Joop-debat: Als andere middelen falen, is het te rechtvaardigen dat verslaafde wordt beloond
Soms is het te billijken dat verslaafden geld wordt aangeboden om af te zien van kinderen, stellen Julie Boonekamp, Guido de Wert en Ron Berghmans.
Ook in Groot-Brittannië wil men dit initiatief invoeren. De initiatiefnemer van het project, Barbara Harris, erkent dat hier sprake is van omkoping (NRC Handelsblad, 19 oktober). Omdat deze problematiek ook in Nederland bestaat, is de vraag of het bieden van geld aan verslaafden aanvaardbaar kan zijn.
Het tegen betaling verslaafden overhalen om geboortebeperkende maatregelen te nemen, is een vorm van drang: geld wordt gebruikt als lokmiddel om iets te bereiken wat je anders waarschijnlijk niet zou bereiken. Vergelijkbaar is het aanbieden van geld aan patiënten met schizofrenie om hun therapietrouw te bevorderen of het verstrekken van tegoedbonnen aan cocaïneverslaafden, als uit een urinetest blijkt dat zij geen cocaïne hebben gebruikt. Met dergelijke verleidingen worden vrijheidsrechten als zelfbeschikking en voortplanting onder druk gezet. Anders dan bij voorlichting en overreding is bij drang sprake van een zekere mate van beperking van de vrijwilligheid. Dit maakt drang niet bij voorbaat ontoelaatbaar. Een morele rechtvaardiging is echter wel vereist.
Allereerst rijst de vraag of deze inperking een legitiem doel dient. Onze publieke gezondheidszorg is grotendeels gericht op de bescherming van onze gezondheid door risico’s op ziekte te beperken. Het doel om eventuele kinderen van verslaafde ouders tegen gezondheidsschade te beschermen, is op zichzelf dan ook legitiem. Bovendien is de te vermijden schade ernstig. De gezondheidsschade kan heel divers zijn.
Alcohol kan onherstelbare neurologische afwijkingen veroorzaken waardoor het kind (op latere leeftijd) allerlei stoornissen kan ontwikkelen. Er kunnen bij de pasgeborene onthoudingsverschijnselen optreden bij een aan cocaïne of heroïne verslaafde moeder. Ook is er de schade die na de geboorte van het kind door de verslaafde kan worden veroorzaakt. Het gaat dan vooral om onverantwoord ouderschap dat zich uit in verwaarlozing en kindermishandeling.
Drang door geld te bieden kan pas aanvaardbaar zijn als minder ingrijpende middelen zoals voorlichting aan en rationele overtuiging van verslaafden niet het gewenste resultaat opleveren.
Niet mag worden vergeten dat het afwijzen van deze vorm van drangtoepassing ook een morele prijs heeft. Altijd is de kans aanwezig dat sterkere drang of zelfs dwang wordt toegepast om verslaafde vrouwen ertoe te brengen om hun leefstijl aan te passen (inclusief de mogelijkheid van een gedwongen psychiatrische opname) en dat het kind onder toezicht wordt gesteld en uit huis geplaatst.
Dit laatste betekent dat drang tot zwangerschapspreventie ook het belang van de verslaafde zelf kan dienen. Geboortebeperking voorkomt verdergaande maatregelen als ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing worden uitgevoerd die veel ellende en verdriet met zich meebrengen.
Ook wordt voorkomen dat de ouders geplaagd worden door gevoelens van schuld en door ervaringen van onmacht en tekortschieten die samen kunnen gaan met falend ouderschap.
Onze conclusie is dat het onder voorwaarden aanvaardbaar kan zijn om verslaafden die niet uit eigen beweging tot effectieve geboortebeperking komen, te betalen voor het toepassen van anticonceptie. Het minst problematisch zijn daarbij omkeerbare interventies zoals de prikpil.
Dit laat onverlet dat ook deze maatregelen nadere discussie vergen. Als het ongedaan maken van een preventiemaatregel een medische ingreep vergt (bijvoorbeeld het wegnemen van een clip, een ring rond de eileider), dan rijst de vraag onder welke voorwaarden artsen daaraan zullen meewerken. Als geen medische ingreep noodzakelijk is (denk aan de prikpil), dan zullen verslaafden mogelijk om de paar maanden een beloning willen of zelfs moeten krijgen, wil het aanbod werken.
Wat daar ook van zij, onomkeerbare sterilisatie is een brug te ver omdat daarmee aan verslaafden de mogelijkheid wordt ontnomen om hun leven te veranderen en later desgewenst tot verantwoorde gezinsvorming te komen.
Joop-debat: Dinsdag om 11:45 uur wordt in De Gids FM op Radio 1 over dit artikel gedebatteerd.