"Misschien ziet zij die gepolariseerde, harde samenleving van nu als het ware gezicht van Nederland"
Maar liefst 40% van de Nederlands-Turkse studenten wil vertrekken naar Turkije, blijkt uit een onderzoek onder Amsterdamse studenten (Volkskrant, 24 september). 37% Weet het nog niet. Wat staat hen te wachten als ze daadwerkelijk gaan?
Mijn oudere zus en ik snappen er niets van. Nederland is ons moederland en wij hebben er alles aan gedaan om in Nederland succesvol te worden. Succesvol zijn was een cadeau aan onze ouders, die nooit de dromen hebben kunnen waarmaken waarmee ze ooit naar Nederland kwamen. Mijn vader werkte als lasser bij de scheepswerf van Verolme, mijn moeder was schoonmaakster. Hun leven in Nederland kende veel desillusies. En toch bleven ze. Ze geloofden namelijk dat hun kinderen hier wél een betere toekomst zouden hebben. Maar als wij – hun kinderen – nu naar Turkije “terugkeren”, waarom zijn zij dan al die jaren hier gebleven?
Ik ben er niet gerust op dat mijn mijn zusje fantaseert over een toekomst in Turkije. Ik woonde en werkte zelf als correspondent een aantal jaren in Turkije en herinner me – naast alle prachtige momenten en ontmoetingen – vooral ook de heimwee die ik had en de harde mentaliteit van veel mensen. Ik was blij om uiteindelijk terug in Nederland te zijn. Mijn zus laat zich leiden door een irreële fantasie over een sprookjesland waar alles goed is, vind ik. In die zin lijkt ze eigenlijk op mijn ouders, die ook geen reëel beeld hadden van Nederland, maar desondanks besloten om als gastarbeider hierheen te emigreren. De reis die mijn zusje te wachten staat is als een spiegelbeeld van de reis van mijn ouders. Haar teleurstellingen en heimwee zullen ook dezelfde zijn, vrees ik. En ook als ze de stap niet zal wagen, zal ze blijven hangen in dat droombeeld van een ideaal land. Ik ben namelijk bang dat dat laatste weer zal leiden tot een uitgesteld leven in Nederland.
Deze zomer heb ik haar met een camera gevolgd naar Istanbul, waar ze samen met haar twee beste vriendinnen op vakantie ging. De beelden ben ik nu aan het monteren. Het zijn vrolijke, slimme en stoere meiden, die wel tegen een stootje kunnen. Maar ik merkte er ook dat Nederlandse Turken moeite hebben om in Turkije te aarden. De helft gaat zich ongelukkig voelen, blijkt uit onderzoek, en wil uiteindelijk toch weer terug naar Nederland. Maar op mijn zus hebben dit soort overwegingen geen invloed. Haar wens om te gaan werd op vakantie alleen maar groter.
Het economische succes van Turkije lokt en het koude anti-islamklimaat in Nederland jaagt ze weg. Waarom heeft deze combinatie zo’n effect op jonge mensen en niet op Turkse Nederlanders die de dertig gepasseerd zijn? Mijn oudste zus Vildan (37) zei iets dat me aan het denken zette: “Tijdens de aanslagen van 11 september waren wij al volwassen. Wij zagen wat er gebeurde als iets dat weer voorbij zou gaan. Wij kennen ook een ander Nederland. Maar Ferihan was toen een puber. Misschien ziet zij die gepolariseerde, harde samenleving van nu als het ware gezicht van Nederland.”
“Ik zie een verre reis” heet de documentaire over mijn zusje. Hij wordt op 11 oktober uitgezonden om 23.00 uur op Ned 2.