Veertien nieuwe megastallen in Brabant
31-03-2011
• leestijd 2 minuten

Op basis van het besluit van Provinciale Staten eind februari krijgen nog veertien Brabantse veebedrijven ontheffing om op een nieuwe plek uit te breiden boven de nieuwe maximumgrenzen.
De verhuis- en uitbreidingsplannen van 24 veehouders gaan niet door. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant hebben dat besloten en woensdag bekendgemaakt.
Het gaat om veebedrijven die al vergevorderde verhuisplannen hadden toen de Brabantse Staten een jaar geleden grenzen bepaalden voor megastallen.
Gedeputeerde Ruud van Heugten meldde eerder dat de provincie fikse schadeclaims kan verwachten van veehouders die hun verhuizing en uitbreiding zien gedwarsboomd. Hij becijferde dat de claims tot een totaal van 15 miljoen euro kunnen oplopen.
Ontheffing
Boerenorganisatie ZLTO schat dat de schade per veehouderij kan oplopen tot 1 miljoen euro. Een woordvoerder noemde de berekening van de gedeputeerde aan de lage kant en gaat uit van minimaal 15 miljoen euro en mogelijk zelfs het dubbele.
Gemeenten kunnen nog tot 1 april een ontheffing aanvragen voor bedrijven die op hun huidige plek willen uitbreiden. Verschillende Brabantse gemeenteraden houden daar deze dagen extra raadsvergaderingen over.
Voor deze veehouders gelden dezelfde regels: ze moeten beschikken over een schriftelijke aanvraag en een concrete toezegging en medewerking van de gemeente.
Van Heugten heeft geen enkel idee hoeveel nieuwe ontheffingsaanvragen hij deze dagen nog uit de gemeenten krijgt, zei hij woensdag desgevraagd.
Door de innige relaties van de boeren met de lokale bestuurders en een goede lobby van de boerenorganisatie ZLTO, hebben de burgers bij het vaststellen van de reconstructieplannen en de komst van megastallen nauwelijks inspraak gehad. Wethouders geven toe dat de informatie naar de burgers onder de maat is geweest. Jan van de Sande, oud-wethouder in Reusel-de Mierden, zegt hierover: ‘Het is een beladen dossier geworden, omdat bewoners onvoldoende actief zijn geïnformeerd door provincie en gemeenten…Achteraf hebben die zich overvallen gevoeld.’