Nadat woensdag Forum voor Democratie-Kamerlid Pepijn van Houwelingen D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma bedreigde tijdens het debat over 2G, rees bij velen opnieuw de vraag: is het nog wel verantwoord om de partij van Thierry Baudet te erkennen als politieke partij? Tijdens hetzelfde debat vertelde Volt-Kamerlid Nilüfer Gündoğan ook al dat ze bedreigd werd vanuit de Forum-achterban, waarop FVD-Kamerlid Gideon van Meijeren zich naar de interruptiemicrofoon haastte om de bedreigingen toe te juichen. Kamerleden hebben veel vrijheid binnen de Tweede Kamer, maar bestaat er een grens?
Jazeker, zegt advocaat en rechtsstaat-deskundige Erik Verweij. Na de Forum-bedreigingen schreef hij al op Twitter:
"Korte samenvatting: een partij kan worden ontbonden als deze een gevaar is voor de openbare orde. Daarvan is sprake als zij een gevaar is voor de democratische rechtsorde door haar doelen, gedragingen, en of het gevaar realistisch is. Verdedig maar dat daar géén sprake van is."
Een uitgebreider antwoord geeft Verweij in een videocollege op YouTube. Daarin maakt hij duidelijk dat politieke partijen voor de wet eigenlijk niet bestaan. Over de oprichting of het functioneren daarvan zijn dan ook geen specifieke wetsartikelen, dus ook niet over het verbieden ervan. Maar een politieke partij is wel een vereniging en daarmee een rechtspersoon. Op verzoek van het Openbaar Ministerie, en dus niet van de regering, de Kamer of iemand anders, kan worden besloten tot een verbod.
Hoewel het zeldzaam is dat een partij wordt verboden, gebeurt het wel. Te denken valt aan CP’86. Die extreemrechtse partij werd door de rechter schuldig bevonden aan het aanzetten tot vreemdelingenhaat en uiteindelijk in 1998 verboden. Een eenmaal verboden partij moet worden ontbonden en mag nooit meer opnieuw worden opgericht. Deelname aan een verboden politieke partij is strafbaar.