Schendingen van mensenrechten worden door de vingers gezien als het om bevriende regimes gaat, aldus Human Rights Watch
Democratieën zien mensenrechtenschendingen door repressieve regimes door de vingers, omdat zij liever de banden met dergelijke landen behouden dan de schendingen te veroordelen en sancties in te stellen. Dat concludeert Human Rights Watch in zijn jaarverslag, dat maandag werd vrijgegeven.
Democratieën gaan weliswaar de dialoog aan en streven naar samenwerking om hervormingen te bewerkstelligen, maar zij maken daarbij de fout geen drukmiddel in te zetten om deze oproep kracht bij te zetten, aldus HRW.
Met name secretaris-generaal van de Verenigde Naties Ban Ki-moon en EU-buitenlandcoördinator Catherine Ashton krijgen het verwijt te weinig gebruik te maken van politieke druk om autoritaire regeringen tot hervormingen te dwingen, zo meldt ook Trouw maandag. Ook de Amerikaanse president Barack Obama sluit volgens HRW de ogen voor rechtenschendingen in landen die voor de Verenigde Staten van belang zijn, zoals Indonesië, China, India, Egypte en Bahrein. Ook mensenrechtenschendingen in de westerse landen zelf blijven in het rapport niet onvermeld. Volgens HRW toont de “discriminatie en toenemende intolerantie tegen migranten, moslims, Roma en anderen” in de Europese Unie aan dat de lidstaten “grotere politieke betrokkenheid moeten tonen om ervoor te zorgen dat het respecteren van de mensenrechten thuis in overeenstemming is met de retoriek van de EU in het buitenland”.