De VVD is de partij van de regentenklasse geworden, stut en steun voor de gevestigde belangen, betoogt Han van der Horst. Voor echte ondernemers is er eigenlijk nog maar één partij: D66.
Tijdens de algemene beschouwingen liet Alexander Pechtold er geen twijfel over bestaan: het lieve vaderland kruipt alleen uit het moeras bij een verdere versoepeling van het ontslagrecht, sociaal akkoord of niet. En hij kwam op voor de ZZP-ers, die in tijden van slapte een extra belastingaanslag om de oren krijgen.
Voor wie het nog niet snapte, moet het nu duidelijk zijn: D66 is de enige echte ondernemerspartij. Wie in zich zelf gelooft en niet in de helende krachten van het collectief, kan in Nederland alleen nog maar bij die partij terecht. Zij belichaamt het liberalisme, zoals het ooit bedoeld was.
Regentenklasse De VVD doet dat allang niet meer. Deze zich noemende volkspartij is meer een stut en steun voor grote gevestigde belangen. Zij verenigt de anesthesist met de advocaat, de topambtenaar met de manager van een gevestigd zakelijk conglomeraat.
De carrière van een man als Gerrit Zalm is daar een treffend voorbeeld van. Via de politiek kwam deze ambtenaar aan de top van ABN/AMRO terecht. Treffend is ook hoe iemand die in zijn leven niet of nauwelijks iets met zélf ondernemen te maken had, VVD-minister wordt van Economische Zaken: Henk Kamp. De VVD is de partij van de regentenklasse. Ze doet soms denken aan de oude Republiek van de achttiende eeuw, toen je bij de Heren XVII van de VOC vaak dezelfde gezichten zag als in de burgemeesterskamer van Amsterdam of op het Binnenhof.
D66 is destijds door Hans van Mierlo en Hans Gruyters in het leven geroepen om het bestel te laten ontploffen, het Nederland van de verzuiling en de achterkamertjespolitiek. Die erfenis wordt door Alexander Pechtold en de zijnen zorgvuldig beheerd. De oude eisen – gekozen burgemeester, districtenstelsel – hebben zij laten varen. In plaats daarvan richten zij hun pijlen op de vertrouwde Nederlandse overlegstructuren, op het poldermodel en de akkoordenkweek waarmee het kabinet draagvlak poogt te vinden in de samenleving.
Risicomaatschappij Pechtold wil het sociaal akkoord openbreken en heeft daarbij lak aan het protest van werkgevers- en werknemersbonden. Hij plaatst tegenover de organische samenleving van de twintigste eeuw de risicomaatschappij van het work hard, play hard . Hij ziet elke burger primair als een ZZP-er, die een faire startkans krijgt in het leven (investering in onderwijs) en het daarna op eigen kracht moet maken in een samenleving die steeds nieuwe kansen en bedreigingen biedt.
De voormalige veilingmeester zegt het niet met zoveel woorden maar het geluk hoort te zijn met degene die op het juiste moment bieden, wat ze vurig wensen niet missen maar ook niet verkrijgen tegen een veel te hoge prijs. Een verzorgingsstaat past niet bij zo’n kapitalistische mentaliteit en die vindt bij het D66 van nu dan ook weinig vrienden. Het collectief is gevaarlijk en bedreigt de vrijheid.
Vandaar dan ook dat D66 huivert van het nationalistische collectief zoals dat in het denken van de PVV en/of de Thierry Baudets wordt geschetst. De vroege liberalen van de negentiende eeuw bepleitten een mondiaal vrij verkeer van ideeën, mensen en goederen, wat overigens patriottisme niet in de weg hoefde te staan. Je vindt dat in een vrij zuivere vorm bij D66 terug.
Nieuwe markten De conclusie is duidelijk: D66 is het nieuwe huis van ondernemend Nederland, dat wil zeggen het échte ondernemende Nederland, dat van de entrepreneurs die nieuwe markten ontdekken, nieuwe producten ontwikkelen, ongekende oplossingen bieden, niet de in tradities en procedures vast gebakken grote conglomeraten. De gevestigde orde hoort nog steeds thuis bij de VVD met zijn nationaal georiënteerde vastgebakkenheid aan het vertrouwde.
Uit de peilingen blijkt dat wie echt afscheid wil nemen van de verzorgingsstaat, het poldermodel en het angstig schuilen achter de dijk, meer en meer een toevlucht vindt bij D66. De partij doet het goed bij Maurice de Hond en zijn collega’s. Natuurlijk kun je grote vraagtekens zetten bij dit hyperindividualisme maar het kan geen kwaad te constateren dat D66 vandaag de liberale ondernemerspartij bij uitstek is. Dan weet je ook wat je er van kunt verwachten.