Mensen met autisme overlijden gemiddeld zestien jaar eerder

Mensen met autisme sterven gemiddeld zestien jaar eerder dan mensen zonder autisme. Dat zou blijken uit een recent onderzoek door het Zweedse Karolinska-Instituut. Vaak is de doodsoorzaak een epileptische toeval of zelfdoding. Dat schrijft Nu.nl.

Voor het onderzoek onderzochten de wetenschappers medische dossiers van 27.000 volwassenen met autisme en gebruikten in totaal 2,7 miljoen mensen als controlegroep voor de gehele bevolking. De resultaten werden gepubliceerd in het Britse Journal of Psychiatry.

Bij mensen die naast autisme ook een verstandelijke handicap hebben, ligt de overlijdensleeftijd zelfs nog vele malen lager. Zij overlijden gemiddeld genomen dertig jaar eerder dan mensen zonder autisme. Binnen deze groep is epilepsie de meest voorkomende oorzaak. Wat de link is tussen autisme en epilepsie, is voor de onderzoekers niet duidelijk.

Mensen met autisme die geen verstandelijke handicap hebben, sterven gemiddeld 12 jaar eerder. Hier is naast hartfalen zelfdoding de voornaamste oorzaak. Uit eerdere studies bleek dat bijna de helft van mensen met autisme die zelfdoding overwogen, werden weggezet als depressief.

‘Het is al bekend dat de helft van de mensen met psychische problemen ook problemen heeft op andere gebieden, zoals stemmingsstoornissen en angststoornissen. Dat is behoorlijk pittig,’ zegt een woordvoerder van de Nederlandse Vereniging voor Autisme tegen NU.nl. ‘Het is heel belangrijk dat de hulpverlening daarop inspeelt en dat er ook passende hulp wordt geboden.’

Volgens de Britse stichting Autistica legt het onderzoek ‘een groot verborgen probleem’ bloot. Zij willen meer geld ophalen om nader onderzoek te kunnen doen. Wereldwijd bevindt ongeveer een op de duizend mensen zich op het autistisch spectrum. In Nederland gaat het naar schatting om zo’n 190.000 mensen.