Zon + herfstaster = vlinders.

Het vlinderseizoen is wel over zo half oktober, maar dat betekent niet dat er helemaal geen vlinders meer te zien zijn. Als de zon schijnt, kun je nog steeds een soort of vijf tegenkomen.

De soorten die als vlinder overwinteren, zoals kleine vos, gehakkelde aurelia en dagpauwoog, komen met goed weer nog tevoorschijn om nog even zoveel mogelijk nectar te verzamelen, zodat ze reserves hebben voor in de winter.

Vlinders als atalanta en distelvlinder gaan nog voor een deel naar Zuid-Europa en hebben daar natuurlijk ook brandstof voor nodig. Tot slot zijn er de koolwitjes en het bont zandoogje die zich nog proberen voort te planten voordat de winter invalt. Ook die hebben natuurlijk behoefte aan voedsel.

Wil je dan ook nog dagvlinders zien, dan moet je op plekken zijn waar nog veel bloeiende planten staan. Er zijn niet zo gek veel planten meer momenteel, maar klimop en herfstaster bloeien nog volop. Een mooie border met Aster ageratoides ‘Asran’ leverde vorige week nog 10 kleine vossen, 6 dagpauwogen, 4 atalanta’s, evenveel gehakkelde aurelia’s en drie bont zandoogjes op. Ook andere herfstasters, zoals Aster novi-belgii en A. novae-angliae zijn vlinder- en bijentrek

Bron: De Vlinderstichting