De diagnose is duidelijk: dr. Baudet is niet zomaar een heer met connecties op het Binnenhof. Hij is een kunstenaar.
Steffie Kouters van de Volkscourant is duur uit eten gegaan met dr. Thierry Baudet teneinde door te dringen tot de bodem van zijn ziel… Daarna heeft men het artikel, net als de wijn die bij het diner ongetwijfeld is genoten, enige weken laten rijpen want het staat pas in het nummer van dit weekend. Daaronder leest men de merkwaardige opmerking dat het interview gemaakt werd een paar weken voordat het nieuws naar buiten kwam over een ander etentje van dr. Baudet, namelijk met de Amerikaanse racist Jared Taylor.
Mw. Kouters doet haar best om de mens achter dr. Baudet zichtbaar te maken. Alle politieke betogen die de politicus van het jaar bij haar aan tafel afstak, heeft zij zo kort mogelijk samengevat. De geïnterviewde zelf doet zijn best om haar ter wille te zijn. Hij formuleert zorgvuldig maar meanderend op de manier die je wel vaker hoort van mensen die net een glas teveel genoten hebben.
Hij manifesteert zich als iemand die niet van de straat komt en betreurt het dat de jeugd danst op Lil’ Kleine in plaats van kunstgenot te vinden bij Shakespeare en Puccini. Ook komt er een Rilke-citaat uit en hij gebruikt een enkele maal een Franse uitdrukking. Zo ontstaat het beeld van een heer uit het interbellum, met een abonnement op de concerten van het Residentie Orkest en het Vaderland waarin hij de artikelen van Menno ter Braak in het zondagochtendnummer met aan irritatie grenzende bevreemding leest omdat ze zo onhollands zijn. Ook is hij wel op de pier te vinden om tersluiks naar de dames te kijken.
Zo oogt het, al houdt dr. Baudet dan kantoor in een kelder op een Amsterdamse gracht. Maar achter dit pantser kolkt een heftig gemoed. Hij kan niet omgaan met de welgedane tevredenheid die hem aan alle kanten omringt, met de middelmatigheid, met de saaiheid van alles en iedereen. Met de goedkope deunen die de salonorkestjes spelen in de cafés op de Scheveningse boulevard. Alles is voorspelbaar en gekanaliseerd want risico durft zijn verwekelijkte generatie niet meer te lopen.
Tegenover mw. Kouters bekent hij dat geen vrouw hem ooit lang heeft weten te boeien, hoewel hij tegelijkertijd HOOG opgeeft van een Perzische dame die zijn hart gewonnen heeft, ook omdat zij in tegenstelling tot zoveel anderen zich heeft aangepast. Dr. Baudet loopt als het ware voor de troepen uit. Hij denkt te snel. Hij ziet te veel. Dat creëert een soort eenzaamheid temidden van de menigte. Het is druk op de pier. Toch ben je alleen.
De diagnose is duidelijk: dr. Baudet is niet zomaar een heer met connecties op het Binnenhof. Hij is een kunstenaar. Hij wil Nederland en de Nederlanders veranderen omdat het niet past bij zijn gevoel van esthetiek. Het is een lelijk land vol lelijke mensen. Het moet weer mooi worden. Dr. Baudet is de meesterarchitect die Nederland opnieuw zal bouwen met oog voor al het grootse, dat de overige wandelaars op de pier door hun vingers laten glippen omdat ze zo middelmatig zijn en de gevaren niet zien die ons allemaal bedreigen, de ondermijning van het goede, het ware en het schone door de ontaarding om ons heen.
Alleen ware kunst is een antwoord op die ontaarding, die al meer dan een eeuw om zich heen grijpt, schilderijen waarvan je kunt zien wat ze voorstellen en muziek die niet ontregelt maar verheft, symboliek die niet tot decadentie leidt maar tot moed en offerbereidschap.
Dr. Baudet zal niet rusten voor hij premier is want hij wil van Nederland een kunstwerk maken. Wij zijn het materiaal. En hij houdt van ons. Zijn partij is de partij van de liefde. Hij zal ons kneden tot we deel uitmaken van het Gesamtkunstwerk dat hem nu al voor ogen staat.
Lees dat interview. Zeg niet dat niemand je tijdig heeft gewaarschuwd.