Aan de lijn: Jansen vs. Maroudi
• 07-10-2010
• leestijd 2 minuten
Nederland heeft überhaupt geen zin om telefonisch gestoord te worden, maar als het dan toch moet, laat het dan alsjeblieft geen Marokkaan zijn
In mijn studententijd heb ik maandenlang in een callcenter gewerkt. Ik was één van de bellers wiens telefoontje nooit gelegen kwam. Ik stoorde tijdens het eten, overviel mensen terwijl ze thuis aan het werk waren en heb zelfs, tot mijn spijt -maar goed ik ben niet helderziend- meerdermalen een huilende ‘o mijn God, mijn man is zojuist overleden’ te horen gekregen. Zelden antwoordde de correspondent opgewekt ‘maar natuurlijk mevrouw, ik wil best meewerken aan uw onderzoek’. Althans, totdat ik mijn naam veranderde in het oer-Nederlandse Anita Jansen.
In het begin maakten mijn collega’s en ik er een spelletje van. We gebruikten namen van bekende personen om aan de andere kant van de lijn een emotie te onttrekken en zodoende de aandacht te krijgen. Wanneer de telefoon met een plat Rotterdams accent werd beantwoord was ik ineens Pamela Anderson. Bij een krakerige oude stem veranderde ik in Johanna Maria de Vries. Een beetje ver gezocht, maar wel effectief.
Opvallend werd echter dat mijn van oorsprong Nederlandse collega’s nooit meededen aan het spelletje. Daar waar wij, het allochtone clubje, dachten dat we bijzonder hoog scoorden vanwege de ‘gekke’ namen, deden de scores van de anderen niet onder voor die van ons. En toen drong het tot me door: Blijkbaar kwamen de hoge scores niet door de kekke naampjes, maar vanwege het feit dat de getelefoneerde niet de indruk had met een mocro te maken te hebben. Nederland heeft überhaupt geen zin om telefonisch gestoord te worden, maar als het dan toch moet, laat het dan alsjeblieft geen Marokkaan zijn.
Naar verloop van tijd besloot ik niet meer mee te doen met de spelletjes en simpelweg de naam Anita Jansen aan te nemen om mijn scores op peil te houden. Leuk is anders, maar ach, wat moet dat moet en het was maar een bijbaantje.
Maar wat nu als een ánder mij zou opleggen mijn Arabische naam te veranderen in een Westerse omdat ik op die manier wellicht beter zou functioneren? Zou ik daar akkoord mee gaan of weigeren? En wat nu als het niet veranderen van de naam ook nog eens consequenties met zich mee zou brengen?
In Frankrijk is
de 19-jarige student Mohamed ontslagen omdat hij zijn naam niet wilde veranderen voor zijn werk. Zijn baas had geopperd dat het hem beter leek als Mohammed de klanten van het bedrijf voortaan telefonisch als Alexandre zou benaderen. Toen de jongen dat weigerde was hij ook meteen zijn baan kwijt.
Verwerpelijk vind ik het. Niet alleen dat ik in mijn jongere jaren kennelijk het gevoel had dat mijn naam niet goed genoeg was voor de Nederlander, maar vooral dat een werkgever in Frankrijk ook nog eens het recht in eigen handen neemt en een jongen op basis van zijn naam ontslaat. Waar de vraag eens integratie was, is hij nu blijkbaar assimilatie in haar puurste vorm.