Gratis tip voor D66: digitaliseer het middelbaar onderwijs

D66 staat voor beter onderwijs, maar maakt niet duidelijk waar het in hun verkiezingsprogramma beloofde extra geld aan moet worden besteed. Een gratis tip.

Teun Gautier, uitgever van De Groene Amsterdammer, twitterde me deze week de woorden uit de mond:

Gek maar D66 drukt al hun oplossingen uit in hoeveel extra geld ze daar voor willen. Leidt 2 mld in onderwijs tot beter onderwijs?”

Nee natuurlijk. Het twitteraccount van D66 antwoordde dan ook meteen:

Het gaat ons niet om die 2 mld, maar om een slimme en effectieve besteding van dat bedrag.

Juist. Maar hoe dan? Dat zegt de partij er niet bij, waardoor voor de kiezer niets anders overblijft dan voor of tegen meer geld naar onderwijs te stemmen. Daar blijkt duidelijk uit dat D66 de stem van onderwijzers wil, maar niet dat Alexander Pechtold en consorten enorm veel feeling hebben met de onderwijspraktijk.

Daarom een gratis tip van mij voor D66: reserveer een deel van die 2 mld extra voor digitalisering van het middelbare onderwijs.

Ik weet het, dat klinkt als hipdoenerij die óók niet leidt tot kwalitatief beter onderwijs. Maar niets is minder waar. Toevallig heb ik voor een vakblad enkele scholen bezocht die bezig waren met de digitalisering van hun eigen onderwijsaanbod. Het gaat hier om projecten met grote impact op de bedrijfsvoering, die vragen om flinke investeringen. Denk aan de aanleg van wifi-netwerken, het opleiden van personeel, maar vooral het inkopen van nieuw, digitaal lesmateriaal.

De ene school kiest er bovendien voor iedere leerling een iPad of laptop in bruikleen te geven, terwijl de andere de leerlingen zelf voor deze kostenpost laat opdraaien. Aangezien dit laatste eigenlijk niet mag (een ouder kan hier bezwaar tegen aantekenen en krijgt dan gelijk), is het gebruikelijker om als school zelf het materiaal te verschaffen.

Op termijn moeten leerlingen (bijna) al hun onderwijs kunnen volgen via hun mobiele computer (tablet of laptop). De voordelen daarvan zijn enorm. Niet alleen scheelt dit in de kosten van boeken-aanschaf en papierverbruik, ook geeft vergaande digitalisering mogelijkheden voor interactieve leermethoden en kan lesmateriaal continu geactualiseerd worden met een eenvoudige software-update.

Maar daar blijft het niet bij. Via open source projecten werken leraren nu al aan hun eigen interactieve lesmateriaal, waarbij zij gebruik kunnen maken van elkaars kennis en eventueel die van uitgevers. Dit vergroot voor de meeste docenten het plezier in hun vak en geeft scholen de mogelijkheid om zich duidelijker van elkaar te onderscheiden.

De middelbare scholen die op dit terrein pionieren, lopen tegen een aantal problemen aan. De uitgeverijen hebben nog onvoldoende lesmateriaal gemaakt, omdat de vraag nog te klein is. Het alternatief van open source werkt ook nog niet helemaal, mede omdat er nog te weinig docenten mee werken. Per vak verschilt het of er al voldoende geschikt materiaal is voor het VWO, of juist voor de niveaus daaronder. Door dit soort opstartproblemen gaat de ontwikkeling van digitaal lesmateriaal minder snel dan had gekund en blijven de pioniers deels afhankelijk van ouderwets lesmateriaal, met de bijbehorende kosten.

Geld investeren in onderwijs is een mooie verkiezingsbelofte, maar zonder richting levert dat geen beter onderwijs op. Digitalisering van het middelbaar onderwijs is een onstuitbare ontwikkeling die de politiek verder kan versnellen. Dus D66, grijp je kans en help het onderwijs concreet vooruit!