Motie Ouwehand voor kaders voor gezonde fokrashonden aangenomen

De motie Ouwehand over het welzijn van rashonden is aangenomen in de tweede kamer. Zo moet het kabinet regels stellen voor de fok van rashonden en andere dieren en een plan van aanpak opstellen voor de opvang van gezelschapsdieren.

Bij rashonden en bij look-alikes komen erfelijke afwijkingen voor, die tot ernstige welzijnsproblemen kunnen leiden. De Raad voor Dieraangelegenheden (RDA) adviseerde dat fokkerij alleen nog maar binnen de volgende kaders mag plaatsvinden:
- behoud van vitaliteit en fysieke gezondheid;
- behoud van soorteigengedrag en mentale gezondheid;
- behoud van integriteit;
- behoud van genetische diversiteit;

De motie verzoekt de regering de door de RDA geformuleerde kaders voor de fok van honden en andere dieren op te nemen in de aangekondigde Amvb gezelschapsdieren die het bestaande Honden- en kattenbesluit zal vervangen. De vraag blijft natuurlijk of de staatsscecretaris de motie ook gaat uitvoeren.

Maar liefst veertig procent van alle rashonden die jaarlijks in Nederland worden geboren, heeft één of meerdere erfelijke aandoeningen onder de leden. Dat is het gevolg van het fokken met een beperkt aantal fokdieren, veelal honden die tijdens tentoonstellingen in de prijzen vallen. Daardoor is er sprake van een hoge mate van inteelt binnen de verschillende hondenrassen. Die inteelt heeft er voor gezorgd dat de vitaliteit van de hondenrassen in de loop der jaren steeds verder is verslechterd: de dieren worden sneller ziek en hun vruchtbaarheid neemt af.