Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen.

De alledaagse werkelijkheid is nog veel erger dan in deze film

05-09-2022
leestijd 6 minuten
7911 keer bekeken

Er klonk geschreeuw en gebral tijdens de filmvertoning. Het keurige publiek schoof wat ongemakkelijk heen en weer op de stoelen. Dit was geen gewone vertoning. De openluchtbioscoop van Hilversum bevindt zich middenin de stad, op een plein omgeven door horeca. Dat hoorden we, maar we zagen er tegelijk niks van omdat hoge, dichte hekken het terrein afsloten. De publieke ruimte was privé gemaakt, met kaartjescontrole.

Op het scherm was ondertussen een film te zien over het leven van gewone mensen, of nee, specifieker over hen die deel uitmaken van de onderklasse. Daar is weinig gewoon aan. Daar zou ook weinig gewoon aan moeten zijn.  Buiten het hek brulde iemand hoorbaar dronken een lied. Een brommer scheurde voorbij, misschien zo’n flitsbezorger die onderbetaald werk doet. We bevonden ons tussen twee werelden, op het scherm en buiten het hek, die nogal wat overeenstemming vertoonden. Fictie en werkelijkheid liepen in elkaar over. Alsof je een boek over een scheepsramp leest, aan boord van de Titanic.

Tussen twee werelden is ook de titel van de film. In het Frans dan. Entre Deux Mondes. Maar dat is gek genoeg niet de Franse titel. In Frankrijk heet de film Ouistreham, dus je snapt wel waarom die gewijzigd is. Buitenlanders zegt het niets. Het is de naam van een havenstadje in Normandië, een van de landingsplaatsen voor D-Day maar een aantal jaren geleden vooral bekend geworden door de bestseller Le Quai de Ouistreham. En daar gaat de film over.

Voor dat boek dook de gevierde, moedige journaliste Florence Aubenas, die ooit onder meer 5 maanden gegijzeld werd in Irak,  undercover in de wereld van de laagstbetaalden. Het was ten tijde van de grote bankencrisis, die anders dan de naam doet vermoeden vooral de onderklasse hard trof. Ze betrok een karige woning en ging werken in de ‘Hel van Ouistreham’, dat is de bijnaam voor het schoonmaakwerk aan boord van de ferry’s die uit Engeland arriveren. Losse werkkrachten hebben anderhalf uur de tijd om zo’n schip schoon te maken, het beddengoed te verversen, de badkamers te reinigen. Het is de hel omdat de passagiers er een grote puinhoop van maken. Denk aan onderkotsen en onderschijten. En omdat het heel hard werken is. Vier minuten hebben ze per scheepshut. Tegen minimumloon. Als ze klaar zijn stopt de betaling en moeten ze wachten totdat ze op de volgende ferry terecht kunnen. Weer 90 minuten beulen. Zo zijn ze de hele dag in touw van vroeg tot laat om aan een salaris te komen van een 8 urige werkdag.

De verfilming was in handen van een andere beroemde, maatschappelijk betrokken journalist. Emmanuel Carrère, auteur van bestsellers als L’Adversaire (De Tegenstander) over een groteske leugenaar die een dubbelleven leidde en zijn hele familie uitmoordde toen ze hem ontmaskerden.

Je zou denken, dat kan niet misgaan. Een inhoudelijk sterk onderwerp en vakkundige makers. Helaas. De hoofdrol wordt vervuld door Juliëtte Binoche. En dat is meteen een probleem. Ik weet niet precies waarom maar ik vind haar geen fijne actrice. Misschien omdat haar getormenteerdheid vaak zo nadrukkelijk aanwezig is dat die nogal eens het drama van het verhaal verdrukt. Ook in deze film.

Hier speelt ze journalist Aubenas die haar luxe leven in Parijs achter zich laat. Ze doet alsof ze een gescheiden vrouw in financiële nood is die elke mogelijkheid van betaald ongeschoold werk moet aangrijpen. Meteen al in het begin lijkt haar plan spaak te lopen. Een medewerker van het arbeidsbureau herkent haar. Ze bekent schuchter haar plan, door undercover te gaan achterhalen hoe het echt is aan de onderkant van de samenleving en daar een boek over schrijven. De consulent geeft haar een uitbrander. Aubenas zal nooit kunnen achterhalen hoe het werkelijk is want in tegenstelling tot de anderen kan zij die onderkant weer verlaten. Dat is ook het dubbele. Ze gaat een bestseller schrijven en gebruikt daarvoor, hoe goed bedoeld ook, de mensen die toch al niks hebben. Zoals die door iedereen gebruikt worden. 

Dat ‘verraad’ is een nadrukkelijke verhaallijn en daardoor bijt de film zichzelf in de staart. Want de film doet het nog eens dunnetjes over, exploiteert ook de geëxploiteerden. Binoche is de enige bekende actrice. De rest van de cast bestaat grotendeels uit amateurs die min of meer zichzelf lijken te spelen. Ze worden gebruikt. Althans dat gevoel gaf het me. Als kijker mag je je vergapen aan hoe erg het is maar tegelijk ook geamuseerd worden door hoe vreemd en lachwekkend ze zijn. Met hun gezuip en gepaf. Kijk nou toch, zeg. Een soort armoedeporno.

Je dringt als kijker amper door in de strijd om het bestaan die de onderklasse in haar greep houdt. Het voelt niet. Je krijgt bijvoorbeeld nergens echt te zien hoe zwaar en goor het werk is. Dat werk stompt je af. Het begrip geestdodend is geen metafoor maar een letterlijk effect. Dergelijk werk trekt je in een kolk waar bijna niet meer uit te ontsnappen valt. Ja natuurlijk, er zijn altijd mensen die dat wel lukt maar ze zijn net zo zeldzaam als wereldkampioenen. 

Dat is ook het verschil tussen Entre Deux Mondes en Sorry we missed you, de spraakmakende Britse film over het onderbetaalde werk van de onderklasse. Als je die film gezien hebt, bestel je bij wijze van spreken nooit meer iets bij een webshop of bezorgdienst. In Entre Deux Mondes wordt nooit duidelijk wie of wat er verantwoordelijk is voor de schrijnende toestanden. In een enkele scene zie je migranten lopen, op weg naar de ferry waar ze als verstekeling aan boord willen. Het voelt als een nogal opgedrongen beeld, zelfs al is het daar de werkelijkheid. 'Ze komen uit Soedan', zegt een schoonmaakster. 'Zij hebben het nog erger dan wij.' We zijn allemaal machteloos maar mogen toch niet klagen, leek de boodschap maar zo was het vast niet bedoeld. Hoe was de film dan wel bedoeld? Ik ben er nog steeds niet achter. Goed, ongetwijfeld. 

Het boek van Aubenas verscheen in het Nederlands onder de titel De Bodem van de Pan. Het is niet meer leverbaar. In een recensie lees ik een citaat dat beschrijft op wat voor grote afstand de wereld van de onderbetaalden staat van de rest:

“Op de locaties waar ik eerder werkte, heb ik nog nooit ook maar een van ons de koffie- of snoepautomaat zien bedienen. Het is niet verboden, het is onvoorstelbaar. Je blijft er liever uit de buurt – uit angst misschien voor de verdenking dat je rond het ding staat te lanterfanten –, behalve op de veerboot waar iedereen even stilstaat om een grote klap tegen het apparaat te geven in de hoop er iets uit te krijgen, munten of chocola. Kopen doe je er nooit iets. Zonder dat het gezegd wordt, weten we dat de automaat er niet is voor ons, hij behoort tot een andere wereld waar wij geen toegang toe hebben, een wereld waar men tijdens het werk zijn mobiele telefoon opneemt als die afgaat en waar men niet uitrekent hoeveel tijd het zal kosten om naar het toilet te gaan.”

Ik lees het en realiseer me dat ik inderdaad nog nooit een schoonmaker bij de koffieautomaat heb gezien, behalve om die schoon te maken.

In politieke analyses gaat het altijd over het midden. De middeninkomens, de gemiddelde levensstijl. Dat geeft het idee dat voor de rest alles dichtbij is. In werkelijkheid is de kloof tussen het midden en deze groep mensen net zo groot als die tussen het midden en miljardairs. Of misschien nog wel groter.

De vraag is waarom we het accepteren dat deze toestanden bestaan, dat medemensen ertoe veroordeeld worden. Misschien omdat het werk altijd ‘tijdelijk’ genoemd wordt. Flex. Klinkt lekker positief. Mensen doen het even om de nood te lenigen en gaan dan weer verder. 

Dat is een fabel. Voor een grote groep geldt die tijdelijkheid niet. Dit is hun leven, waar ze niet uit kunnen ontsnappen. Hun enige horizon is het winnen van de loterij, ook in de film, dus maken gokmiljonairs hen ook nog hun weinige zuurverdiende geld afhandig. Keuzes, noemen liberalen dat. En ze geloven dat het vanzelf voorbij gaat. Dat is niet zo. 

De politieke strijd zou er om moeten draaien dat er een einde aan deze omstandigheden komt. Dat we niet rustig willen leven zolang ze bestaan. Het is niet ver van je bed. Het is eronder en ernaast. Die bestrijding van het onrecht is met de aanzwellende omnicrisis urgenter dan ooit maar de volgende verkiezingen lijken vooralsnog voornamelijk te gaan over het behoud van de stikstofrechten voor miljonairs. 

De film was afgelopen. Het publiek stond op en begaf zich naar de uitgang. De medewerkers die Filmtheater Hilversum draaiende houden begonnen met opruimen. Het zijn allemaal vrijwilligers. 

Entre Deux Mondes is vanaf 26 september te zien in de bioscoop.

Delen:

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.

Al 100 jaar voor