In naam van Jezus
• 17-05-2011
• leestijd 3 minuten
Kun je Jezus beschouwen als de ultieme fundamentele toerekeningsfout? Roos (60) wel. Al gebruikt ze er totaal andere woorden voor.
Ze kijkt zonder vrees naar de rechters voor haar. Handen gevouwen in haar schoot. Er klinkt berusting in haar antwoorden. Ze geeft desgevraagd toe heel blij te zijn.
En dat is opmerkelijk.
Want Roos zit in de gevangenis. En ze staat terecht voor brandstichting. Iets waar rechters doorgaans niet blij van worden.
Voor Roos is de zaak helder. Ze woont in een beschermde woonvorm en heeft last van de buurvrouw. Die is volgens Roos niet zo netjes. Maar – nog veel belangrijker – ze toont minachting voor Jezus.
En dan ben je bij haar aan het verkeerde adres.
Als het niet volgens de regels leeft, verwildert het volk.”
Roos is niet zomaar een vrouw met een vlekje. Ooit verscheen de Here Jezus aan haar. Toen ze lag te slapen. Eerst geloofde ze het niet. Maar later kreeg ze de overtuiging. Hij sprak in haar hart.
Jezus was gekomen om Roos opdrachten te geven. En sinds die tijd is ze gelukkig. Haar leven heeft weer zin.
Vroeger was ik nutteloos. Ik had geen betekenis. Nu wel. Ik mag iets voor Hem doen.”
Niet dat het altijd makkelijk is geweest. Met die opdrachten. Soms begreep ze niet waar Jezus heen wilde. En toch deed ze wat hij haar vroeg.
Uiteindelijk kreeg ze het vertrouwen.
Zelfs toen hij haar vroeg wasbenzine te kopen om de kamer van de buurvrouw in de brand te steken. Als waarschuwing. En Jezus wist het zeker. Als Roos exact zou doen wat hij haar vroeg, dan zou er voor niemand gevaar dreigen. Natte lappen op strategische plekken. Een halve fles wasbenzine onder de deur. Precies genoeg.
Zuurstofgebrek zou het gevaar doen keren.
“De Here Jezus heeft mij op het hart gedrukt dat het niet gevaarlijk zou zijn.”
En dus deed Roos wat hij vroeg. Ook al was ze de avond ervoor nog bang. Niet voor de buurvrouw. Of voor de gevolgen. Maar omdat ze dacht dat ze te onhandig was voor deze opdracht.
Op 17 januari ging het vuur aan onder de deur van de buurvrouw. Om twee zwarte deuren later vanzelf uit te gaan. Roetschade. Dat wel. Maar verder niets.
Uit onderzoek bleek waarom. Zuurstofgebrek.
Roos was blij en is dat nog steeds. En er is geen rechter die daar verandering in gaat brengen. Al zeggen ze duizend keer dat de brandweer de bedoelingen van Jezus toch in twijfel trekt.
Want wat Jezus haar zegt, zal uiteindelijk leiden tot iets goeds. Ook nu. Roos staat door de brand immers onder toezicht van de overheid. En daar is ze blij om.
Deskundigen komen desgevraagd met een ander woord voor de Jezus van Roos.
Schizofrenie.
Diezelfde deskundigen hebben tijdens hun opleiding op zeker gelezen over de fundamentele toerekeningsfout van de mens.
Mensen zijn geneigd hun eigen gedrag te verklaren uit de situatie, terwijl ze het gedrag van anderen toeschrijven aan hun persoonlijkheid.
Roos heeft die dure woorden helemaal niet nodig.
Zij heeft Jezus.