Het godsdienstige gezicht van de VVD
• 01-03-2011
• leestijd 3 minuten
Geen gedwongen prikpil voor falende ouders, wel zondagsrust en vrijheid van godsdienst. Er lijkt een authentieke religieuze wind door de VVD te waaien
Alle nobele verhalen ten spijt fungeert de Eerste Kamer bij de traditionele partijen vooral als een met belastinggeld betaalde lobbyclub. Straks schuiven de nieuwe fractievoorzitters aan. Loek Hermans: VVD en MKB-Nederland. Elco Brinkman: CDA en Bouwend Nederland. Marleen Barth: PvdA en Geestelijke Zorg. Roger van Boxtel: D66 en de Verzekeraars. Nevenfuncties nog onvermeld.
Media vinden het kennelijk interessanter om te speculeren over wat er gebeurt als Mark Ruttes coalitie bij de Statenverkiezingen geen meerderheid haalt. Mooi, maar wat als hij wel een meerderheid krijgt? Joep Bertrams gaf dat in het Parool van 17 februari erg beeldend weer: Rutte met haaientanden. Want bij een meerderheid gaat deze regering uiteraard volledig loos op alle terreinen waarop zij zich tot nu toe – relatief – koest heeft gehouden. En dat zijn er meer dan waaraan men nu denkt.
Je zou denken dat als het CDA regeert met de VVD, de A versterkt van de Autolobby, de Agrarische ondernemers en hun collega’s in de steden. De C van Christelijk raakt daarbij op de achtergrond. De laatste tijd echter lijkt er iets merkwaardig met de VVD gebeurd. Het paaien van gedoogpartij SGP en de zware vleugel in het CDA met zondagsheiliging, dat kun je nog als een tactische manoeuvre beschouwen. Want natuurlijk geneerden Rutte en de zijnen zich hevig toen onlangs kamerleden van GroenLinks en D66 met de voormalige VVD-leus over shoppen op zondag paradeerden.
Maar er lijkt wel degelijk een authentieke religieuze wind door de VVD te waaien. Neem de recente discussie over de vraag of je definitief falende ouders kinderen mag ontzeggen. PvdA pleit al jaren voor een gedwongen prikpil voor dit soort ouders. Intussen kiest ook de CDA voor deze benadering bij monde van Tweede-Kamerlid Madeleine van Toorenburg. Doch ‘mordicus tegen’ is haar VVD-collega Anouchka van Miltenburg.
Omgekeerde wereld? CDA-politicus gaat in tegen het godgegeven gebod van de voortplanting en VVD’er eist juist onderwerping aan dat gebod. Geen oprisping, want Van Miltenburg voert al sinds 2005 een religieus-ethische kruistocht tegen pragmatische geboortepolitiek. Haar partij vindt dat prima, Van Miltenburg is tegenwoordig vice-voorzitter van de fractie.
Fractiegenote Janneke Snijder hikt sterk aan tegen een door de Partij voor de Dieren geopperd verbod op onverdoofde slachting. Zo’n verbod raakt namelijk ‘de vrijheid van godsdienst’. Daarentegen menen met de partij van Marianne Thieme ook PVV, SP, GroenLinks en D66 terecht dat de vrijheid van godsdienst eindigt waar dierenleed begint. Gezien zijn omvangrijke moslimelectoraat deelt PvdA-kamerlid Tjeerd van Dekken het standpunt van Snijder. Maar dat argument geldt niet voor de VVD. Desondanks plaatsen ‘liberalen’ eveneens vrijheid van godsdienst boven andere grondwettelijke vrijheden.
Ik moet sterk denken aan het jaar 1976 toen de Tweede Kamer met overweldigende meerderheid een initiatiefwetsontwerp over abortus, ingediend door PvdA en VVD, aannam. Maar in de Eerste Kamer wist Haya van Someren-Downer tweederde van haar VVD-fractie te overtuigen van de religieuze bezwaren tegen deze moderne wetgeving. Net als bij de Nacht van Wiegel verdween de moderne wetgeving tot op de huidige dag in de prullenbak. Ook sinds 1976 mag bij religieuze kwesties in de VVD geen partijdiscipline worden geëist.
Na het christelijke kabinet Balkenende IV, het christelijke kabinet Rutte?