In Zweden zijn zaterdag en zondag duizenden mensen op wolvenjacht gegaan. 23 beesten lieten daarbij het leven, aldus Zweedse media. Voor het eerst in 45 jaar had iedereen het recht om een vergunning aan te vragen om wolven te schieten.
Bijna 11.000 Zweden kregen de vergunning. In totaal mogen tot half februari 27 wolven worden geschoten. Het quotum voor de jagers is dus al bijna verbruikt.
In Zweden leefden volgens het landelijke natuurbeschermingsinstituut voor de actie zo'n 250 wolven. De dieren vallen soms rendieren en ander vee aan. Om deze economische reden mogen er in Zweden volgens het parlement hooguit 210 wolven leven. Na een succesvolle paartijd is volgens de overheid een overschot ontstaan.
Jagers worden ieder jaar ingeschakeld om wolven te schieten, bijvoorbeeld als ze vee hebben gedood. Het 'allemansjachtrecht' is een experiment. Om te voorkomen dat er te veel wolven worden doodgeschoten, moeten jachtleiders elk uur bellen of te kijken of het quotum niet wordt overschreden.
De wolf was in Scandinavië bijna uitgestorven toen in de jaren zeventig een jachtverbod werd ingesteld. Noorwegen en Zweden werkten jarenlang aan een herintroductieprogramma dat volgens de twee landen meer dan geslaagd is. Een Zweedse natuurbeschermingsorganisatie vindt echter dat de populatie wolven nog niet gezond is. De organisatie heeft daarom een klacht ingediend bij de Europese Commissie in de hoop dat de Zweedse jacht wordt gestopt.