Vrouw geweigerd als lid van visclub … 'Als ze een piemeltje had gehad, was ze wel welkom'
Om te kunnen en mogen vissen met netten op de grote rivieren rond de vestingstad Woudrichem, moet je lid zijn van visserijvereniging De Hoop. Ook moet je ten minste 1 jaar en zes weken in Woudrichem wonen. Oh, en ook niet onbelangrijk: je moet een piemel hebben.
Nanka van de Meer woont nu een jaar in Woudrichem en wilde lid worden van de vereniging. Op haar verzoek kreeg ze een droge ‘nee sorry’ van de visserijvereniging.
Oud-voorzitter Johan Combee legt aan Omroep Brabant uit waarom vrouwen niet mogen vissen in Woudrichem:
We hebben niets tegen vrouwen. Het staat al meer dan honderd jaar in de statuten en dat willen we vanuit historisch besef zo houden. En een nieuw lid moet man zijn en één jaar en zes weken in Woudrichem wonen […] Met een piemeltje was het een man en dan mag je lid worden.”
Gelukkig dat de rest van de wereld niet heeft gekozen om uit “historisch besef” geen vooruitgang te boeken en in de middeleeuwen te blijven hangen.
Van de Meer is woedend en heeft besloten om de weigering aan te vechten. Ze heeft inmiddels aangifte gedaan bij de politie en een gesprek gehad met een Officier van Justitie. Ze gaat een civiel rechtelijke procedure starten en stapt wegens discriminatie ook naar het College voor de Rechten van de Mens.
Dat vrouwen niet mogen vissen in Woudrichem is vastgelegd in het enige geldende visrecht dat Nederland nog heeft, het uit 1362 stammende ‘visrechten van Woudrichem’. Rond 1910, toen De Hoop de uit 1362 stammende visserijrechten ging beheren, is het verbod voor vrouwen ontstaan. Combee: “Het is iets unieks en dat moet zo blijven.”