Ik dacht aan het soort Nederlanders dat verbitterd mokt over de Italiaanse flierefluiters met hun schulden en hun tekorten.
Wij verlieten het hotel om een nero en een goccia te halen met een tosti als ontbijt. Bij het bestellen van koffie, zo had een blogster op haar site gewaarschuwd, gaat het om de eerste indruk die men maakt. Een goccia is geen capuccino en wat men in de rest van Italië een cappuccino noemt, heet hier ter stede caffelatte. We vonden een door hoge bomen omzoomde laan die voor het verkeer was afgesloten zodat er ruimte ontstond voor het ene terras na het andere. Het was maandagochtend en ze zaten allemaal stampvol. Het kostte moeite een vrij tafeltje te vinden waar we neer konden zijgen. Wij deden op de juiste wijze onze bestelling.
Dit is de hoofdstad van de koffie, welke godendrank drie en een halve eeuw geleden vanuit Wenen is gearriveerd. Iets anders: wat men hier bij de banketbakkerij kan krijgen, is een zeer lichte chocoladetaart – bijna mousse – die in Boedapest is geconcipieerd en hierheen kwam in dezelfde tijd dat de Österreichische Lloyd zijn indrukwekkende hoofdkantoor bijna tegen de zee aan bouwde.
In de stad kwamen we manshoge bronzen beelden tegen van James Joyce, Italo Svevo en Gabriele d’Annunzio, die hier hadden gewerkt en soms ook huis gehouden. We zagen op het bordje dat Svevo eigenlijk Schmitz heette. D’Annunzio zat ontevreden op een bank een stapel boeken door te nemen. In de krant las ik grote stukken over oorlogsmusea en dat 80000 soldaten met een Italiaanse achtergrond in de eerste wereldoorlog aan de kant van de Habsburgers hadden gevochten van wie er 11000 waren gesneuveld. Dit in het kader van oorlogsmusea, herdenkingscultuur en waar men liever over zweeg. En wat voor Oekraïne ook belangrijk werd. Al die aandacht in de krant had te maken met het feit dat men in Kiev nu al een oorlogsmuseum aan het inrichten is.
Maar die maandagochtend met zijn volle terrassen onder de bomen... ik dacht aan het soort Nederlanders dat verbitterd mokt over de Italiaanse flierefluiters met hun schulden en hun tekorten. En hoe zij dan probeerden hardwerkende Nederlanders daarvoor op te laten draaien door de invoering van eurobonds af te dwingen. En hoe die Draghi… en hoe wij ons hier drie slagen in de rondte moeten werken voor hun pensioenen. De terrassen waren niet alleen op maandag om tien uur in de ochtend stampvol, rond middernacht waren zij dit nog.
Wij zaten er tussen en we gunden die bozige Hollanders, het Wildersvolk, de Eerdmansadepten, de Hoekstra-bewonderaars en de laagste godjes van de VVD hun chagrijn meer dan ooit.
Voor het overige ben ik van mening dat het toeslagenschandaal niet uit de publieke aandacht mag verdwijnen en de affaire rond het Groninger aardgas evenmin.
Beluister Het Geheugenpaleis, de podcast van Han van der Horst en John Knieriem over politiek en geschiedenis.
Heb je een vraag, suggestie of wil je gewoon iets kwijt? Dat kan hier. Lees onze spelregels.
Voor Italo Svevo hoef ik de deur niet uit. Die ligt ook op mijn bureau.
Een andere wereld, die ontdekte wij toen wij 20 jaar geleden een huis kochten in het zuiden Frankrijk. We wonen hier nu ook. Hier geen snel broodje kaas tussen de middag maar een echte lunch. Op zondag duurt die een paar uur. Ze genieten hier in het zuiden gewoon meer van het leven dan die Hollanders. Blij dat we er niet meer wonen.
Het zijn dezelfden die zich ergeren aan voortuintokkies en vinden dat die moeten werken voor hun steun.
“ Maar die maandagochtend met zijn volle terrassen” Ik zal eens aan mijn werkgever vragen wanneer ik op maandagochtend eens op het terras kan zitten.
Triëst, prachtige stad. Zowieso hebben de Italianen vaak een betere stijl van leven. Lekker eten, beter gekleed en la dolce vita. Alleen hun regeringen zijn wat ongelukkig.
Hier in het dorp zitten (bij lekker weer) de terrassen ook van 's ochtends tot 's avonds vol. Het gaat gewoon heel slecht met Nederland.
Eens. We hebben het nog steeds meer dan goed. Weinig reden om te klagen. Toen ik nog in Den Haag woonde en af en toe op een doordeweekse dag binnen kantooruren door de drukke binnenstad liep, vroeg ik me ook altijd voor de grap af of die mensen niet hoeven te werken. Er is niets mis met genieten van het leven. Integendeel. Zolang je het niet ten koste van anderen doet.