Cultuurhaat?
• 12-11-2012
• leestijd 2 minuten
Frank van Vree: Het Mediafonds wordt opgeheven. Hoe is deze bevlieging of uitglijer ongestraft in het regeerakkoord terecht gekomen?
In het regeerakkoord dat vorige week werd bekendgemaakt, was te lezen dat de nieuwe coalitie van plan is per 1 januari 2017 het Mediafonds op te heffen, om daarmee zeventien miljoen per jaar te bezuinigen.
In eerste instantie oogstte het bericht vooral ongeloof – een stemming die al snel omsloeg in verbijstering: wie zou dit bedacht hebben? De geest van Wilders? En hoe heeft deze bevlieging of uitglijer vervolgens ongestraft in het regeerakkoord terecht kunnen komen? Een antwoord is nog uitgebleven – en de verbijstering duurt dus voort. De afgelopen kwart eeuw heeft het Fonds aan de basis gestaan van een onophoudelijke stroom van bijzondere documentaires, kinderprogramma’s, televisiefilms, drama en culturele radioprogramma’s, waarvan de kwaliteit in binnen- en buitenland werd geroemd en die op belangrijke festivals in de prijzen vielen.
De verbijstering is des te groter omdat het Mediafonds lijkt te beantwoorden aan ongeveer alles wat beide regeringspartijen in hun programma’s prediken. De liberalen maken zich al jaren hard voor de afslanking van de publieke omroep, met als leidende gedachte dat de overheid zich alleen zou moeten bezighouden met kwesties en zaken waarin de markt tekortschiet en die tegelijk vanuit publiek perspectief van belang worden geacht.
De VVD is daarin steeds verder gegaan dan andere partijen, afgezien van radicaal-rechts, dat een paar jaar geleden om politiek-culturele redenen de aanval op Hilversum opende. Vanuit VVD-standpunt bezien is op de activiteiten van het Mediafonds echter weinig aan te merken. Het versterkt immers de publieke omroep op terreinen waarop de commerciële omroepen het inderdaad laten afweten – en dat doet het voorbeeldig, ook vanuit liberaal perspectief.