Halsema geeft een slecht signaal aan de kiezers
• 29-11-2010
• leestijd 3 minuten
In tegenstelling tot wat Femke Halsema meent, wil de SP heel veel hervormen: de bancaire sector, de woningmarkt, het onderwijs, de zorg en ons duurzaamheidsbeleid
In plaats van de handen ineen te slaan moet links zich, volgens Femke Halsema, opsplitsen in twee stromingen: een links-progressieve en links-conservatieve stroming. Dat is een slecht signaal naar alle kiezers die niet blij zijn dat rechts regeert, en die willen dat links zich organiseert om effectief oppositie te voeren – en om zicht te geven op een wisseling van de wacht als dit kabinet onderuit gaat. Links moet zoeken naar wat ons bindt in plaats van scheidt. Dat zijn we aan onze kiezers en ons land verplicht.
In tegenstelling tot wat Femke Halsema meent, wil de SP heel veel hervormen: de bancaire sector, de woningmarkt, het onderwijs, de zorg en ons duurzaamheidsbeleid.Natuurlijk zijn er verschillen tussen onze partijen. Die zou ik persoonlijk echter niet onder de kopjes progressief en conservatief willen laten vallen. In tegenstelling tot wat Femke Halsema meent, wil de SP heel veel hervormen: de bancaire sector, de woningmarkt, het onderwijs, de zorg en ons duurzaamheidsbeleid. Allemaal onderwerpen waarop ik denk dat ons land veel beter kan. Maar tegelijkertijd is de SP geen hervormer om het hervormen. In dat opzicht houden we vast aan wat de apostel Paulus al schreef: onderzoekt alle dingen en behoudt het goede. Dat lijkt me een waarheid waar we nog steeds mee uit de voeten kunnen. Als Halsema dat conservatief wil noemen, mag ze van mij haar gang gaan. Ik versta er in ieder geval iets anders onder.
Dat de SP niet de eerste keus is van GroenLinks merkte ik de afgelopen maanden al. Tijdens de formatie zat GroenLinks samen met de VVD, PvdA en D66 aan tafel. Dat is toen niets geworden. De VVD ging liever met de PVV in zee en zodoende zitten alle linkse partijen nu gezamenlijk in de oppositie. Voor Femke Halsema en haar partij een tegenvaller, zo stel ik me voor. Mijn partij kent haar lot helaas maar al te goed. In 2006 wonnen wij de verkiezingen, maar verloren wij de formatie omdat PvdA en CDA ons er liever niet bij hadden en met de ChristenUnie in zee gingen. Daar kun je goed van balen, maar minstens zo belangrijk is het om daarna de draad weer op te pakken en lessen te trekken. Wij hebben geleerd dat links pas mee kan regeren als wij onze interne discussies bijleggen en samen optrekken. Aan GroenLinks nu ook de keuze of ze links wil samenbinden of verdelen. Ik zet sinds mijn aantreden in op samenbinden en blijf dat doen.
Zeker als het gaat om de bezuinigingen waar het kabinet mee voor de dag komt, zouden alle oppositiepartijen er baat bij hebben om te kijken waar we samen kunnen optreden. Kunst, cultuur en ontwikkelingssamenwerking: het zijn thema’s waar we elkaar probleemloos moeten kunnen vinden. Ook de toekomst van het onderwijs zien wij anders voor ons dan de huidige regering, die hier flink op bezuinigt. En als het gaat om alternatieven voor de woningmarkt laten onze partijen in de Eerste Kamer ons zien hoe het kan, door de regering te vragen om het heilige huisje van de onbeperkte hypotheekrenteaftrek eens goed te inspecteren. Zulke gemeenschappelijke successen smaken wat mij betreft naar meer.
Dat geldt ook voor de bezuinigingen op de WSW en de Wajong. De SP, de PvdA en de vakbeweging hebben hier elkaar al gevonden. Wij demonstreren vandaag samen tegen de plannen van de regering, die deze groep kwetsbare mensen in de armoede zullen brengen.
Laat deze actie de opmaat zijn voor een nog bredere sociale coalitie. En wat mij betreft sluiten ook D66 en de ChristenUnie zich daar bij aan, als zij daarvoor voelen. Laten we eens verder kijken hoe we de komende tijd samen kunnen optrekken. Daar profiteert de burger – en niet alleen de linkse kiezer – meer van dan van een verdeeld links.
Lees
hier het stuk van Femke Halsema
Dit artikel stond op zaterdag 27 november 2010 in De Volkskrant