We denken dat het alleen de wappies zijn die in verzinsels geloven maar het fabuleren is veel besmettelijker
“Ik baal van alle mensen die zeggen dat het goed gaat,” zei een vriendin plots tijdens het diner. Ik keek haar aan en vroeg me af of ik m’n verbazing moest proberen te verbergen. Ze kneep haar ogen een beetje toe, zoals mensen doen als ze je de waarheid willen zeggen. “Steeds maar weer dat ‘ja, corona is erg maar met mij gaat het goed hoor’. Het is gewoon niet waar.” Ze prikte met haar vork, op veilige afstand, mijn richting uit. “Het gaat helemaal niet goed. Met de wereld niet. Met niemand niet. We houden onszelf voor de gek.”
Eerst zag ik het als een milde uitbarsting van frustratie maar de woorden bleven hangen en de daaropvolgende dagen won haar inzicht in mijn gedachten steeds meer aan kracht. Zoals een zaadje je verrast een hele plant in zich te dragen, zo groeide haar gelijk uit tot een overtuiging. We houden onszelf voor de gek. Niet alleen over hoe het met ons gaat maar ook over wat ons te wachten staat.
We denken dat het alleen de wappies zijn die in verzinsels geloven maar het fabuleren is veel besmettelijker. Mensen die vakantiereizen boeken of daarover fantaseren. Modeketens die met weer een nieuwe look komen om nergens te dragen, mensen zoals ik die de kleding in hun winkelmandje doen als een soort bezwering. De persconferenties die al een jaar gaan over als “het straks weer normaal wordt”. Terwijl we geen idee hebben wat straks is. Of normaal. We denken dat het uiteindelijk wel weer beter wordt omdat we dat gewend zijn. Of omdat we gewoonweg niet anders kunnen denken. Als een drenkeling zich op een verlaten zee vastklampt aan een reddingsboei denkt hij aan een schip dat uiteindelijk op zal doemen. Anders is er geen reden de boei vast te houden.
De zakken van Hoekstra zijn diep, meldden de media met bravoure. Geen zorgen. Koersen we in ontkenning af op een afgrond die we niet willen zien? Iedereen kent immers de verhalen van mensen die het water aan de lippen staat. Een vriend die tot vorig jaar goed boerde met ict-projecten zag zichzelf ineens gedwongen klusjesman te worden, een zzp’er die altijd goed in de opdrachten zat verkoopt nu zelfgebakken brood in z’n vriendenkring. Vraag om je heen, de nood is meestal niet meer dan twee vriendschappelijke elleboogstoten verwijderd.
De rest feest door. Mensen houden zoveel geld over, zei een wijnhandelaar me. Ineens willen ze allemaal dure wijnen. Sinds maart is de omzet iedere dag zo groot als anders alleen met Kerst. Ik kocht tot mijn eigen verbazing prompt een fles alcoholvrije wijn van een tientje. Ongetwijfeld om mezelf te bewijzen dat het ook met mij goed gaat, al kan ik niet ontkennen dat ik er licht nerveus van werd. Tien euro voor limonade, was ik gek geworden?
De huizenprijzen blijven stijgen. De economie groeit gestaag door. Gaat het goed omdat we denken dat het niet mis kan gaan? Of duwen we de rampspoed van anderen uit onze gedachten omdat we in het ik-tijdperk ervan overtuigd zijn geraakt dat alles alleen om onszelf draait? Succes hebben we alleen aan onszelf te danken, dus dat zal dan ook gelden voor de ellende die anderen treft. Dat is wreed maar aantrekkelijk. Als het hun eigen schuld is, is het meteen niet meer ons probleem.
De Griekse film All the pretty little horses die deze maand in première ging, voor zover je dat online nog zo kunt noemen, gaat over het fenomeen hoe mensen zichzelf voor de gek kunnen blijven houden. Ze hebben er in Griekenland ruim ervaring mee. Nog voor de coronacrisis werd dat land getroffen door een ongekend harde financiële crisis, het gevolg van uiteenlopende omstandigheden, van ongebreideld optimisme, van corrupte politici, van geldbeluste banken en van een Europese Unie die een voorbeeld wilde stellen. Het land werd aan de rand van de afgrond gebracht, heet dat dan in correspondententaal. In het door faillissementen gehavende Athene zag ik wat dat betekende. Een keurige oude vrouw die mijn moeder had kunnen zijn verkocht op straat losse pakjes papieren zakdoekjes. Om te overleven. In Nederland werd onder leiding van Jeroen Dijsselbloem in koor geroepen dat de Grieken het aan zichzelf te danken hadden. Wat die oude straatverkoopster in haar leven verkeerd gedaan had om dit lot te treffen, was me niet geheel duidelijk.
All the pretty little horses toont een stel hoogopgeleide dertigers met een klein kindje die een fantoombestaan leiden. Hij is een accountant zonder werk, zij een anesthesist maar nu parttime bejaardenverzorgster. Ze zijn vanuit de stad naar het platteland gevlucht en proberen daar met make believe en veel lef of wanhoop – de grens daartussen is altijd vaag – hun oude leven in stand te houden. Ze slagen erin een florissant bestaan te simuleren dat niet van hen is, in afwachting van het moment dat straks weer alles normaal wordt. Als kijker zie je dat het alleen maar mis kan gaan. Of toch niet? De Griekse crisis was natuurlijk van een andere aard maar heeft voor het leven verontrustend veel overeenkomsten met de periode waar we nu allemaal in verkeren.
All the pretty little horses, vernoemd naar het slaapliedje waarin een kind wordt beloofd dat bij de volgende dageraad er allemaal cadeaus zullen wachten, is een thriller maar niet zoals je gewend bent. Bij de thrillers uit Hollywood is het de moordenaar die steeds dichter nadert, hier is het de crisis die de slachtoffers op de hielen zit om hen te verstikken. Dat merk je al bij de openingsscene. De vrouw rent over een bospad. Ze draagt een strakke, modieuze sportschool outfit terwijl ze door het ruige landschap spurt. Het beeld klopt niet. Ze hoort dit in een dure, glimmende sportschool te doen. Of wacht, misschien is ze op de vlucht. Maar voor wie?
Die spanning blijft de hele film aanhouden. Het is een raar soort en bijna ondraaglijke spanning over het onzekere dat zeker komen gaat. Een gevoel dat we nu nu ook zouden kunnen hebben over de coronacrisis en de gevolgen daarvan maar dat niet toelaten. Overtuigd als we zijn van het happy end.
Na een goeie thriller heb je voor het slapen gaan de neiging om de buitendeur even stevig op slot te draaien. Je weet immers maar nooit. Na All the pretty little horses besluit je misschien wel om je levensstijl te veranderen. Al is het maar voor even. Hoewel ook dat weer afhankelijk is van wat je in het verhaal wilt zien. Na het bekijken las ik via imdb een paar Nederlandse recensies die de film vonden tegenvallen omdat er wel spanning wordt opgebouwd maar er geen dreiging is. De auteurs wijdden geen woord aan de Griekse crisis. Wellicht was die hen ontgaan. Dan kun je het gevaar ook niet zien.