
De realiteit onder ogen zien kan moeilijk zijn. Toch valt de praktijk van koppen in het voetbal niet langer te negeren als een serieuze bedreiging voor de gezondheid van de spelers. Hoe lastig we dat ook vinden. Wetenschappelijk onderzoek toont steeds duidelijker aan dat herhaaldelijk met het hoofd de bal raken leidt tot onherstelbare hersenschade en het verhoogt de risico’s op dementie en andere ernstige hersenziekten. Koppen in het voetbal moet verboden worden, hoe ingrijpend deze verandering ook zal zijn.
De gevaren van koppen
Een snoeiharde stoot, precies geplaatst balletje, noodzakelijke verdedigingsactie of meer geluk dan wijsheid. Elke voetbalsupporter kan genieten van een kopbal. Daar valt niet over te twisten. Het is een van de vele routinehandelingen die het voetbal maakt hoe we het kennen. Hele speelwijzen zijn erop ingesteld en het vormt een essentieel onderdeel van zowel aanvallen als verdedigen. Valt het spelletje voor te stellen zonder de kopbal? Is het voetbal verloren als we nooit meer mogen koppen? Het is de hoogste tijd dat we daarover met zijn allen gaan nadenken.
Zonder de wetenschap had de wereld hoe we die nu kennen er heel anders uitgezien. Wetenschap helpt de mens om de wereld beter te begrijpen en oplossingen voor problemen te vinden. Feiten leiden tot veranderingen die ervoor zorgen dat de mens erop vooruitgaat. Gevaren worden ontdekt en aan de kaak gesteld. Zo ook betreft de gezondheid van de mens op het gebied van ‘s werelds meest populaire sport. De stapels aan wetenschappelijk bewijs dat aantoont hoe schadelijk koppen is, dienen we serieus te nemen.
Dementie en hersenschade
Onderzoek van Michael L. Lipton, een professor radiologie aan de Columbia University, laat duidelijk zien dat de effecten van herhaalde lichte klappen op het hoofd veel groter zijn dan tot nu toe gedacht werd. MRI-scans van amateurvoetballers tonen veranderingen in de hersenen die vergelijkbaar zijn met die bij patiënten met ernstige hersenziekten. Voetballers die meer dan duizend keer per jaar koppen, vertonen een verminderde integriteit van hersenweefsel (vooral in het hersengedeelte voor het geheugen en cognitief functioneren). Deze spelers scoren daarnaast ook duidelijk lager op testen die het geheugen en leren onderzoeken. Koppen gaat dus hand in hand met cognitieve achteruitgang.
Het is meer dan opvallend hoeveel ex-voetballers er overlijden aan dementie. Het bekendste
voorbeeld is waarschijnlijk de Engelse Jeff Astle, een icoon van West Bromwich Albion, die op 59-jarige leeftijd overleed aan dementie. Hij wordt gezien als de eerste voetballer die is overleden aan kopballen, omdat hier voor het eerst de link werd gelegd. Of neem Wout Holverda, een Nederlander die hetzelfde overkwam door aantoonbare hersenschade van de kopballen in zijn voetbalcarrière. Met Staf Vanhoudt en Pierre Savelkoul gebeurde dit ook. Aan te raden valt de documentaire “Koppie Kapot”, waarin het verhaal van Anki Witte naar voren komt, die na een ongelukkige kopbal een ernstige hersenschudding opliep en chronische klachten eraan overhield.
Afgelopen zomer kwam er een nieuw rapport van de Gezondheidsraad, op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De raad waarschuwt dat herhaaldelijke klappen tegen het hoofd, zoals met kopballen in het voetbal, het risico op dementie verhoogt. Dit risico manifesteert zich vooral bij spelers die langdurig intensief koppen. Keepers en spelers die relatief minder koppen lopen dat risico veel minder. Dit geeft aan dat het aantal kopballen en de intensiteit van koppen bepalend zijn voor de schade. Niet alleen harde botsingen, maar ook regelmatige ‘onschuldige’ kopballen stapelen zich op tot chronische letsels met gevolgen voor het dagelijks functioneren, zoals concentratieproblemen, maar ook vermoeidheid en prikkelbaarheid. Een Schotse studie, onder leiding van Emma R. Russell, beweert zelfs dat voetballers drie keer meer kans op dementie hebben.
Ingrijpen
De groeiende hoeveelheid bewijs voor alle gevaren heeft ervoor gezorgd dat de Nederlandse Sportraad pleit dat er een verbod op kopballen komt voor kinderen onder de twaalf jaar en een beperkt aantal kopballen tot 18 jaar. Men ziet in dat jeugdige hersenen kwetsbaarder zijn voor schade. Toch wil de KNVB maar half luisteren. Er geldt nu enkel een maximum van vijf tot tien kopballen per training voor kinderen onder de twaalf jaar. De bond erkent dus de gevaren, maar wil geen effectieve maatregelen inzetten. Experts blijven ondertussen roepen om een volledige afschaffing van koppen in het voetbal, voor elke leeftijd, maar de oren van de KNVB zijn gesloten. In Engeland en Schotland geldt overigens wel een totaalverbod op koppen voor kinderen onder de twaalf jaar.
Filosoferen over voetbal zonder kopballen klinkt ridicuul. Waar zou dit toe leiden? Meer focus op de techniek en minder fysiek spel. Lage passes, meer omhalen, bicycle of scorpionkicks. Een overtreding als een speler de bal kopt? Maar als dit zonder opzet is? Moet de VAR dan bepalen wanneer er wel of geen sprake is van opzet? Het levert veel vraagtekens op, waarbij het ook de vraag blijft hoe leuk het spelletje blijft met al deze veranderingen in het teken van de gezondheid van de helden op het veld.
Ja, kopballen zijn een essentieel onderdeel van het voetbal dat we kennen. We kennen de schoonheid ervan en het spektakel dat het oplevert. Maar de rationele mens gelooft ook in de wetenschap. De bewijzen dat herhaaldelijk koppen leidt tot onherstelbare hersenschade en een verhoogd risico op dementie moet de voetbalwereld serieus nemen. Daarom is het dringend noodzakelijk dat er strengere maatregelen komen, met als doel koppen in zijn geheel uit te bannen. Alle voetballers dienen we te beschermen tegen langdurige, ernstige schade. Jong én oud. Dat is moeilijk voor te stellen, maar daar dienen we wel met zijn allen naar toe te werken. Want gezondheid blijft het allerbelangrijkste. Voor iedereen.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.