Een kleine groep ‘van enkele tientallen veehouderijen’ rond beschermde natuurgebieden, stoot onevenredig veel stikstof uit. Samen zijn ze verantwoordelijk voor honderden keren meer stikstofneerslag dan de weg- en woningbouwprojecten die vanwege de stikstofbelasting stilliggen. Dat blijkt uit berekeningen van journalistiek onderzoeksplatform Investico in samenwerking met de Groene Amsterdammer, Trouw en enkele regionale kranten.
Uit het onderzoek blijkt dat het noodzakelijk is om deze ‘agrarische topververvuilers’ te sluiten om de natuurgebieden gezond te krijgen. Desondanks nemen zowel het kabinet als de provinciebesturen geen enkele maatregelen en wachten in plaats daarvan af tot de bedrijven zich vrijwillig melden voor een uitkoopregeling.
"Zo veroorzaakt één kalkoenboer op de Veluwe meer stikstofdepositie dan alle Nederlandse automobilisten samen besparen met de verlaging van de maximumsnelheid tot 100 km/uur, blijkt uit de Investico-berekening. De verschillen tussen veehouderijen onderling zijn groot: piekbelasters veroorzaken tot wel 61 keer meer stikstofneerslag dan een gemiddelde veehouder."
Van de 25 bedrijven met de hoogste uitstoot binnen 250 meter van een natuurgebied, zijn er 17 gevestigd in Gelderland. In die provincie ligt de bouw van minstens drieduizend woningen stil. Zes topvervuilers komen uit Noord-Brabant, waar bijvoorbeeld één varkensboer in Biezenmortel in drie dagen meer stikstof produceert ‘dan de volledige herstructurering van de nabijgelegen snelweg A59’. Dat project ligt vanwege de stikstofnormen al anderhalf jaar stil.