Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Generatiepolitiek

  •  
11-06-2013
  •  
leestijd 7 minuten
  •  
BNNVARA fallback image
Al met al lijkt het erop dat de kosten en onzekerheden van de crisis voor een belangrijk deel op het bordje van jongeren terecht komen
Het Sociaal en Cultureel Planbureau onderzocht eerder dit jaar het vertrouwen in de politiek. 51 procent van de bevolking vertrouwt de regering, 48 procent van de bevolking geeft de regering een voldoende; 61 procent vindt dat ze geen enkele invloed heeft op wat de regering doet, 52 procent vindt dat de regering onvoldoende doet voor mensen zoals zij.
Voor een land als Nederland, waar het vertrouwen in de politiek al decennia rond de vijfenzeventig procent schommelt, is dit een vrij schokkende getallenreeks. Het beeld dat achter de anonieme cijfers opdoemt is een gevoel van ontevredenheid gemengd met apathie. “Ze doen maar”, dat gevoel. Velen hebben weinig hoop dat er iets aan de huidige koers veranderd kan worden, ook al zouden ze dat graag willen.
Een peiling van Maurice de Hond van een paar weken geleden geeft een zo mogelijk nog indrukwekkender beeld. Het is een statistisch spektakelstuk, zeker als we in overweging nemen dat de peiling is afgenomen nog voordat Brussel een extra bezuinigingsronde oplegde aan Den Haag.
Gevraagd over de effectiviteit van het bezuinigingsbeleid geeft 8 procent aan dat zij denkt dat het regeringsbeleid een positief effect heeft gehad. De grootste groep voorstanders vinden we zoals verwacht bij de VVD. Maar wat is groot: slechts 18 procent van de VVD-kiezers gelooft in het huidige bezuinigingsbeleid, bij de PvdA is het 6 procent. Een meerderheid van 64 procent van de bevolking is ervan overtuigd dat de overheid de economie meer moet stimuleren, zelfs als het begrotingstekort daardoor oploopt boven de 3%. Weer zien we dat 56 procent van de VVD kiezers, en 69 procent van de PvdA kiezers dat vindt.
We hebben te maken met een regering waarvan het gevoerde beleid niet eens de goedkeuring kan wegdragen van de eigen achterban van de regeringspartijen. Een regering die zich geen enkele politieke crisis kan veroorloven, want verkiezingen op het huidige moment, zouden immers een kleine revolutie inhouden. Geen wonder dat het woord draagvlak de laatste maanden overal te horen is in de wandelgangen van politiek Den Haag. Dan bedoelt men natuurlijk: draagvlak creëren. Want als het aan een ding ontbreekt in politiek Den Haag, dan is het wel dat: draagvlak.
Dit alles wijst op een grote mate van politieke instabiliteit. Er is een economische crisis. Er is een politieke crisis. In heel Europa zijn de straten met spandoeken gevuld. Maar in Nederland, gek genoeg, is één plus één niet twee. De huidige maatschappelijke onvrede gaat gepaard met de relatieve afwezigheid van protest. Hoe kan dat?
Hans Daalder, de grondlegger van de Nederlandse politicologie, stelde ooit dat apathie ofwel lijdelijkheid een logisch uitvloeisel is van hoe ons politieke systeem is ingericht. In Nederland heeft de politieke elite de gewoonte om tegenstellingen te depolitiseren. Conflicten worden ontkent, ten bate van wat hij “ten onrechte in het kleed der wetenschap gehulde decreten en compromissen” noemde. Wie Samsom zonder enige onderbouwing hoort spreken over de gulden middenweg tussen bezuinigen en investeren, de enige eerlijke en echte weg, weet waar hij op doelde. Wie de recente halfbakken bezuinigingsaanbevelingen van het CPB en DNB inziet, weet waar hij op doelde. De dominantie van het centrisme in Nederland (het idee dat de waarheid in het politieke midden ligt) waardoor partijen nauwelijks meer van elkaar te onderscheiden zijn, leidt tot een afwachtende en passieve bevolking, die het gevoel heeft dat haar stem er niet echt toe doet. De centristische satisfactie, aldus Daalder, heeft als keerzijde een balorig extremisme. Wie de huidige positie van de PVV in de peilingen heeft gezien, weet waar hij op doelde.
Als er in de geschiedenis een groep is geweest die een uitzondering vormde op het gezapige karakter van de Nederlandse politiek, dan is het wel jongeren. De afgelopen weken is dan ook een discussie losgebrand over de afwezigheid van jongerenprotest. De meeste jongeren hebben nog nooit een demonstratie meegemaakt. Jongeren hebben weinig mogelijkheden om in contact te komen met een gedachtegoed dat anders is dan de mainstream. Het is vreemd dat men een rebelse houding verwacht van een generatie die opgegroeid is na de val van de muur, na het einde van de ideologieën. Voor wie de politiek slechts uit twee smaken bestaat: paars en rechtspopulisme, centristische satisfactie en balorig extremisme.
Het onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau geeft ons tevens een kleine maar fascinerende inkijk wat betreft de opvattingen van jongeren. Zo’n 62 procent van de bevolking maakt zich in toenemende mate druk over de kloof tussen arm en rijk. Dit zijn vooral ouderen. 71% van de 55-plussers vindt dit. Bij de jongeren van 18-34 is het een minderheid van 46%. Jongeren, dat is het vreemde, zijn in Nederland overwegend rechtser dan ouderen. Wat betreft de eigen financiële situatie, maakt 42% van de 55-plussers zich zorgen. In de groep van 18-34 jarigen, die nog nooit een echte crisis heeft meegemaakt, ziet maar 17% het somber in. Dat is vreemd, want daar is alle aanleiding toe.
Op de arbeidsmarkt worden jongeren geconfronteerd met nieuwe onzekerheden. Het UWV meldt dat de meerderheid van de nieuwe banen de afgelopen jaren tijdelijke contracten zijn. Er is een explosieve groei van tijdelijke contracten, de teller staat op 1.6 miljoen. Daarnaast zijn er zo’n 634.000 zelfstandigen, waarvan de helft minder dan het minimum loon verdient. En er zijn zo’n 620.000 uitzendkrachten. De meerderheid hiervan bestaat uit jongeren, en onderzoek laat zien dat er nauwelijks meer sprake is van een doorstroom naar vaste contracten. Flexwerk is voor velen de norm aan het worden, en is in een tijd van oplopende werkloosheid en afnemende sociale voorzieningen veel minder spannend en aantrekkelijk dan ons altijd voorgehouden is.
Op de huizenmarkt is het beeld niet veel rooskleuriger. De sociale huur zit op slot voor jongeren en wordt snel afgebouwd in de huidige plannen. De crisis in de koopmarkt lijkt vooral jongeren te treffen. “Vooral jonge tweeverdieners in grote steden hebben te maken met hypotheekschulden die boven de actuele verkoopwaarde van hun huis liggen,” zo meldt een recent rapport. Driekwart van de één miljoen huishoudens die “onder water” staan, zijn tussen de 25 en 45, hebben een aflossingsvrije tophypotheek op een huis dat zij op de top van de markt, tussen 2004 en 2008, hebben gekocht, en zijn uiterst kwetsbaar, zo concludeerde Ewald Engelen in een column afgelopen week.
Combineer dit met een regering die studenten aanmoedigt om zich diep in de schulden te steken om de studie mogelijk te maken. Een regering die zorg voor ouderen wil gaan afwentelen op de familie. Ik weet niet wie er enthousiast wordt van het vooruitzicht zijn bejaarde ouders te moeten gaan douchen of te wassen met een washandje, zoals de regering dat graag wil, ik niet. Een regering die niets doet aan werkgelegenheid en tegelijkertijd wil korten op uitkeringen. Al met al lijkt het erop dat de kosten en onzekerheden van de crisis voor een belangrijk deel op het bordje van jongeren terecht komen. De onbezorgdheid van jongeren is daarmee een typisch geval van wat in voorbije tijden vals klassenbewustzijn werd genoemd. Om door te gaan in het traditionele marxistische jargon, jongeren zijn een klasse an sich, maar niet een klasse für sich. Velen delen eenzelfde onzekere maatschappelijke positie, maar zijn zich niet bewust dat dit weleens blijvend zo zou kunnen zijn. Ze vertalen dat niet in een politieke opstelling.
Nu is dat niet helemaal waar. Er is wel degelijk een politiek verhaal, dat de bestaande problemen van jongeren wijdt aan de gevestigde belangen van ouderen. Er zou sprake zijn van een generatieconflict. De oplossing voor de huidige crisis, zo gaat het verhaal, is om resoluut het neoliberale beleid voort te zetten en de verworven rechten van ouderen aan te pakken en gelijk te trekken met de positie van jongeren. Het is een slimme manier om de huidige politieke situatie te depolitiseren. Want het kader van de huidige politiek staat in dit soort verhalen niet ter discussie. Binnen dat raamwerk van verdergaande bezuinigingen, marktwerking en flexibilisering worden jongeren uitgenodigd om het gevecht aan te gaan met ouderen over de precieze verdeling van de lasten. Dat er ook een ander beleid mogelijk en wenselijk is, daar horen we niemand over. De hardnekkigheid waarmee sommige opiniemakers proberen om jongeren tegen de oudere generatie uit te spelen, lijkt wel een soort ironische herhaling van de culturele revolutie onder Mao. Toen werden jongeren ook tegen hun ouders gemobiliseerd om een glorieuze toekomst te verwezenlijken. In naam van het neoliberalisme gebeurt nu iets vergelijkbaars met Nederlandse jongeren. Zelfs de komende generaties worden ingezet om de huidige politieke koers te legitimeren. Zo stelde Zijlstra onlangs voor om te gaan korten op zorg, uitkeringen en toeslagen, met een beroep op de generaties na ons. Wij kunnen onze schulden toch niet doorschuiven naar volgende generaties? Economisch gezien klopt er geen bal van , maar het is moreel heel slim gespeeld. Zo wordt een beleid dat de armen verder de armoede in drijft, gepresenteerd als een altruïstische geste richting het nageslacht.
Deze generatiepolitiek is in feite niets anders dan een verdeel een heers tactiek. Het is aan ons, jongeren die de crisis voor hun kiezen krijgen, om op zoek te gaan naar alternatieven. Omdat we weten dat als wij het niet doen, niemand anders het doet. Column voorgedragen tijdens een debat met Lieke Smits, Sywert van Lienden en Jesse Frederik, zondag 9 juni 2013.

Meer over:

politiek, opinie
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Reacties (11)

JoopSchouten
JoopSchouten11 jun. 2013 - 9:04

Het is een ideologiestrijd.

Reinaert de Vos
Reinaert de Vos11 jun. 2013 - 9:04

[Zo stelde Zijlstra onlangs voor om te gaan korten op zorg, uitkeringen en toeslagen, met een beroep op de generaties na ons. Wij kunnen onze schulden toch niet doorschuiven naar volgende generaties?] Dat is de gouden formule sinds de jaren zeventig. Van Den Uyl tot Lubbers, Kok en Balkenende, Rutte en al die anderen die zullen volgen misbruiken dat generatie-argument om hun plannen door te drukken. En telkens blijven volgende generaties toch weer met een of ander probleem zitten dat door voorgaande generaties als oplossing is gepresenteerd. Een caroussel van manipulatie en blinde vlekken.

lembeck
lembeck11 jun. 2013 - 9:04

Goed stuk, Merijn. En ja hoor, midden 30 is nog jong. Het is ook erg, dat de jongeren nu zo voorgelogen worden door Weekers. Ik neem aan dat Lieke het met je eens is. En het klopt: er is een generatieconflict veroorzaakt, waarbij ouderen de zwarte Piet toegespeeld krijgen. Lang niet alle ouderen hebben een goed pensioen. De generatie die nu 65 wordt - pardon, 66 - is voor een deel niet in staat geweest dat pensioen bij elkaar te sparen middels de pensioenregelingen. Ik hoorde nog bij de vrouwen die pas 5 jaar na de mannen aan een pensioenplan bij een bedrijf mochten meedoen en die nog gewerkt heeft bij bedrijven die nog helemaal geen pensioenplan hadden. Dat was nog niet verplicht toen. Mijn volle pensioen bedraagt bijna 1200 euro bruto per jaar. Ik huur, dus de AOW die hoger is dan de bijstand samen met dat riante pensioen leveren me niets anders dan ellende op, omdat de huurtoeslag fors zal dalen. Op zich normaal, maar mij voor voorgerekend dat ik er meer bij inschiet en uiteindelijk rond de 850 euro netto zal uitkomen. Voor zover nu berekend is. Kijkend naar nu is dat 29 euro lager dan de huidige alleenstaande bijstand. Die gaat verder omlaag, dus misschien is de bijstand volgend jaar geen 879, maar nog maar 865 of zo. Kortom - wonen wordt bijna onmogelijk. In ieder geval zal ik een beroep moeten doen op de voedselbank als dit scenario gaat uitkomen. Ik denk dat ik dus een beetje begrijp van de teleurstelling en woede bij jongeren, maar vanwege het generatie conflict wil ik vragen niet iedereen over één kam te scheren. Er zijn nog ouderen voor wie het niet riant is.

MarjoleinS2
MarjoleinS211 jun. 2013 - 9:04

Voor Paul Sherman, even ter herinnering: " De gebroken beloften van Geert Wilders" , er is zelfs een heel rapport over geschreven door het wetenschappelijk bureau van de SP. Neem er de tijd voor zou ik zeggen. http://www.sp.nl/service/rapport/110216_pvvrapport.pdf

Woeki Hypo
Woeki Hypo11 jun. 2013 - 9:04

Generatiepolitiek. Jongeren, ouderen en het Put Principe *). Op zoek naar de derde(n). Citaten. De schrijver o.a.: “De oplossing voor de huidige crisis, zo gaat het verhaal, is om resoluut het neoliberale beleid voort te zetten en de verworven rechten van ouderen aan te pakken en gelijk te trekken met de positie van jongeren. Het is een slimme manier om de huidige politieke situatie te depolitiseren. Want het kader van de huidige politiek staat in dit soort verhalen niet ter discussie”. En: “Binnen dat raamwerk van verdergaande bezuinigingen, marktwerking en flexibilisering worden jongeren uitgenodigd om het gevecht aan te gaan met ouderen over de precieze verdeling van de lasten”. Inleiding. Interessante opinie van de schrijver, waarmee ik het grotendeels of in grote lijnen eens ben. Ik heb echter fundamentele kritiek op het gebruik van de begrippen depolitisering en centrisme. De woordcombinatie “verdeling van de lasten” i.c.m. de term “onderling” in mijn laatste variant van het Put Principe verdient eigenlijk speciale aandacht. Ook daarom moet naar de volledigheid van het aantal spelers gekeken worden. Waar is “de derde” in het verhaal, naast de jongeren en de ouderen? Het is deze (doelbewuste ?) onvolledigheid (niet doelbewust van de schrijver), deze beperking van het zichtbare speelveld tot jongeren en ouderen, waardoor een goede interpretatie van de begrippen depolitisering en centrisme de mist ingaan. Retoriek. Terecht wijst de schrijver ook naar de verbale retoriek van het rechtse denken, waarbij het negatieve, anti sociale en egoïstische (bijvoorbeeld voor de armen) gepresenteerd wordt als positief, sociaal en altruïstisch. Bijvoorbeeld voor ons nageslacht. Een vorm van intellectuele sluwheid. Depolitisering en centrisme. Wat elite en wetenschap (sommigen) echter beweren over compromissen, depolitisering, centrisme, of een midden is ook retoriek en fundamenteel onjuist. Gewone mensen worden op het verkeerde been gezet, het wordt te mooi voorgesteld, en velen hebben het intuïtief of via (eigen) ervaring door en stemmen niet meer op de elitaire “midden” partijen. Polarisatie en extremisme. De neoliberale economie maakt gebruik van extreme varianten van het Put Principe. Deze varianten van het Put Principe matigen een polaire tegenstelling niet (tot eventueel een midden positie), maar radicaliseren de tegenstelling tot in het extreme. Het (maximale) verdeel- en heers principe, zelf een Put Principe, is onderdeel van dit extreme (samengestelde) Put Principe. Bij dit Put Principe is er sprake van derde(n). Doelbewuste kortzichtigheid. Binnen de huidige context (zie beide citaten) wordt de verdeel kant van “het verdeel- en heers principe” en samengestelde Put Principe als compromissen gebied beschouwd, in deze opinie de belangen van jongeren en ouderen, en blijft de heers kant, de kant van de profiteurs van de neoliberale economie (de derden), het kader van de huidige politiek, buiten beeld. Ten onrechte. (Doelbewuste) beperking van het probleem tot dit compromissen gebied van jongeren en ouderen is geen depolitisering of geen centrisme, maar juist politisering en extremisme. Want het maakt extremisme door de heers kant (de profiteurs, de derden) mogelijk. En wat mogelijk is, wordt tegenwoordig feitelijk. Niet onbedoeld. Zie hierna de betreffende vorm of variant van het extreme (samengestelde) Put Principe. Een echt midden. Er moet hier een interpretatie probleem zitten, want met echte depolitisering, met echt centrisme, het zoeken naar een echt politiek midden als waarheid, met een echte midden politiek, is in principe niets mis. Maar hier is juist door de huidige economie, de neoliberale economie, een (extreem) radicale rechtse economie, geen sprake van in de huidige maatschappij. Depolitisering of centrisme vereist het verlaten van de neoliberale staat en economie en een terugkeer naar een midden politiek, een echte midden politiek. Verrechtsing in de maatschappij is geen “free lunch”. Stabiliteit en het Put Principe: Ik (heer) de stabiliteit (ESM), jullie (slaven) de instabiliteit. De neoliberale economie. Er is in de huidige maatschappij, dankzij de neoliberale economie, welke (extreem) radicaal rechts is en gebruik maakt van varianten van het extreme Put Principe, geen midden politiek mogelijk. De neoliberale economie is politieke instabiliteit (minstens voor de gewone mensen). Het Europese stabiliteitsmechanisme (een eufemisme) bevestigt dit alleen maar (ESM is voor de elite). Daarom heeft de PvdA, als sociaal democratische partij, een gematigd links of een centrum links, dus eigenlijk zelf al een midden (links) en een vorm van depolitisering en centrisme, ook een zeer groot probleem. Een probleem dat met een zogenaamd “eerlijk” verhaal niet recht te praten is. Zo simpel is het. Vandaar misschien ook die ontevredenheid bij velen. Het verdeel- en heers principe en het Put Principe: Ik (heer) mag /maximaal/ heersen, jullie (slaven) moeten /maximaal/ verdeeld zijn. Deze variant drukt een /maximale/ machtsverhouding uit. Het is goed dat de schrijver wijst op “het verdeel- en heers principe”. Dit principe is het middel uit het paradigma (middel: heerszucht, en doel: hebzucht) van de neoliberale economie. (Maximale) concurrentie is de economische variant van het (maximale) verdeel- en heers principe. Dit middel is de voorwaarde om te kunnen heersen, d.w.z. om het doel te bereiken, bijvoorbeeld (maximaal) egoïsme in de vorm van (maximale) winst en (maximaal) rendement. Als twee honden vechten om een been, dan loopt de derde ermee heen. Dit spreekwoord en het Put Principe: Ik (de derde) krijg het been, jullie (honden) vechten er om. Het doel van het opzetten van jongeren tegen ouderen (twee honden) is mede om anderen uit beeld te houden (de derden), communicatief en materieel. De derde of derden zijn de profiteurs van de neoliberale economie, die (maximaal) egoïsme als doel hebben. Een groep die ook ons pensioenstelsel kapot wil maken. Het been voor de profiteurs en derden is dan bijvoorbeeld (maximale) winst of (maximaal) rendement. Het combineren van Put Principes. Een samengesteld Put Principe: Ik (heer, profiteur, derde) mag /maximaal/ egoïstisch zijn, jullie (slaven, jongeren, ouderen, honden) moeten sociaal zijn en onderling solidair zijn en moeten /maximaal/ concurreren. Het verdeel- en heers principe is nu toegepast om optimalisatie (een eufemisme) ofwel extremalisatie (extremisme) mogelijk te maken, het extremisme waarover ik hiervoor sprak. Een (soort) “optimalisatie” onder nevenvoorwaarden. Let op dat woordje “onderling”. De derden staan of houden zich buiten “het onderlinge”. Zie hier als een simpel schema een context (prototype) waarbinnen we o.a. het probleem (het generatieconflict of de strijd tussen jongeren en ouderen) beter kunnen begrijpen en het overzicht kunnen bewaren. Per probleem of situatie kunnen we dan op zoek gaan naar “de derden”. Maar misschien is / zijn dat vaak / meestal / altijd dezelfde groep of groepen. Bovenstaande gedachtegang kunnen we ook bij andere maatschappelijke polarisaties toepassen. Bijvoorbeeld bij het ontslagrecht, outsiders contra insiders. Woeki Hypo is gematigd liberaal. *) Het Put Principe is het complement van de Gulden Regel.

[verwijderd]
[verwijderd]11 jun. 2013 - 9:04

"Wie de huidige positie van de PVV in de peilingen heeft gezien.." Dat hebben we zeker! Gelukkig wordt het draagvlak voor deze partij steeds groter. De enige partij waarin ik vertrouwen heb, en waarbij ik achter 90 % van de punten sta.

1 Reactie
SocialDarwinistisch
SocialDarwinistisch11 jun. 2013 - 9:04

Alleen als het er op aankomt, bij de verkiezingen, laten de adepten deze partij in de steek. Het vertrouwen in bestuurlijke kwaliteiten van deze partij is gering

[verwijderd]
[verwijderd]11 jun. 2013 - 9:04

Triest en helder Merijn. Ik verwacht trouwens een hoop verontwaardigde reacties over dat je de SP niet bij het 'balorig' extremisme hebt gerekend.

1 Reactie
lembeck
lembeck11 jun. 2013 - 9:04

Marc, Lieke is van SP Rood....

opmerker
opmerker11 jun. 2013 - 9:04

Gelukkig dat door U de dominantie van het centralisme wordt doorzien. Tevens vindt ik het als oudere een verademing dat U, een jongere, het generatie conflikt net als ik zie als een verdeel en heers politiek. Hiervoor dank en op de barricade met alle jongeren zoals in onze jeugd. Wij als ouderen hebben wel gefaald onze jongeren politiek bewuster te maken door onderricht en uitleg. Nu ik gepensioneerd ben en me met zaken buiten mijn vroegere werk kan bezig houden, zie ik ook dat jonge mensen te druk zijn met het presteren van hun dagelijkse arbeid om daarbij nog poltieke interesse op te brengen.

1 Reactie
WendyB2
WendyB211 jun. 2013 - 9:04

Het is al veelzeggend dat je iemand van bouwjaar 1979 aanduid als 'jongere'. Wordt het niet eens tijd om die eenzijdige focus op 'jongeren' eens opzij te zetten en het te gaan hebben over 'mensen'? Jongeren hebben namelijk de gewoonte om elk jaar een jaartje ouder te worden.