De lichaamstaal van Trump onder de loep: ‘een grillige, authentieke alfaman’
12-04-2017
•
leestijd 6 minuten
•
1121 keer bekeken
•
“Trump is als politicus en wereldleider uniek in zijn soort.” Dat zegt Roderik van Grieken, directeur van het Nederlands Debat Instituut. De voormalige zakenman is grillig in het debat, maakt ontzettend veel handgebaren en is bij vlagen lomp. Toch won hij, tegen de verwachtingen in, het vertrouwen van genoeg mensen om het te schoppen tot president van de Verenigde Staten. Hoe komt dat? Een debatdeskundige en een lichaamstaalexpert analyseren voor Zembla de optredens van Trump in de media.
Interessant studieobject
“Hij is dominant, extravert, op zichzelf gericht, emotioneel en heeft die emoties niet altijd onder controle.” Zo schetst Denise Dechamps het profiel van de mens en politicus Donald Trump. Voor de lichaamstaaldeskundige is hij een interessant studieobject. Zo is Trump een politicus met zijn eigen ‘signature moves’: hij maakt talloze handgebaren.
Agressief dominant
Hij drukt bijvoorbeeld vaak zijn duim en wijsvinger tegen elkaar als hij spreekt. “Dat is een non-verbaal uitroepteken. Trump laat daarbij zijn handpalm naar het publiek zien, dat is een stopteken. Die combinatie maakt het een heel dominant handgebaar. Ook wijst hij vaak als hij spreekt. Dat is wederom een teken van dominantie, omdat de hersenen van de toeschouwer het registreren als een vuist. Buiten de wijsvingers is de hand immers gesloten, zoals bij een vuist. De wijzende vinger werkt als een verlengde van die vuist. We noemen dat een agressief dominant handgebaar.”
'Trump schiet wel ver door'
Agressiviteit en dominantie zijn voor de meeste mensen behoorlijk negatieve begrippen. “Als je bijvoorbeeld in een ziekenhuis werkt en je moet met iemand praten wiens zus ernstig ziek is, dan is dominantie onprettig voor de ander, maar,” legt Dechamps uit, “...voor een wereldleider is dominantie wel handig. Het duidt op zelfverzekerdheid en assertiviteit. Trump schiet wel ver door op die schaal.”
Volgens Van Grieken is de kracht van al die gebaren dat het heel herkenbaar is:
“Een zekere mate van voorspelbaarheid is voor mensen prettig. Dat is de reden dat sommige films en series zo succesvol zijn. Denk aan een James Bond-film. Een Bond-film begint altijd met actie, Bond ontsnapt, slaapt met vrouwen en het loopt altijd goed af. Een variatie op een zelfde soort thema is leuk. Het voelt vertrouwd."
Handen schudden
Veelbesproken is de manier waarop Trump wereldleiders en andere prominenten de handen schudt. Hij trekt de andere persoon naar zich toe terwijl hij diens hand stevig vasthoudt. Tot slot slaat hij zacht met zijn vrije hand op de hand van de ander. Dat laatste noemt Dechamps ‘de handhug’: “Bij het condoleren van iemand heeft het iets troostends. In de politiek is het niet echt gepast. Daar heeft het een andere betekenis, namelijk een extra stuk dominantie. Trump wil ‘de upper hand’ hebben.” Ook het naar je toe trekken van de ander staat voor dominantie. “Ik sta hier, kom jij maar naar mij, is de betekenis. Trump loopt niet naar zijn ‘onderdanen’ toe.” Inmiddels hebben sommigen zijn manier van handen schudden door:
Territorium afbakenen
Opvallend aan het gedrag van Trump, is dat hij veel dingen verschuift als hij aan een tafel zit. Zoals op de video hieronder te zien is, doet hij dat zelfs met een glas dat bij zijn buurman op tafel staat. Dechamps: “Wat hij eigenlijk doet is zijn territorium afbakenen en vergroten. Zoals bij apen zegt hij daarmee: ‘ik ben de alfaman, ik heb een groter territorium nodig.’ Hij doet dat onbewust.”
Authenticiteit
Dat geldt ook voor alle handgebaren die Trump maakt. Al die handgebaren zijn niet ingestudeerd, maar oprecht, concludeert Dechamps. “Oprechte lichaamstaal komt voort uit het limbisch systeem van de hersenen. Het buitenste deel van het brein heet de neocortex. Dat is het rationele deel; het nadenkgedeelte. Als je dat gebruikt in je lichaamstaal zie je tegenstrijdigheden opkomen, omdat het limbisch systeem iets anders wil.” Een voorbeeld zou kunnen zijn dat iemand heel zelfverzekerd probeert over te komen, maar ondertussen spanning in de handen laat zien en ongemak in de voeten. “Die tegenstrijdigheden zie je bij Trump nauwelijks. Het is vooral authentiek.”
Die authenticiteit is in beginsel goed, legt Van Grieken uit. “Je bent daarmee onderscheidend ten opzichte van andere politici en trekt daardoor de aandacht. Dat is het eerste dat je nodig hebt om de kiezer te kunnen overtuigen.”
Als je kijkt naar debattechnieken, deed Clinton het volgens Van Grieken op alle vlakken beter. Ze beargumenteerde en luisterde beter en kwam met goede aansprekende voorbeelden. Trump legde het volledig af op inhoud. Toch maakte Trump op het publiek een sterkere indruk. En dat komt door die herkenbare stijl: “Die authenticiteit deed het juist goed tegenover iemand waarvan mensen al voor de debatten zeiden: ‘het is té geregisseerd; dat gepolijste symbool van Washington, helemaal perfect voorbereid, té perfect’. Mensen hadden bij voorbaat al een ongelofelijke hekel aan Clinton. En als de boodschapper niet geloofwaardig overkomt, maakt het niet uit wat hij of zij zegt.”
Stuntelen met autocue
De authenticiteit van Trump blijkt uit zijn strubbelingen met de autocue. Tijdens zijn campagne las hij zijn speech weleens vanaf een autocue. “Inhoudelijk was zijn verhaal dan wel beter, maar je zag hem vooral stuntelen met dat ding. Het kwam niet meer over, doordat hij ging voorlezen. De man moet het juist hebben van zijn grillen en zijn onvoorspelbaarheid. In zijn onvoorspelbaarheid is hij juist voorspelbaar”, zo zegt Van Grieken.
Zelfverzekerdheid, dominantie en herkenbaarheid kunnen van levensbelang zijn voor het succes van een politicus. Aan de andere kant geldt volgens Van Grieken: ‘als je standpunt extremer is, zoals bij Trump, is je bereik minder groot. Maar door een sterke persoonlijkheid kun je wel mensen naar je toe trekken.”
Slecht voor het debat
Voor het debat is iemand als Trump interessant. “Wat gebeurt er als iemand die alles anders doet dan we gewend waren, opeens de politieke arena betreedt? Het is boeiend om te kijken hoe anderen daarmee omgaan.” Goed voor het debat is het echter niet, vindt Van Grieken. “Een debat slaagt als door meningsverschillen de waarheid ontspringt. Iemand die alleen zijn eigen boodschap herhaalt, niet luistert naar, of geïnteresseerd is in het standpunt van anderen, maakt het debat onmogelijk.”
De zelfverzekerdheid en dominante houding van Trump, hebben hem tijdens de verkiezingen flink geholpen, maar kunnen hem als president ook in de weg zitten, verwacht Van Grieken.
“Trump is de dealmaker. Hij regelt de zaken wel. Dat is een simplificering die niet altijd werkt in de politiek. In een bedrijf is dat makkelijker. Daar ben je de baas en hoef je uiteindelijk niet met je plannen langs een parlement. Ook heb je een helder doel voor ogen: winst maken. Het doel van de politiek is veel complexer.”
‘Van Obama had hij verloren’
Trump heeft volgens Dechamps vooral geluk gehad dat hij in de verkiezingsstrijd Hillary tegenover zich had. “Zij is te veel getraind en toont te weinig emoties. Bij een ‘Obama versus Trump’ had Obama gewonnen. Want hij toont net als Trump veel meer emoties, maar met meer gepaste uitingen. Zoals Trump zich uit is niet altijd goed. Het ligt er heel erg aan wie je tegenover je hebt staan.”
Dechamps verwacht dan ook dat zijn ongecontroleerde emoties Trump problemen kunnen bezorgen. “Andere wereldleiders zijn veel meer ‘in control’. Trump lijkt impulsief. Net als iemand als Erdogan is hij dominant en neigt hij naar het agressieve.”
Hoewel het van pas kwam tijdens de verkiezingen, is in zijn rol als president Trump’s authenticiteit op de lange termijn minder belangrijk, zegt Van Grieken. “Uiteindelijk wordt iedere president authentiek. Dan is hij onderdeel van de huiskamer geworden.”
'In een achterkamertje legt hij het af'
Trump zal het op sommige momenten meer moeten hebben van zijn zelfverzekerdheid. Zo maakt Van Grieken zich geen zorgen over een publieke ontmoeting met Poetin. “Dan zal hij dominant zijn en zelfverzekerdheid uitstralen. Hij staat zijn mannetje wel.” Maar als ze in een achterkamertje moeten onderhandelen, ligt het anders, zegt de debatdeskundige. “Dan legt hij het af. Hij is inhoudelijk niet sterk. Heeft weinig kennis van onderwerpen waar hij over spreekt. Daarom ontwijkt hij het debat. Dat is zijn grootste zwakte.”