[Zo stelde Zijlstra onlangs voor om te gaan korten op zorg, uitkeringen en toeslagen, met een beroep op de generaties na ons. Wij kunnen onze schulden toch niet doorschuiven naar volgende generaties?] Dat is de gouden formule sinds de jaren zeventig. Van Den Uyl tot Lubbers, Kok en Balkenende, Rutte en al die anderen die zullen volgen misbruiken dat generatie-argument om hun plannen door te drukken. En telkens blijven volgende generaties toch weer met een of ander probleem zitten dat door voorgaande generaties als oplossing is gepresenteerd. Een caroussel van manipulatie en blinde vlekken.
Goed stuk, Merijn. En ja hoor, midden 30 is nog jong. Het is ook erg, dat de jongeren nu zo voorgelogen worden door Weekers. Ik neem aan dat Lieke het met je eens is. En het klopt: er is een generatieconflict veroorzaakt, waarbij ouderen de zwarte Piet toegespeeld krijgen. Lang niet alle ouderen hebben een goed pensioen. De generatie die nu 65 wordt - pardon, 66 - is voor een deel niet in staat geweest dat pensioen bij elkaar te sparen middels de pensioenregelingen. Ik hoorde nog bij de vrouwen die pas 5 jaar na de mannen aan een pensioenplan bij een bedrijf mochten meedoen en die nog gewerkt heeft bij bedrijven die nog helemaal geen pensioenplan hadden. Dat was nog niet verplicht toen. Mijn volle pensioen bedraagt bijna 1200 euro bruto per jaar. Ik huur, dus de AOW die hoger is dan de bijstand samen met dat riante pensioen leveren me niets anders dan ellende op, omdat de huurtoeslag fors zal dalen. Op zich normaal, maar mij voor voorgerekend dat ik er meer bij inschiet en uiteindelijk rond de 850 euro netto zal uitkomen. Voor zover nu berekend is. Kijkend naar nu is dat 29 euro lager dan de huidige alleenstaande bijstand. Die gaat verder omlaag, dus misschien is de bijstand volgend jaar geen 879, maar nog maar 865 of zo. Kortom - wonen wordt bijna onmogelijk. In ieder geval zal ik een beroep moeten doen op de voedselbank als dit scenario gaat uitkomen. Ik denk dat ik dus een beetje begrijp van de teleurstelling en woede bij jongeren, maar vanwege het generatie conflict wil ik vragen niet iedereen over één kam te scheren. Er zijn nog ouderen voor wie het niet riant is.
Voor Paul Sherman, even ter herinnering: " De gebroken beloften van Geert Wilders" , er is zelfs een heel rapport over geschreven door het wetenschappelijk bureau van de SP. Neem er de tijd voor zou ik zeggen. http://www.sp.nl/service/rapport/110216_pvvrapport.pdf
Generatiepolitiek. Jongeren, ouderen en het Put Principe *). Op zoek naar de derde(n). Citaten. De schrijver o.a.: “De oplossing voor de huidige crisis, zo gaat het verhaal, is om resoluut het neoliberale beleid voort te zetten en de verworven rechten van ouderen aan te pakken en gelijk te trekken met de positie van jongeren. Het is een slimme manier om de huidige politieke situatie te depolitiseren. Want het kader van de huidige politiek staat in dit soort verhalen niet ter discussie”. En: “Binnen dat raamwerk van verdergaande bezuinigingen, marktwerking en flexibilisering worden jongeren uitgenodigd om het gevecht aan te gaan met ouderen over de precieze verdeling van de lasten”. Inleiding. Interessante opinie van de schrijver, waarmee ik het grotendeels of in grote lijnen eens ben. Ik heb echter fundamentele kritiek op het gebruik van de begrippen depolitisering en centrisme. De woordcombinatie “verdeling van de lasten” i.c.m. de term “onderling” in mijn laatste variant van het Put Principe verdient eigenlijk speciale aandacht. Ook daarom moet naar de volledigheid van het aantal spelers gekeken worden. Waar is “de derde” in het verhaal, naast de jongeren en de ouderen? Het is deze (doelbewuste ?) onvolledigheid (niet doelbewust van de schrijver), deze beperking van het zichtbare speelveld tot jongeren en ouderen, waardoor een goede interpretatie van de begrippen depolitisering en centrisme de mist ingaan. Retoriek. Terecht wijst de schrijver ook naar de verbale retoriek van het rechtse denken, waarbij het negatieve, anti sociale en egoïstische (bijvoorbeeld voor de armen) gepresenteerd wordt als positief, sociaal en altruïstisch. Bijvoorbeeld voor ons nageslacht. Een vorm van intellectuele sluwheid. Depolitisering en centrisme. Wat elite en wetenschap (sommigen) echter beweren over compromissen, depolitisering, centrisme, of een midden is ook retoriek en fundamenteel onjuist. Gewone mensen worden op het verkeerde been gezet, het wordt te mooi voorgesteld, en velen hebben het intuïtief of via (eigen) ervaring door en stemmen niet meer op de elitaire “midden” partijen. Polarisatie en extremisme. De neoliberale economie maakt gebruik van extreme varianten van het Put Principe. Deze varianten van het Put Principe matigen een polaire tegenstelling niet (tot eventueel een midden positie), maar radicaliseren de tegenstelling tot in het extreme. Het (maximale) verdeel- en heers principe, zelf een Put Principe, is onderdeel van dit extreme (samengestelde) Put Principe. Bij dit Put Principe is er sprake van derde(n). Doelbewuste kortzichtigheid. Binnen de huidige context (zie beide citaten) wordt de verdeel kant van “het verdeel- en heers principe” en samengestelde Put Principe als compromissen gebied beschouwd, in deze opinie de belangen van jongeren en ouderen, en blijft de heers kant, de kant van de profiteurs van de neoliberale economie (de derden), het kader van de huidige politiek, buiten beeld. Ten onrechte. (Doelbewuste) beperking van het probleem tot dit compromissen gebied van jongeren en ouderen is geen depolitisering of geen centrisme, maar juist politisering en extremisme. Want het maakt extremisme door de heers kant (de profiteurs, de derden) mogelijk. En wat mogelijk is, wordt tegenwoordig feitelijk. Niet onbedoeld. Zie hierna de betreffende vorm of variant van het extreme (samengestelde) Put Principe. Een echt midden. Er moet hier een interpretatie probleem zitten, want met echte depolitisering, met echt centrisme, het zoeken naar een echt politiek midden als waarheid, met een echte midden politiek, is in principe niets mis. Maar hier is juist door de huidige economie, de neoliberale economie, een (extreem) radicale rechtse economie, geen sprake van in de huidige maatschappij. Depolitisering of centrisme vereist het verlaten van de neoliberale staat en economie en een terugkeer naar een midden politiek, een echte midden politiek. Verrechtsing in de maatschappij is geen “free lunch”. Stabiliteit en het Put Principe: Ik (heer) de stabiliteit (ESM), jullie (slaven) de instabiliteit. De neoliberale economie. Er is in de huidige maatschappij, dankzij de neoliberale economie, welke (extreem) radicaal rechts is en gebruik maakt van varianten van het extreme Put Principe, geen midden politiek mogelijk. De neoliberale economie is politieke instabiliteit (minstens voor de gewone mensen). Het Europese stabiliteitsmechanisme (een eufemisme) bevestigt dit alleen maar (ESM is voor de elite). Daarom heeft de PvdA, als sociaal democratische partij, een gematigd links of een centrum links, dus eigenlijk zelf al een midden (links) en een vorm van depolitisering en centrisme, ook een zeer groot probleem. Een probleem dat met een zogenaamd “eerlijk” verhaal niet recht te praten is. Zo simpel is het. Vandaar misschien ook die ontevredenheid bij velen. Het verdeel- en heers principe en het Put Principe: Ik (heer) mag /maximaal/ heersen, jullie (slaven) moeten /maximaal/ verdeeld zijn. Deze variant drukt een /maximale/ machtsverhouding uit. Het is goed dat de schrijver wijst op “het verdeel- en heers principe”. Dit principe is het middel uit het paradigma (middel: heerszucht, en doel: hebzucht) van de neoliberale economie. (Maximale) concurrentie is de economische variant van het (maximale) verdeel- en heers principe. Dit middel is de voorwaarde om te kunnen heersen, d.w.z. om het doel te bereiken, bijvoorbeeld (maximaal) egoïsme in de vorm van (maximale) winst en (maximaal) rendement. Als twee honden vechten om een been, dan loopt de derde ermee heen. Dit spreekwoord en het Put Principe: Ik (de derde) krijg het been, jullie (honden) vechten er om. Het doel van het opzetten van jongeren tegen ouderen (twee honden) is mede om anderen uit beeld te houden (de derden), communicatief en materieel. De derde of derden zijn de profiteurs van de neoliberale economie, die (maximaal) egoïsme als doel hebben. Een groep die ook ons pensioenstelsel kapot wil maken. Het been voor de profiteurs en derden is dan bijvoorbeeld (maximale) winst of (maximaal) rendement. Het combineren van Put Principes. Een samengesteld Put Principe: Ik (heer, profiteur, derde) mag /maximaal/ egoïstisch zijn, jullie (slaven, jongeren, ouderen, honden) moeten sociaal zijn en onderling solidair zijn en moeten /maximaal/ concurreren. Het verdeel- en heers principe is nu toegepast om optimalisatie (een eufemisme) ofwel extremalisatie (extremisme) mogelijk te maken, het extremisme waarover ik hiervoor sprak. Een (soort) “optimalisatie” onder nevenvoorwaarden. Let op dat woordje “onderling”. De derden staan of houden zich buiten “het onderlinge”. Zie hier als een simpel schema een context (prototype) waarbinnen we o.a. het probleem (het generatieconflict of de strijd tussen jongeren en ouderen) beter kunnen begrijpen en het overzicht kunnen bewaren. Per probleem of situatie kunnen we dan op zoek gaan naar “de derden”. Maar misschien is / zijn dat vaak / meestal / altijd dezelfde groep of groepen. Bovenstaande gedachtegang kunnen we ook bij andere maatschappelijke polarisaties toepassen. Bijvoorbeeld bij het ontslagrecht, outsiders contra insiders. Woeki Hypo is gematigd liberaal. *) Het Put Principe is het complement van de Gulden Regel.
"Wie de huidige positie van de PVV in de peilingen heeft gezien.." Dat hebben we zeker! Gelukkig wordt het draagvlak voor deze partij steeds groter. De enige partij waarin ik vertrouwen heb, en waarbij ik achter 90 % van de punten sta.
Alleen als het er op aankomt, bij de verkiezingen, laten de adepten deze partij in de steek. Het vertrouwen in bestuurlijke kwaliteiten van deze partij is gering
Triest en helder Merijn. Ik verwacht trouwens een hoop verontwaardigde reacties over dat je de SP niet bij het 'balorig' extremisme hebt gerekend.
Gelukkig dat door U de dominantie van het centralisme wordt doorzien. Tevens vindt ik het als oudere een verademing dat U, een jongere, het generatie conflikt net als ik zie als een verdeel en heers politiek. Hiervoor dank en op de barricade met alle jongeren zoals in onze jeugd. Wij als ouderen hebben wel gefaald onze jongeren politiek bewuster te maken door onderricht en uitleg. Nu ik gepensioneerd ben en me met zaken buiten mijn vroegere werk kan bezig houden, zie ik ook dat jonge mensen te druk zijn met het presteren van hun dagelijkse arbeid om daarbij nog poltieke interesse op te brengen.
Het is al veelzeggend dat je iemand van bouwjaar 1979 aanduid als 'jongere'. Wordt het niet eens tijd om die eenzijdige focus op 'jongeren' eens opzij te zetten en het te gaan hebben over 'mensen'? Jongeren hebben namelijk de gewoonte om elk jaar een jaartje ouder te worden.