Er is nog genoeg te doen om de online veiligheid van mensen te vergroten. Het volgende kabinet moet aan de bak
Dinsdag 7 februari is het ‘ safer internet day ’, een jaarlijkse dag voor een beter internet. Met het groeiende belang van ICT in ons dagelijks leven groeit ook het belang van een veiliger internet. Het is nu 10 jaar geleden dat de eerste iPhone op de markt kwam. In de tussentijd is onze maatschappij steeds verder gedigitaliseerd en speelt ICT een onmisbare rol in ons dagelijks leven. Dit is echter nog niet doorgedrongen tot het kabinet. Het huidige kabinet van PvdA en VVD is naïef en ziet het belang en de risico’s van ICT veel te laat in. Zo werd bekend dat ministers bijvoorbeeld mailen vanaf hun privémailadres. Afgelopen week besloot minister Plasterk nog dat de software om stemmen te tellen te onveilig was om te gebruiken. Goed dat dit besluit is genomen, maar wel rijkelijk laat. De Kiesraad wist al 6 jaar dat de software onveilig was en de verkiezingen zijn al over 5 weken. Dit kabinet stapelt fout op fout. Het volgende kabinet moet ICT wél serieus nemen en van online veiligheid een topprioriteit maken.
Pas de hackwet aan Er is nog genoeg te doen om de online veiligheid van mensen te vergroten. Het volgende kabinet moet aan de bak! Allereerst moet de hackwet aangepast worden. Het inkopen van hacksoftware door de politie stimuleert de zwarte markt in softwarekwetsbaarheden in de apparaten die we dagelijks gebruiken. En als de politie via een achterdeurtje in je computer kan, dan kan een internetcrimineel dat ook! Deze kwetsbaarheden moeten juist gemeld worden aan Apple, Google en Microsoft zodat ze hun producten veiliger kunnen maken voor ons allemaal.
Cyberveiligheid consumentenapparaten Daarnaast moeten bedrijven verantwoordelijk worden gemaakt voor de ICT-veiligheid van hun producten. Tegenwoordig zijn steeds meer bedrijven ook softwaremakers, omdat steeds meer apparaten kunnen worden aangesloten op het internet. Denk aan auto’s, maar ook aan koelkasten, wasmachines, ovens, kinderspeelgoed en thermostaten. Kwaadwillenden kunnen misbruik maken van veiligheidslekken in deze apparaten, waardoor criminelen bijvoorbeeld kunnen zien wanneer je thuis bent of je digitale belastingaangifte of privéfoto’s bekijken. Er moeten voor producenten op Europees niveau regels gemaakt worden over de cyberveiligheid van apparaten, net zoals er afspraken zijn over de brandveiligheid van apparaten. Bedrijven moet aansprakelijk zijn als ze onveilige software leveren en weigeren de software via een update veiliger te maken.
Kabinet had zetje nodig Er zijn de afgelopen jaren ook dingen goed gegaan. Het Nationaal Cyber Security Centrum is opgezet, netneutraliteit is opgenomen in de wet, de Responsible Disclosure richtlijn die hackers helpt kwetsbaarheden te melden is opgesteld, onze digitale infrastructuur wordt nu als mainport gezien en het kabinet heeft het belang sterke encryptie onderkent. Het kabinet had echter wel bij al deze punten een flinke duw in de rug nodig van D66 om deze stappen te zetten.
Minister van Technologie en Privacy Om het belang van ICT en ICT-veiligheid binnen het kabinet te onderstrepen moet er een minister van Economische Zaken, Technologie en Privacy komen. Deze minister moet, naar analogie van de sociaaleconomische zeshoek, aan het hoofd staan van een digitale driehoek samen met de ministers van Veiligheid en Justitie en Binnenlandse Zaken.
Dan kan ‘safer internet day’ volgend jaar een feestdag worden.