Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Een oplossing voor de democratische crisis

  •  
28-12-2018
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
83 keer bekeken
  •  
36739316624_6046f89cbd_z
Over wat er mis gaat met onze democratie, en wat daaraan te doen
Bij de algemene beschouwingen van afgelopen jaar oogstte Baudet vooral hoon bij zijn collega’s, toen hij beweerde dat de debatten in de tweede kamer eigenlijk alleen maar een inhoudsloos spel voor de bühne zijn. Helaas heeft hij daar echter wel gelijk in. De huidige politieke situatie is eigenlijk de naam democratie nauwelijks waard.
Want wat is de praktijk? Direct na de verkiezingen duiken in ons land de winnende partijen een achterafkamer in, om in het diepste geheim een coalitieakkoord te smeden. Daarmee zetten ze effectief gezien vervolgens vier jaar lang de tweede kamer buitenspel.
In de tweede kamer speelt zich rond dit akkoord vervolgens een ritueel af. De coalitie verdedigt het coalitieakkoord, de oppositie valt dat aan (en vangt bij de meeste debatten bot), terwijl van bijna ieder debat de uitkomst eigenlijk van tevoren al vastligt. Coalitiepartijen stemmen doorgaans anders dan wanneer ze niet aan een akkoord gebonden zouden zijn, en anders dan hun partijprogramma vertelt. Door coalitietrouw gebeurt het regelmatig dat minderheidsstandpunten wetten worden, en dat kleine minderheden belangrijke veranderingen blokkeren.
In een democratie regeert het volk in open debat en bij gratie van meerderheden. Onze praktijk is daar sterk van verwijderd. En het levert niet zoveel goeds op. Deze manier van werken heeft vooral nadelen. Kabinetsvorming is soms zeer moeilijk, en de uitkomst is voor veel partijen onbevredigend: niet alleen voor de oppositie, maar het is ook vaak pijnlijk voor coalitiepartners. Het volk krijgt ondertussen maar al te vaak de indruk dat politici volkomen onbetrouwbaar zijn. Kabinetten zijn vaak instabiel, slecht presterende ministers wordt vanwege coalitietrouw de hand boven het hoofd gehouden, en de politiek draait meer om macht dan om rationele argumentatie.
Ideeënarmoede Helaas zijn de voorstellen die Baudet daartegenover stelt nogal slecht doordacht. Hij komt met een aantal voorstellen voor correctieve en initiatiefreferenda, die helaas niet uitgewerkt worden. Nu ben ik zelf helemaal voor referenda, maar niet zonder strikte voorwaarden, want anders brengen ze alleen verwarring. Maar bovendien gaan referenda niets verbeteren aan de rare manier waarop ons parlement werkt.
Evenmin doet een gekozen minister president dat. Forum voor Democratie wil die gekozen president, die nauwelijks gecontroleerd kan worden door de kamer. Een Amerikaans presidentssysteem dus, dat bijzonder kwetsbaar zal blijken te zijn voor demagogie, gebroken verkiezingsbeloften, gekonkel en conflicten. Voor mij hoeft het niet.
Helaas weten de meer serieuze partijen die traditioneel het meest voor democratisering opkwamen tegenwoordig niets meer tentoon te spreiden dan een enorme ideeënarmoede op dit gebied. D66 en GroenLinks zijn over democratisering bijna volledig stil gevallen naar aanleiding van de qua uitkomst voor hen tegenvallende referenda op het punt van. D66 liet zich nota bene lenen voor het afschaffen van het nog problematische referendum zonder enig alternatief ertegenover te stellen.
De Partij voor de Dieren en de SP pleiten ondertussen voor een referendum oude stijl, en doen niet veel moeite hun ideeën daarover uit te werken. De PVV pleit voor een referendum, en spreekt over een nepparlement, zonder op het idee te komen daar meer mee te doen dan het vijf keer hard roepen voor een open microfoon in datzelfde parlement. De commissie Remkes ondertussen komt niet veel verder dan een paar goedbedoelde en vaak zeker nodige maatregelen, die helaas echter niet meer zijn dan het plakken van pleisters op een in de grond imperfect systeem. Bovengenoemde problemen worden niet onderkend, en er is al helemaal niemand die er een oplossing voor verzint. Terwijl die toch zo eenvoudig zou kunnen zijn.
Een eenvoudige oplossing Om het systeem te repareren moet er een andere manier van samenwerking komen van de regering en de tweede kamer. De uitwerking hiervan zou als volgt kunnen zijn: Ministers en staatssecretarissen worden niet door een coalitie benoemd, maar direct na de verkiezingen door de nieuwe kamer rechtstreeks in functie gekozen. Ongeveer zoals dat nu gebeurt met de kamervoorzitter. Elk kamerlid zou zich daarbij voor de functie van staatssecretaris, minister en minister president verkiesbaar moeten kunnen stellen, maar anders dan bij de verkiezing van de Kamervoorzitter zou een kamerlid of fractie ook iemand van buiten de kamer moeten kunnen voordragen voor de functie.
Het kabinet wordt zodoende samengesteld uit los benoemde ministers. Een minister is vervolgens niet gebonden aan een regeerakkoord, coalitieakkoord, partij of partijprogramma. Een kabinet maakt ook bij aantreden geen nieuw beleid. Het beleid dat gevoerd wordt is het staande beleid, gewijzigd met alle voorstellen die de tweede kamer plenair afstemt. Per jaar wordt de begroting gebaseerd op de begroting van het voorgaande jaar, waarbij in de kamer gestemd wordt over wijzigingen, al dan niet naar aanleiding van mee- of tegenvallers.
Gevolgen Het debat in de tweede kamer zal in zo’n geval niet meer in de vorm van de-coalitie-tegen-de-oppositie gaan. Per onderwerp kunnen partijen verschillende meerderheden vormen voor een beleidsvoorstel, wetsontwerp of herbudgettering. Wanneer de politiek voor deze manier van werken kiest, komt het primaat bij wetsontwerpen bij het parlement te liggen. Daar moet het parlement dan ook de extra ondersteuning van het ministerie voor terug krijgen. Het ministerie wordt geleid door de minister, maar is direct informatie schuldig aan het parlement.
Een minister kan ook zelf een wetswijziging of beleidswijziging voorstellen, maar dient dit dan niet met de ministerraad of een coalitie, maar rechtstreeks met de kamer af te stemmen. Een minister is echter primair belast met het implementeren en uitvoeren van beleid, en het communiceren over de aansturing van het ministerie. Bij verlies van vertrouwen van de kamer kan een minister of staatssecretaris vervangen worden zonder dat het kabinet daarmee in het geding komt.
De ministers regeren uiteraard in goed overleg, maar zonder last of ruggespraak naar het kabinet of een coalitie. De premier wordt niet noodzakelijk door de grootste partij geleverd, en ook hij kan vervangen worden zonder het kabinet in gevaar te brengen.
De formatie van het kabinet zal door deze manier van werken sterk versneld worden, en er komen veel stabielere kabinetten. Het doordrukken van minderheidsstandpunten is verleden tijd, en het debat in de tweede kamer wordt weer eerlijk en zinvol. Het verschijnsel dat partijen voor de verkiezingen andere standpunten hebben dan na de verkiezingen zal sterk afnemen, en daardoor groeit het vertrouwen in de politiek. De politiek wordt slagvaardiger, meer stabiel én eerlijker.
Bij de volgende verkiezingen invoeren Het allermooiste is dat naar mijn weten geen grondwetswijziging en zelfs geen wetswijziging nodig is om dit idee praktisch uit te voeren. De wet schrijft immers geen coalitieregering of regeerakkoord voor, en de manier waarop het kabinet wordt samengesteld is voor zover ik na kan gaan ook nergens wettelijk vastgelegd. Kortom, wanneer voldoende partijen voor dit voorstel zijn, kan het na de volgende verkiezingen gelijk worden uitgevoerd, zonder verdere beperkingen.
Bij een uitslag waarbij twee partijen een duidelijke meerderheid vormen zal dit echter niet vanzelfsprekend zijn. Deze twee partijen zullen immers de mogelijkheid grijpen om de macht te verdelen en de oppositie buitenspel te zetten, zoals dit te doen gebruikelijk is. Dit is ook de manier waarop ons huidige systeem is ontstaan.
Zo gezien is het huidige politieke klimaat, met haar onduidelijke verkiezingsuitslagen zonder ‘makkelijke’ meerderheidscombinaties in beide kamers een zegen. Want op die manier wordt een andere manier van werken ook voor de zittende politici meer aantrekkelijk. De parlementaire verdeeldheid, waar iedereen wakker van schijnt te liggen, is zodoende juist een kans voor een eerlijker politiek systeem.
Mijn suggestie zou zijn om wanneer een dergelijk kabinet zoals ik hiervoor omschrijf de kans krijgt om aan te treden, de kamer zich zou moeten afvragen hoe ze de tot nu gebruikelijke manier van coalitievorming wetmatig onmogelijk kunnen maken. Want het huidige systeem van achterkamertjes en coalitiepartners, die elkaar in de greep en de oppositie buiten de macht houden, en op die manier de kamer veranderen in een ritueel circus, heeft echt afgedaan.
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.