Er bestaat een heuse FGM day. Een dag tegen vrouwenbesnijdenis.
Ieder jaar op 6 februari. Niet razend actueel dus. Maar toch zou ik er een anekdote over willen vertellen:
Nu wil het zo dat vrouwenbesnijdenis in Sierra Leone een zuiver vrouwelijk gebeuren is. Er komt geen man aan te pas. Het gebeurt tijdens de initiatie in de geheime vrouwelijke genootschap, waar mannen geen toegang toe hebben. En onderzoek wijst uit dat een groot deel van de mannen in de Sierra Leonese samenleving juist tegen vrouwenbesnijdenis is. De boodschap van de VN: vrouwen moeten dit gebruik de rug toekeren omdat het in strijd is met hun vrouwenrechten. Wat op zijn minst een misplaatste benadering is. De Sierra Leonese vrouwen vinden het namelijk juist hun recht het wel te doen. Omdat het ‘vrouwenrechten argument’ het niet zo goed doet, dendert de VN afgelopen februari het land binnen met de boodschap dat besneden vrouwen afschuwelijk verminkt zijn. De initiators van de geheime vrouwengenootschap die juist door hun ‘vakkundigheid’ op het gebied van vrouwenbesnijdenis en kennis over tradities hoog aanzien genieten in de vrouwengemeenschap, werden door de VN afgeschilderd als beulen en misdadigers. En het zijn juist deze initiators die de VN aan haar kant zouden moeten zien te krijgen. Want deze machtige vrouwen staan aan de wieg van culturele vernieuwingen. Zonder hun steun wordt het lastig een ingang in het vrouwendomein te vinden. Daar sloeg de VN de plank dus ook mis en laat het zich raden dat ze met de campagne op ontzettend groot verzet stuitte.
Natuurlijk zijn er mensen onder u die vinden dat ook in dit geval ‘emancipatie’ nodig is. Ik heb daar geen mening over. En een mening doet er ook eigenlijk niet zoveel toe. Wat er voor en tegen vrouwenbesnijdenis te zeggen valt ook niet. Waar het om gaat is de benadering. Want eigenlijk zou het om toenadering moeten gaan. Maar de aanpak schoot het doel voorbij en had juist een averechts effect. Uit protest werden er in die FGM week ontzettend veel besnijdenissen gedaan, verkreeg het geheime vrouwengenootschap (wat het afgelopen decennium behoorlijk aan populariteit had ingeleverd) een nieuwe glorie, die ze in haar geschiedenis nooit eerder gekend had. Er waren volwassen vrouwen die eerder hadden besloten zich niet te laten besnijden, die zich naar aanleiding van de VN campagne bij wijze van statement tegen deze “neo-kolonialistische praktijken” toch lieten besnijden.
De vrouwen hadden hun mond er van vol: Dit wás juist hun recht. Dit was hún domein. En daar had niemand zich mee te bemoeien. Even op een rijtje: de VN komt onuitgenodigd het domein van een ander binnen, roept tegen een overwegend besneden vrouwenpopulatie dat ze verminkt zijn en verwacht dat deze vrouwen bewonderend zullen buigen en dergelijke denkbeelden overnemen. Wat voor mening u ook bent toegedaan, ik denk dat we het snel met elkaar eens kunnen zijn dat de VN een wel heel ongelukkige benadering heeft gekozen.
Gelukkig zag de VN wel in dat deze benadering voor de volle hon-derd-pro-cent misplaatst was. Daarom gooit ze het nu over een andere boeg. Niet alleen meer in die beladen FGM week en met een andere boodschap. De VN richt zich nu op de gezondheidsrisico’s en de vele sterfgevallen ten gevolge van besnijdenissen onder jonge meisjes. En dat vindt bijval. Lokale vrouwen en organisaties pakken die boodschap op en voeren er hun eigen bewustwordingscampagnes mee. Vrouwen proberen elkaar er nu van te overtuigen het toch vooral ècht vakkundig te laten doen en pas op latere leeftijd. En er is een wet die besnijdenis van meisjes onder 18 jaar verbiedt. Die was er al, maar niemand hield zich eraan. Nu wordt men er bang voor. Omdat de overheid en de VN samen vaker laten weten dat die wet er echt is. De hoop is dat wat oudere meisjes en vrouwen, eenmaal boven de achttien jaar, niet voor besnijdenis zullen kiezen. En wie weet. Misschien werkt het. Misschien ook niet.
Ik begrijp dat er heel wat onder u zijn die nu denken: maar vrouwenbesnijdenis is ook afschuwelijk en dat men alle mogelijke middelen en methoden moet aangrijpen om daar een halt toe te roepen. Zelfs als het op een ander continent gebeurt en de betrokken vrouwen het zelf willen.
Ook begrijp ik dat er heel wat onder u zijn die vinden dat de westerse manier van leven de enige juiste of misschien enige natuurlijke manier van leven is. Wij hebben iets begrepen van het mens-zijn en ‘andersdenkenden’ juist niet. Wij moeten hen wijzer maken. En het is vast al geen verrassing meer dat die ‘andersdenkenden’ er op hun beurt heimelijk ook zo over denken. Over u dus. Dat u niet weet wat goed voor u is. Alleen hebben ze de middelen en methoden niet om hun gedachtegoed aan u op te komen dringen. Want ik ben ervan overtuigd dat dat anders wel het geval was geweest. Ieder mens ziet zichzelf als centraal middelpunt van het bestaan. Uw eigen manier van denken is de enige juiste manier van denken. Het is zo natúúrlijk, waarom zien ‘zij’ dat nou toch niet in? Sommige mensen gaan zelfs zo ver ‘andersdenken’ achterlijk te noemen. En niet alleen in het westen hoor. Dat doet men ook in andere delen van de wereld. En van alle kanten zijn er ‘denkenden’ die ineens anders gaan denken. Migranten die zich meer identificeren met het gedachtegoed van hun gastland bijvoorbeeld. Ook van westerse origine. Kijkt u maar eens naar Thailand waar vele westerse mannen naartoe gaan omdat ze niet kunnen leven met een geëmancipeerde westerse vrouw. En het gaat daarbij echt niet om een handjevol.
Waar ‘andersdenkenden’ met elkaar moeten opgaan in dezelfde gemeenschap treden er extra complicaties op. Je kunt een gastvrij beleid voeren en ‘de ander’ zoveel mogelijk speelruimte laten om het eigen ‘andere’ gedachtegoed te behouden en in praktijk te brengen, zodat ‘de ander’ zich thuisvoelt in uw gemeenschap. Dat is het meest nobele streven en zou ik de Ware Verlichting willen noemen. Helaas lijkt het bijna onmogelijk. Het is geprobeerd en u vindt bijna massaal dat het mislukt is. Sommigen meer dan anderen, maar er zijn nog maar weinig mensen die géén negatieve punten kunnen vinden aan de multiculturele samenleving. Helaas. Als het echt zo mislukt is, is ingrijpen noodzakelijk. Maar ook hier geldt: het is de toon die de muziek maakt. Begrijp me goed, ik ga geen pleidooi houden over de rechten van de migrant. Dat is zeer discutabel, dat begrijp ik ook. Heel nuchter en realistisch gezegd: baas in eigen land. En zo is het. Dat geldt voor alle andere landen ter wereld ook.
U, autochtoon, bepaalt dus gewoon wat acceptabel is en wat niet. En als u geen vrouwenbesnijdenis, boerka’s, hoofddoeken, zwarte kousen, minirokjes of laaguitgesneden decolletés in uw land wil, dan moet u dat gewoon verbieden. Punt uit. Maar denkt u nog even terug over benadering. Ú wilt het niet. Dat is prima. Uw goed recht. Hou het daar dan ook bij. Probeert u alstublieft dingen niet te verdraaien in termen van ‘mensenrechten’ en/of ‘vrouwenrechten’. Dat maken die ‘andersdenkenden’ zelf wel uit. U hoeft daar uiteraard niet mee te leven. En wilt u geen toenadering? Dat is ook uw goed recht. Een verbod dwingt deze ‘andersdenkenden’ hun eigen acties te ondernemen. Protesteren bijvoorbeeld. Conformeren. Of vertrekken. Zo simpel is het. Kwesties over ‘andersdenken’ zijn heel snel beslecht met verboden en wetten. En daar zouden we allemaal veel baat bij hebben. Het is direct, het is duidelijk en het is eerlijk. U komt op voor úw rechten, niet voor die van hen. Uw vingertje, dat intussen krom staat van de alleen in uw ogen emanciperende terechtwijzingen, en die decenniumlang durende discussies zijn erger, pijnlijker en neerbuigender dan enig verbod ooit zou kunnen zijn.