Het is van levensbelang dat moslims zich bezinnen op de diepste waarde van de islam: het inzicht dat de mens het hoogste schepsel is. De mens, niet alleen de moslim
De dader die in Orlando vijftig bezoekers van homoclub Pulse afschoot, was een moslim met een gezin, die datingsites voor homo’s bezocht. Omar Mateen leidde een dubbelleven en toen hij ontplofte, sleurde hij homo’s, lesbiennes, biseksuelen en transgenders mee die om geaardheid gepest, bedreigd en uitgesloten waren en bij gebrek aan bescherming hun eigen toevluchtsoord creëerden. Omar Mateen vermoordde juist hen, in naam van IS, met een beroep op de islam.
Het is van levensbelang dat moslims zich bezinnen op de diepste waarde van de islam: het religieus-humane inzicht dat de mens het hoogste schepsel is. Zelfs de engelen moesten knielen voor de eerste mens. De mens – niet alleen de moslim. Deze intense humaniteit is de diepste waarde van de religie. Die hoort gelovigen te inspireren tégen homohaat en vóór een veilige samenleving waarin mensen mogen zijn wie ze zijn. Het inzicht dat homo’s ook mensen zijn, blijkt van levensbelang, zo vertelt Orlando ons.
Religieus-humaan principe Hier ligt de grote opdracht voor de moslims. Het is niet de politiek die homohaat onder moslims kan pareren met het religieus-humane principe dat God de mens geschapen heeft naar Zijn gelijkenis. Hier hebben wij moslims nodig als Ahmed el Mesri die al zolang ik hem ken de Marokkaanse Nederlanders in beweging brengt om homo’s en andere buitenstaanders te accepteren, met in Amsterdam zijn organisatie Assadaaka, Arabisch voor ‘vriendschap’. Daarom ging ik naar zijn iftar, om de slachtoffers van Orlando te gedenken en op te roepen tot de strijd om homo’s niet te haten, maar juist te beschermen.
Niet homoseks, maar seksueel geweld is de misdaad De opdracht om homohaat te bestrijden is groot en urgent, merkte ik deze week toen ik bij het televisieprogramma De Nieuwe Maan uit de Koran het hoofdstuk over de schepping reciteerde, pal na Orlando. Op Facebook roerde zich MarokkanenOnline, met de beschuldiging dat moslims die homo’s accepteren, niet mogen reciteren. Dat is een vorm van homohaat die onterecht een beroep doet op het Koranische verhaal van Lot. In de verdorven stad Sodom woonde Lot met zijn gezin en bood twee vreemdelingen onderdak. De Sodomieten bonkten op zijn deur en eisten uitlevering van deze mannen, om hen seksueel te kunnen bezitten. Dat is geen homoseksuele expressie, dat is de aankondiging van verkrachting. De sodomieten maakten zich schuldig aan seksueel geweld.
Terug naar het hier en nu zie ik bij MarokkanenOnline een stap vooruit. ‘Oké,’ zei namelijk een deel van de reageerders, ‘het is God die straft; niet wij’. Dat is inderdaad een geloofswaarde: niet voor God spelen. Wie een medeschepsel vijandig bejegent omdat die homo is, plaatst zich op de troon van zijn schepper. Dat is een zware zonde.
De opdracht strekt echter veel verder dan de intermenselijke coulance met uitbesteding van de straf aan God. Lot nam vreemdelingen onvoorwaardelijk in bescherming. Dát is de les van Lot: bescherm je medemensen tegen homohaat, tegen seksueel geweld. Tegen het recht van de sterkste die heerste in de ontstaansperiode van de islam. Intussen is gelukkig de rechtvaardigheid het leidende principe geworden; de sterksten regeren niet langer, zij beschermen juist de zwakkeren. Het gaat niet over de richting van seks, maar over de beheersing ervan; ook hetero’s dienen seksualiteit te normeren. Dat hoort bij de opvoeding, een belangrijke religieus geïnspireerde taak met een flinke rol voor zelfreflectie. De Koran is hiervan doordrenkt, met het allereerste gebod: ‘Leer’; ‘Ikra’. Verheffing, zeggen wij in de sociaaldemocratie. Een samenleving bouwen waar mensen vrij en veilig zijn, hoorde ik gelukkig zojuist nog een zeer gerespecteerde islamgeleerde bepleiten, van een kansel in Saoedi-Arabië nota bene. Ja, ik zie vooruitgang.
Nectar nemen, honing geven Op naar de volgende stap: het Godsbeeld. ‘Niet wij straffen, God straft’, schrijft een deel van de leden van MarokkanenOnline. Toch is het niet de straffende, maar de barmhartige God waaraan elk Koranhoofdstuk de gelovige wil herinneren: ‘ In de naam van de God de Barmhartige, de Genadevolle ’. Ook het scheppingsverhaal dat ik koos voor De Nieuwe Maan, het hoofdstuk De Bijen, heeft deze aanhef: ‘Bismillahi Arrahmani Irrahiem’. In De Bijen betoont de schepper de liefde voor zijn schepping, als hij verhaalt hoe de bijen van bloem naar bloem nectar verzamelen en daar honing van maken. En hij benadrukt daarbij de rechtvaardigheid als sociaal principe. Want de bijen nemen wel het beste uit de bloemen, maar geven ook veel terug, iets belangrijks en moois dat mensen voedt en vreugde geeft. Zij staan symbool voor ons als burgers die harmonie horen te bewerkstelligen, waardoor welvaart ontstaat. Moslims hoeven zich daarbij niet te laten weerhouden door aangeprate ideeën dat dit contra de Koran zou zijn. Moslims horen juist meer te doen dan homo’s tolereren: moslims horen homo’s te steunen.
Bovenstaande is de iftar-rede van Ahmed Marcouch, op 16 juni 2016 bij Assadaaka, voorgedragen ter gelegenheid van de herdenking van de slachtoffers te Orlando. Een aangepaste versie van de rede verscheen eerder op Trouw.