In geen enkel land nam de waargenomen corruptie zo toe als in Turkije in 2014
Wanneer Nederland de ballen in de kerstboom hangt maakt Turkije zich op voor een heel andere verjaardag: die van het corruptieschandaal dat het land eind vorig jaar op zijn grondvesten deed schudden. Op de op dinsdag verschenen corruptie-index over 2014 daalde Turkije naar plaats 64. Met de aantekeningen dat geen ander land meer plaatsen zakte en dat het corruptieschandaal rond de AKP daarvan de oorzaak is.
Aanklagers onthulden op 17 december de resultaten van een onderzoek naar corruptie in en rond de regerende Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP).
Zarrab Hoewel de affaire meerdere aspecten kent, ging veel aandacht uit naar de vermeende zwendel rond de goud-voor-olie overeenkomst tussen Turkije en buurland Iran. Een centrale figuur daarbij was de in Iran geboren zakenman Reza Zarrab, die sinds hij de Turkse nationaliteit aannam door het leven gaat als Riza Sarraf.
Justitie verdacht Zarrab ervan vier AKP-ministers te hebben omgekocht. In drie gevallen zou dat via de zonen van de ministers zijn gegaan. Die zonen werden, evenals Zarrab, aangehouden.
Gülen De vier in opspraak gekomen ministers werden snel vervangen, maar verder ontkende of verklaarde de regering weinig tot niets. In plaats daarvan opende – toen nog – premier Erdogan de aanval op de ‘parallelle staat’, zijn jargon voor de beweging rond imam Fethullah Gülen. Diens volgelingen binnen justitie en politie wilden de regering volgens Erdogan ten val brengen.
In de daarop volgende maanden drong de regering de Gülenbeweging terug door veel politieagenten, aanklagers en rechters te vervangen. De nieuwe rechters lieten de verdachten in de corruptieaffaire vrij en zetten uiteindelijk zelfs een punt achter de juridische procedure.
Onderzoek Het begin van de corruptieaffaire viel samen met het omslaan van het conflict tussen Erdogan en Gülen in een totale oorlog. Om die reden bestaat er over Gülens intentie om de AKP een hak te zetten weinig twijfel. Daarmee was echter nog niet gezegd dat de aantijgingen van zijn aanklagers vals waren.
Om de vier oud-ministers te onderzoeken werd een parlementaire commissie geformeerd, die onlangs aan het werk ging. Hoewel niet uitgesloten kan worden dat dit onderzoek leuke feitjes oplevert, hebben de oppositiepartijen weinig vertrouwen in de uitkomst. Omdat negen van de vijftien parlementaire onderzoekers uit de AKP afkomstig zijn. De Democratische Volkspartij (HDP) wil er daarom niet eens aan deelnemen.
Een aanvullende reden voor de HDP daartoe was dat een rechter de media een beperking oplegde bij het verslaan van het onderzoek. Met als argument dat de ministers schuldig zouden worden verklaard voordat het onderzoek was afgerond.
Het is voor de tiende keer in vier jaar dat de media aldus worden beperkt, wat als het om mediavrijheid gaat uiteraard niet de schoonheidsprijs verdient.
Iran Nog onduidelijk is of de onderzoekscommissie oog zal hebben voor ontwikkelingen in Iran die een interessant licht op de zaak kunnen werpen. In Iran werd nog geen twee weken na het ontstaan van de corruptieaffaire de zakenman Babak Zanjani gearresteerd. Van hem wordt een zakelijke relatie verondersteld met zowel Zarrab, als voormalig president Mahmoud Ahmedinejad, die in 2008 de goud-voor-olie overeenkomst aanging met Erdogan.
Met Hassan Rouhani heeft Iran ondertussen een president die als het om corruptie gaat zuiverder op de graat is dan zijn voorganger. Volgens de Turkse journalist Zülfikar Doğan, constateerde Rouhani dat een bedrag van 14 miljard dollar, afkomstig uit de deal met Turkije, verdwenen was. Daar houdt hij de door Erdogan als ‘filantroop’ geprezen Zarrab verantwoordelijk voor.
Rouhani wil die miljarden terug. Erdogan kreeg dat al tijdens zijn staatsbezoek aan Teheran in januari jl. te horen, stelt Doğan.
Erdogan zou toen vanuit Teheran met justitieminister Bekir Bozdag hebben gebeld. Om de bevriezing van de banktegoeden van Zarrab, die toen nog achter de tralies zat, ongedaan te maken. Vast staat dat een rechter in Istanbul destijds Zarrabs banktegoeden ontdooide.
Ziraat bank Zülifikar Doğan noemt verder de erg snel gegroeide net error ommissions (NEO), oftewel het kapitaal van onbekende herkomst op de balans van de Turkse centrale bank. Er wordt over gespeculeerd dat die 14 miljard dollar (alsmede commissies en smeergelden) daar beland zou zijn.
Klinkt als een perfecte witwasmethode, maar het is al de zoveelste verklaring voor de snelle groei van de NEO’s. Die blijven de gemoederen in ieder geval bezighouden.
Verder wees Doğan op het onderzoek dat de Amerikaanse Federal Reserve Bank op 1 juli jl. aankondigde. Er wordt onderzoek gedaan naar het risk management van de New Yorkse tak van de door de Turkse staat gecontroleerde Ziraat-bank met betrekking tot witwassen.
Ziraat zei dat het om een routineonderzoek ging, maar dat die bank vervolgens klanten verzocht hun rekening op te heffen kan een signaal zijn dat er meer speelt.
Refah Zullen we ooit het fijne weten over de goud-voor-olie deal tussen Turkije en Iran? Kan lang duren. Zo speelt er nog altijd een corruptiezaak uit de jaren negentig rond de opgeheven Refah-partij: de ‘vermiste triljoen zaak’.
Refah was een voorloper van de AKP en kwam voort uit het door Refah-premier Necmettin Erbakan opgerichtte Milli Görüş, een religieus-nationalistische organisatie die ook in de Nederlandse media is opgedoken.
In het vorige decennium gebeurde dat in verband met zwendel rond ‘groene investeringsfondsen’ en de controverse rond de Westermoskee in Amsterdam. Recentelijk omdat Milli Görüş een van de Turks-religieuze organisaties is die minister Asscher gedurende vijf jaar nauwgezet wil volgen.
Gül Nadat Erbakan in 1997 door militairen tot ontslag was gedwongen, werd hij samen met 68 partijgenoten beschuldigd van valsheid in geschrifte in verband met een ‘triljoen’ (circa 477.000 euro) uit de Turkse schatkist afkomstige lira.
Refah zei dat dit geld voor partijactiviteiten was gebruikt. Onderzoek wees echter uit dat het in Duitse marken werd omgezet en geparkeerd op een bankrekening, om begin 1997 opgenomen te worden. De verdachten werden tot gevangenisstraffen en boetes veroordeeld.
De gevangenisstraf voor Erbakan werd om gezondheidsredenen verschillende malen opgeschort, maar in 2008 kreeg hij een huisarrest opgelegd. Abdullah Gül, die voor Refah in het parlement zat en in 2007 president werd, maakte daar een einde aan. Bovendien werd de boete van circa 3,8 miljoen euro voor Erbakan teruggebracht tot om en nabij 300.000 euro.
Gül wilde al eerder in deze zaak getuigen, maar kon dat als president niet doen. Nadat zijn presidentschap in augustus jl. was beëindigd toonde hij zich hier nogmaals toe bereid. Op 18 november jl. bezocht hij een aanklager om te getuigen. Wat Gül daar zei is (nog) onduidelijk. Erbakan zal er hoe dan ook geen last van hebben, want hij overleed in 2011.
In ieder geval is er na al die jaren nog altijd geen volledige duidelijkheid in deze zaak. En dat terwijl deze zaak door een rechter werd behandeld en niet door een onderzoekscommissie die gedomineerd wordt door de regeringspartij, zoals dat met het huidige corruptieonderzoek het geval is. Ik vraag me ernstig af of daarover ooit zoveel duidelijkheid zal ontstaan dat iedereen tevreden is.
Van Reij Geen enkel land is brandschoon wat betreft corruptie. Zo heeft Nederland oud-wethouder Jos van Reij. Hij wordt ervan beschuldigd zijn vriend, de projectontwikkelaar Piet van Pol, te hebben bevoordeeld in ruil voor smeergeld.
Het blijft natuurlijk een malle vergelijking, maar toch ligt hier een zekere overeenkomst met de situatie in Turkije. Daar betaalden bouwondernemers ‘donaties’ aan de onder andere door Erdogans zoon beheerde liefdadigheidsinstelling TÜRGEV, waar volgens de oppositievoerende Republikeinse volkspartij (CHP) ook veel geld van Zarrab terechtkwam.
Helaas voor van Reij was hij niet slim genoeg om een dergelijke constructie te bedenken. Wat hij dan wel weer met Erdogan gemeen heeft is dat hij ondanks zijn streken populair bleef in Roermond, door stadsvernieuwing en daaruit voortvloeiende werkgelegenheid. Bij Erdogan zien we op grotere schaal iets soortgelijks.
Het grote verschil is dat van Reij zich binnenkort wel voor een echte rechter moet verantwoorden, zoals dat hoort in een rechtstaat bij de beschuldiging van corruptie.
Ondanks van Reij bleef Nederland op de corruptie-index van Transparancy International stabiel op de achtste plaats, maar geen land is zuiverder dan Denemarken.
Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (Uitgeverij EPO, Antwerpen, 2012). Volg Peter Edel ook op Twitter.