Kiezers die voor Brexit stemden, dragen vaker vuil ondergoed

Joop publiceert principieel nauwelijks enquête-resultaten (omdat het veelal gefabriceerd nieuws is, met geen tot weinig controle-mogelijkheden)  maar sommige uitkomsten zijn té schokkend om niet gemeld te worden. Daarvoor moet vanzelfsprekend een uitzondering gemaakt worden. Bij deze.

Wie vermoedt dat er aan de Brexit-uitslag een luchtje zit, kan wel eens gelijk hebben. Maar dan anders dan gedacht. Uit een peiling van het Britse onderzoeksbureau YouGov (dat onder meer in 2012 accuraat wist te voorspellen wie X Factor zou winnen) blijkt dat kiezers die bij het referendum van in juni van dit jaar stemden vóór Brexit, vaker in vies ondergoed rondlopen. Kiezers die de populistische Ukip aanhangen blijken daarbij de grootste smeerpijpen. Linkse kiezers daarentegen hechten het meest aan hygiëne.

Meer dan 1600 mensen werd gevraagd hoe vaak ze kledingstukken dragen voordat ze die in de was doen. Gemiddeld 84 procent van de ondervraagden draagt een onderbroek maar één keer. Onder mensen die pro-EU stemden is dat 89 procent, onder mensen die voor de Brexit stemden daalt dat tot 81 procent. Slechts 79 procent Ukip stemmers zegt ondergoed na een keer dragen in de was te stoppen. 4 procent van hen draagt dezelfde onderbroek zelfs 3 tot 5 dagen. En maar liefst 9 procent wil niets kwijt over hoe vaak het ondergoed verschoond wordt, het laat zich raden waarom. 87 procent van Labour en LibDem kiezers dragen ondergoed maar een dag en wassen het dan. Bij de Conservatieven is dat 85 procent.

Politico Europe brengt het nieuws vandaag. Een analist merkt op dat als het stemrecht beperkt was tot mensen met een schone onderbroek de Brexit-ramp effectief was afgewend.

Als uit de resultaten conclusies kunnen worden getrokken voor het Nederlandse politieke landschap dan ziet het er trouwens somber uit. Slechts 67 procent van de Nederlandse mannen trekt elke dag een schone onderbroek over de onderbuik aan, bleek uit een vorig jaar gepubliceerde enquête.

Zie hier alle resultaten (pdf)

cc-foto:  Littlelixie