Logo Zembla
Onafhankelijke onderzoeksjournalistiek

Grote steden: ‘Zorgen over inburgering’

10-11-2021
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
601 keer bekeken
  •  
inburgeren 1

De vier grote steden Utrecht, Amsterdam, Rotterdam en Den Haag maken zich grote zorgen over ruim tienduizend vluchtelingen die mogelijk in de problemen komen omdat zij nog vallen onder het oude, falende, inburgeringsstelsel. De gemeenten sturen daarom samen een brandbrief naar het demissionaire kabinet, meldt dagblad Trouw.

Het nieuwe inburgeringsstelsel gaat per 1 januari in, maar het kabinet wil dat iedereen die voor die datum een verblijfsvergunning kreeg, inburgert onder het oude stelsel. Dat vinden de vier gemeenten onrechtvaardig en onhandig.

Huidige stelsel werkt niet 

De Algemene Rekenkamer concludeerde namelijk in 2017 al in een kritisch rapport dat het huidige stelsel niet werkt: slechts een derde van de asielmigranten slaagt binnen drie jaar voor de inburgeringstoets. Ook zorgde de invoering van de wet voor meer marktwerking. De inburgeraar zelf is namelijk verantwoordelijk voor zijn inburgeringstraject. Statushouders ontvangen in het huidige systeem van de overheid een lening van 10.000 euro van DUO waarmee ze hun eigen inburgeringscursus financieren. 

Op die manier is er een 'consumentenmarkt' ontstaan waar nieuwkomers zelf hun cursus moeten kiezen uit een scala van commerciële aanbieders. Als de statushouders binnen drie jaar voor hun examen slagen, wordt die lening kwijtgescholden, anders moeten ze de lening terugbetalen. Er valt makkelijk te frauderen met dit systeem: taalscholen declareren op grote schaal inburgeringscursussen die nooit hebben plaatsgevonden. Nieuwkomers die de taal nog niet spreken, blijken nauwelijks in staat zelf hun weg te vinden in de wirwar van cursussen, concludeerde de Rekenkamer tevens.

Gemeenten krijgen meer regie

Gemeenten krijgen in de nieuwe wet de regie. Maar de gemeenten willen niet zonder voldoende geld van het Rijk die verantwoordelijkheid dragen. De invoering van de wet is dan ook drie keer uitgesteld: oorspronkelijk zou hij ingaan in 2020. In mei stelde verantwoordelijk minister Koolmees extra geld beschikbaar voor de gemeenten om de nieuwe inburgeringswet in te voeren. 

Godfried Engbersen, hoogleraar algemene sociologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) vertelde eerder aan Zembla dat gemeenten nog maar ten dele zijn voorbereid op hun nieuwe taken: “De gemeenten moeten structureel beleid en de kennis hebben om aan de slag te gaan, met de middelen die daarbij horen. Dat zal wel eventjes duren. Deze nieuwe wet wil niet zeggen dat we over vijf jaar staan te juichen om de geweldige resultaten. Niettemin is dit wel de enige richting die we uit kunnen”, stelt Engbersen.

‘Slechte inburgering kost samenleving ook geld’

De vertraging van de wet heeft ertoe geleid dat een grote groep vluchtelingen zich de komende jaren alsnog moet redden in een stelsel dat volgens vriend en vijand niet functioneert. De Amsterdamse wethouder Marjolein Moorman (PvdA) schetst in Trouw de situatie die straks, na 1 januari, ontstaat: “Dan mag de ene vluchteling wel goed inburgeren, en moet zijn buurman die toevallig eerder een verblijfsvergunning kreeg, zich alsnog redden in het oude stelsel. Wij vinden dat onrechtvaardig en absoluut niet uit te leggen.”

De vier grote steden stellen in hun brief voor om iedereen die nu al een status heeft maar nog geen woning en dus nog in een azc verblijft, te laten inburgeren onder het nieuwe stelsel. Dat zijn er veel volgens Trouw, want door de crisis op de woningmarkt zitten er nog zeker rond de 11.000 statushouders (vluchtelingen met een verblijfsvergunning) in een asielzoekerscentrum. Zolang zij daar vertoeven, vallen ze onder het oude stelsel, terwijl dat volgens de gemeenten niet nodig is.

Wethouder Moorman zegt in Trouw het rechtvaardig te vinden om zoveel mogelijk mensen goede inburgering te gunnen. Het is volgens de wethouder ook vanuit een financieel oogpunt slim: “We hebben de afgelopen jaren gezien dat mensen diep in de problemen kwamen door het inburgeringsstelsel, en als je eenmaal in de problemen zit, is het heel moeilijk daaruit te komen. Mensen kampen met schulden, raken in de bijstand, hebben mentale problemen. Dat kost de samenleving uiteindelijk ook geld.”

De fatale overtocht: het vervolg

Zembla maakte in 2013 de uitzending ‘Fatale Overtocht’ over de uit Syrië afkomstige Hassan en de zoektocht naar zijn gezin. Alleen Hassan en zijn oudste zoon Ahmed overleven een grote scheepsramp voor de kust van Sicilië. De twee komen uiteindelijk naar Nederland. Zembla onderzocht in een vervolguitzending of het hen lukt om in Nederland te aarden en in te burgeren. In de uitzending uit 2016 is te zien hoe Hassan na drie jaar in Nederland nog steeds amper Nederlands spreekt en geen werk heeft kunnen vinden.

Bekijk hier de uitzending:

Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.