Voor Bert hoeft het allemaal niet meer zo nodig. Hij is 49 jaar oud en wel klaar met de eenzame lange dagen die doelloos aan hem voorbij trekken.
En dat ging Bert niet goed af.
Zijn geld ging op aan gokken. Voor de huur bleef niets meer over. Zelfs een redelijke maaltijd kon er niet meer van af. De woningbouwstichting was er wel klaar mee. De datum om hem uit zijn woning te zetten was in de agenda gezet. De brief met die mededeling bij Bert aangekomen.
Nergens meer om heen te gaan. Geen doel meer in het leven. De eenzaamheid als een verstikkende deken rond je bestaan.
Een dag voor de dreigende uitzetting is de maat helemaal vol. Bert pakt zijn gereedschap en gaat aan de slag. Hij prepareert de cv-ketel en zorgt ervoor dat alle schadelijke gassen de badkamer in stromen. Kieren en gaten dekt hij af met handdoeken. De dan al niet eens meer wanhopige man sleept zijn bed naar de badkamer en gaat liggen.
Een vreemd idee. In het woonblok rond zijn flatwoning gaat het leven gewoon door. Een pasgeboren baby krijgt een luier om. Een studente pakt nog een keer haar studieboek op. Ergens kijkt iemand lui op de bank naar een film. Het leven van alledag gaat voorbij terwijl Bert een einde probeert te maken aan zijn leven.
Maar zelfs daar maakt Bert geen succes van. Op de dag dat hij zijn huis uit moet, wordt de man gewoon wakker in de badkamer. In zijn eigen bed.
Lichtelijk versuft staat hij op. Steekt een paar kaarsen aan en gaat aan de slag met de voordeur. Hij plaatst een ijzeren balk en schroeft een zware schroef in het slot. Dan trekt hij de gasleiding van de muur en laat het gas stromen. Met een laken verlaat hij via het balkon de woning.
Korte tijd later belt hij de politie. Die de brandweer alarmeert. Zij proberen enkele minuten later de woning binnen te gaan, maar ze treffen een deur die niet zomaar open gaat. Terwijl de brandweermannen buiten op straat overleggen, vliegt de complete voorpui uit de woning.
Bert heeft zich dan al gemeld op het politiebureau. Zijn zelfmoord is mislukt. Hij is nu verdachte in een zeer ernstige zaak.
Maanden later loopt Bert de rechtszaal binnen. Het gaat wat beter met hem. Hij wil in behandeling. Maar erg veel hoop heeft hij niet meer. Hij vertelt zijn rechters dat hij nog steeds dood wil. Dat het leven geen zin heeft als het allemaal niet snel beter gaat worden. En dit keer zal het hem lukken ook.
De rechters knikken als het Openbaar Ministerie inzet op hulp en behandeling. Dat er goed gezocht moet worden naar de juiste kliniek. De juiste behandeling.