‘Leuk, zo’n bontkraagje’, lijken steeds mensen te denken. Maar waar komt het spul eigenlijk vandaan? Meer dan de helft van de Nederlandse bontdragers weet het niet. Ze weten niet of het bont dat ze dragen nep is, of dat het afkomstig is van vossen, coyotes of wasbeerhonden. Het probleem schuilt deels in het gebrek aan informatie, maar ook de dalende bontprijzen zijn oorzaak. Werd bont vroeger nog gezien als ‘luxeproduct’, tegenwoordig wordt het zelfs in goedkope kleding verwerkt. Het gevolg is dat bont, al dan niet in de vorm van een kraagje, haast niet meer uit het straatbeeld weg te denken is. Daarom komt de Bont voor Dieren deze decembermaand met een nieuwe campagne: ‘waar hield de liefde op’. Het is tijd voor meer bewustwording over de herkomst van het materiaal en het dierenleed dat erachter schuil gaat.
In Spanje gaat men radicaler te werk. Daar werd afgelopen zondag gedemonstreerd tegen het dragen van bont met een grote performance. Net als voorgaande jaren gingen activisten uit de kleren om met het naakt-protest uit te beelden hoeveel dieren nodig zijn voor de productie van één bontjas. Als een soort levenloze karkassen, besmeurd met rode verf.
In 2009 (Madrid) en in 2010 (Barcelona) hielden werden soortgelijke demonstraties gehouden. Na Griekenland en Duitsland is Spanje de belangrijkste fabrikant van bont.