‘Herenakkoord’ in de zorg is niets waard: wachtlijsten nemen toe
• 06-07-2017
• leestijd 2 minuten
© 2008-02-28 00:00:00 AMSTERDAM - Het VU medisch centrum in Amsterdam neemt 10 maart acht tijdelijke operatiekamers in gebruik. Het gaat om 49 containers die in de tuin van het ziekenhuis staan
De wachtlijsten in de Nederlandse ziekenhuizen zijn terug. Hoewel afgesproken is dat patiënten binnen vier weken (diagnose en polikliekbezoek) of zeven weken (klinisch) geholpen moeten worden, wordt lang niet altijd aan die afspraak voldaan. Dat schrijft de Volkskrant. In 2004 spraken ziekenhuizen en zorgverzekeraars in een ‘herenakkoord’ af hoe lang de wachtlijsten maximaal mochten zijn. Een afspraak zonder sancties op overschrijding, met als gevolg: overschrijding.
Voor acht van de 24 medische specialismen overschrijdt de gemiddelde wachttijd de norm. Het langs is de gemiddelde wachttijd in academische ziekenhuizen, omdat zij zich steeds meer toeleggen op complexe zorg. Voor een staaroperatie in het UMC Groningen moet een patiënt bijvoorbeeld gemiddeld maar liefst dertig weken wachten. Bij het Martini Ziekenhuis in dezelfde stad kunnen patiënten na vier weken al terecht. Zorgverzekeraars kunnen hierin bemiddelen en voor de patiënten bekijken of ze elders sneller geholpen kunnen worden. Maar over die zogenoemde ‘wachtlijstbemiddeling’ worden patiënten nagenoeg niet geïnformeerd. De Volkskrant schrijft:
"Van wachtlijstbemiddeling komt nu nog weinig terecht, zegt directeur Dianda Veldman van Patiëntenfederatie Nederland. ‘Een enkele goede niet te na gesproken, maar je moet bij de meeste verzekeraars vier vijf keer doorklikken op de website voor je weet dat ze aan wachtlijstbemiddeling doen.’
Slechts een op de drie patiënten ontvangt informatie over wachttijden zonder hier zelf naar te vragen, blijkt uit een enquête die de NZa liet uitvoeren. Dat moet veranderen, vindt de toezichthouder. ‘Het is cruciaal dat burgers weten waar zij recht op hebben en wat hun mogelijkheden zijn. Ze moeten hier actief op gewezen worden.’"
Slechts een op de drie patiënten ontvangt informatie over wachttijden zonder hier zelf naar te vragen, blijkt uit een enquête die de NZa liet uitvoeren. Dat moet veranderen, vindt de toezichthouder. ‘Het is cruciaal dat burgers weten waar zij recht op hebben en wat hun mogelijkheden zijn. Ze moeten hier actief op gewezen worden.’