Het uitsterven van dier- en plantsoorten gaat sneller dan je denkt
• 03-09-2014
• leestijd 3 minuten
Het wachten is misschien tot de mens uitsterft, zodat daarna de Aarde weer de gelegenheid krijgt zich te herstellen
Dinsdag 2 september was het duurzame dinsdag en staatssecretaris Wilma Mansveld nam een koffertje met 40 ideeën voor duurzaamheid in ontvangst. Ik hoorde de staatssecretaris vrolijk babbelen over duurzaamheid. ‘Het gaat goed met de duurzaamheid,’ zei ze onder meer. Vandaag kwam ik een onderzoeksverslag tegen waaruit blijkt dat het uitsterven van dier- en plantsoorten op Aarde veel sneller gaat dan gedacht. Die zijn dus toch niet zo duurzaam als we dachten.
Daar zal mevrouw Mansveld waarschijnlijk weinig aan kunnen doen, ook niet met een koffer vol ideeën, al zaten er 40.000 in. Het zou echter toch, voor al die mensen die zich druk maken over het welzijn van honden en poezen, een afschuwelijk idee moeten zijn. Iedereen zou zich af moeten vragen hoe een dergelijke ontwikkeling kan worden gestopt. En niet alleen op 2 september, maar ook op 3 september en daarna.
Een aantal perioden in de geschiedenis van de Aarde kende een groter aantal van levende soorten die afstierven. Vulkaanuitbarsting, aardbeving, overstroming, kortom: een periode van rampen bleek te veel voor de arme Dino. Dat weten we inmiddels allemaal. Onze interesse voor de dinosaurus zal wel samenhangen met onze eigen angst om uit te sterven, want als zulke grote dieren in allerlei verschillende vormen in korte tijd uit konden sterven, dan zou het ook wel eens mogelijk kunnen zijn dat de mens er zelf aan gaat. De tijd dat de dinosaurussen uitstierven was een uitsterf-toptijd. Onderzoekers zeggen dat er nu weer sprake is van een toptijd. Sinds het ontstaan van de mens en zeker sinds die mensen overal ter wereld zich vermenigvuldigd hebben en elk stukje oppervlak in bezit hebben genomen, gaat het 1000 keer zo hard met het verdwijnen van de biologische diversiteit dan in de jaren daarvoor.
Om te begrijpen hoe snel het proces van uitsterven van biologische soorten op Aarde gaat, moeten onderzoekers weten hoe dat in de afgelopen 60 miljoen jaar is gegaan. Met nieuwe onderzoekmethoden (DNA-onderzoek) om de soorten die we niet meer kennen te kunnen identificeren en met een beter begrip van hoe de biologische diversiteit voor de mens ten tonele verscheen juist toenam, is men tot de conclusie gekomen dat het uitsterven, voor de mens er was, tien keer zo langzaam ging dan voorheen werd gedacht en dat de biodiversiteit dus niet 100 keer, maar 1000 keer sneller gaat sinds er mensen op Aarde lopen. Oké, hier en daar hebben we ook een olifant weten te redden, maar het is allemaal marginaal.
Zulke stukjes schrijven is al riskant, want dergelijke informatie wordt al gezien als een beschuldiging. Liever ontkennen, de andere kant opkijken, de subsidie aan de wetenschappers die met zulk onderzoek bezig zijn intrekken. Alles is beter dan je verantwoordelijk te hoeven voelen en na te moeten denken over wat er zou moeten gebeuren om deze trend te stoppen.
Kom op, we maken nog een extra filmpje van onze veel te dikke poes en plaatsen het op Facebook. De grote oplossing? Het wachten is misschien tot de mens uitsterft, zodat daarna de Aarde weer de gelegenheid krijgt zich te herstellen. Maar dat is toch wel een heel cynisch idee.
Volg Ivan Wolffers ook
op Twitter Ivan schrijft voor Joop elke dag een Gezond Weetje van de Dag: klik hier voor een overzicht