Het Nederlanderschap volgens minister Piet Hein Donner
Minister Piet Hein Donner (Binnenlandse Zaken, CDA’er) wil strengere regels opleggen aan mensen die Nederlander willen worden. Dat doet mijn wenkbrauwen toch zeker een paar millimeter omhoog kruipen. De minister wekt de indruk dat tot nu toe iedereen zonder enige slag of stoot, zomaar even de felbegeerde Nederlandse nationaliteit kon bemachtigen (stel je voor, zeg). Bovendien komt hij met eisen die nergens op slaan en hevig rieken naar symboolpolitiek. Maar laat ik die ideeën van Donner één voor één doorlichten om te zien of er niet toch nog enige logica in te ontdekken is.
Ten eerste wil de minister nu dat echt iedereen zijn oude nationaliteit opgeeft voordat de Nederlandse kan worden verkregen. Hij maakt een uitzondering voor erkende vluchtelingen en andere mensen die geen afstand kúnnen doen van hun oude nationaliteit. Bij mijn beperkte weten (corrigeert u mij gerust) geldt dit al. In de korte periode 1995-1997 hadden mensen de mogelijkheid om zelf te kiezen of ze hun oude nationaliteit wilden behouden of niet. In 1997 is dit weer afgeschaft, alle oude nationaliteiten kwamen te vervallen, op een aantal uitzonderingen na. ( CBS )
In de tweede plaats wil Donner de aanvrager van die hoofdprijs, die het Nederlanderschap toch wel is, onderwerpen aan een taaltoets. Dan denk ik: is het daar dan niet een beetje laat voor? Om überhaupt in aanmerking te komen voor naturalisatie (hoe langer ik naar het woord kijk, hoe vreemder het lijkt), moet men hier al geruime tijd zijn. Zijn er dan niet eerdere gelegenheden geweest om mensen erop te wijzen dat de taal leren wel erg belangrijk is als je hier wilt leven? En is het niet een klein beetje discriminatie als u niet aan alle andere Nederlanders ook iets van een taaleis oplegt? Of denkt u dat de juiste geboorteplaats automatisch het vermogen geeft om de Nederlandse grammatica foutloos toe te passen? Dan stel ik voor dat u even een rondje op Joop.nl doet.
Verder wil zijne excellentie dat meneer of mevrouw de aanvrager twee jaar werkervaring of een beroepsopleiding heeft. Zou hij zich hebben gerealiseerd dat hij daarmee sowieso alle huismoeders met ‘slechts’ een Vwo-diplomaatje op zak automatisch uitsluit? Of vindt hij oprecht dat hun bijdrage aan de samenleving onvoldoende recht geeft op het heilige der heiligen, het Nederlandse paspoort? Ook als zij hier geboren zijn, maar door hun achtergrond pas op hun achttiende een aanvraag kunnen doen?
Tot slot, in mijn optiek de meest belachelijke van al Donners onzalige ingevingen, zou er een inkomenseis moeten komen. Het rood van plaatsvervangende schaamte kruipt naar mijn kaken terwijl ik het schrijf: het minimumloon moet op zijn minst binnen worden geharkt, wil men zelfs maar durven dromen van het allerhoogste goed, het Nederlanderschap. Hoe anders dan in geld, in harde euro’s kan men zijn liefde voor het nieuwe vaderland aantonen? Weet Donner dan ook niet dat ruim 500 duizend Nederlandse huishoudens van een inkomen op of rond het wettelijk minimum rondkomen? Wat zijn dat dan? Nep-Nederlanders? Kunnen die straks hun nationaliteit kwijtraken als de voorstellen werkelijkheid worden?
Om nog even terug te komen op het punt dat ik maak in de inleiding van dit stuk, Donner wekt met zijn voorstellen de indruk dat het nu te makkelijk is om Nederlander te worden. Aan de lange lijst met voorwaarden, die gemakkelijk op de website van de Immigratie en Naturalisatie Dienst is te vinden, is af te leiden dat dit totale onzin is. Donner wil er gewoon zijn eigen regeltje aan toevoegen: arme, onopgeleide mensen kunnen geen Nederlander worden.