen het geweld in Syrië. Volgens CDA-Tweede Kamerlid Jan Ormel heeft Nederland zich tot nu toe te terughoudend opgesteld. De partijen roepen minister Uri Rosenthal (Buitenlandse Zaken) op om actie te ondernemen. Rosenthal kondigde zondag in Buitenhof aan de lopende hulpprogramma’s te willen stoppen, maar volgens de bewindsman is de situatie in Syrië niet te vergelijken met Libië: De internationale omstandigheden zijn anders en daar dient rekening mee gehouden te worden.
Joël Voordewind, ChristenUnie-Kamerlid, wil dat Rosenthal zich binnen de VN en binnen Europa sterk gaat maken voor een resolutie van de VN-Veiligheidsraad, waarin de internationale gemeenschap het geweld van het regime van president Bashar afkeurt. Voordewind: “Ik maak me zorgen over slachting onder burgerbevolking van Syrië nu Assad met tanks en pantservoertuigen de stad Deraa is binnengetrokken.”
Van SP-Kamerlid Harry van Bommel moet de Nederlandse ambassadeur teruggeroepen worden, om zo een betere beoordeling te krijgen welk advies aan Nederlandse burgers in Syrië moet worden gegeven. Ook wil Van Bommel dat Nederland zich uitspreekt tegen het geweld in het land.
De situatie in Syrië verslechtert met de dag. Het Syrische leger is met pantserwagens en tanks de zuidelijke stad Dara’a, waar vorige maand de opstand tegen de dictatuur begon, binnen gedrongen. Vrijdag zijn er in zo’n dozijn steden ten minste honderd burgers gedood en groot aantal activisten is ‘verdwenen’. De internationale gemeenschap heeft zich nog niet expliciet uitgesproken tegen de wanpraktijken van dictator Assad: de wereld lijkt intussen gewend aan de Arabische opstanden en de daarmee gepaarde bloedbaden.